Hoofdstuk 2, t/m opdracht 5

Nederlands
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Nederlands

Slide 1 - Slide

Vorige les
Weet je nog wat we de vorige les hebben gedaan? 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Ik kreeg van mijn ouders wat extra geld, zodat ik voldoende ___________ had om op vakantie te gaan.

Slide 5 - Open question

Mijn ___________ is niet met het vliegtuig meegekomen, dus ik heb alleen een handtas bij me.

Slide 6 - Open question

De ___________ die Jonas krijgt, beschermt hem tegen hepatitis B.

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Zet de komma op de juiste plaats:

Voordat we op vakantie gaan moeten we onze kat naar de buren brengen.

Slide 9 - Open question

Zet de komma op de juiste plaats:

Wanneer je een maand van tevoren boekt krijg je korting op de reis.

Slide 10 - Open question

Zet de komma op de juiste plaats:

Als je geen zonnebrandcrème smeert verbrand je jouw rug.

Slide 11 - Open question

Zet de komma op de juiste plaats:

Nu ik in Griekenland op vakantie geweest ben wil ik nooit meer ergens
anders heen.

Slide 12 - Open question

Zet de komma op de juiste plaats:

Doordat hij geblesseerd is kan hij niet op vakantie.

Slide 13 - Open question