Week 35: introductie HAVO 3

Bienvenue au cours de français
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Bienvenue au cours de français

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Je me présente...

Slide 3 - Mind map

Doel van vandaag
  •  On se présente
  •  Methode "Grandes lignes" verkennen
  • Aan de slag in boek: on y va: herhaling

Slide 4 - Slide

Comment tu t'appelles?

Slide 5 - Open question

Tu as quel âge?

Slide 6 - Open question

Tu habites où?

Slide 7 - Open question

Tu as été où en vacances?

Slide 8 - Slide

Landen en voorzetsels


Hoe zat het ook alweer?

J'ai été en France, nous sommes allés au Maroc. Vous êtes allés aux États-Unis.

Slide 9 - Slide

En français: ik ben geweest
A
Je suis été
B
J'ai été

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Tu as été où en vacances?

Slide 14 - Open question

Boek + online
  • Op SOM staat hoe en wat je moet doen
  • Ga via leermiddelen 
  • boek A  ->altijd bij je + pen en je oortjes! 
  • Herhaling, verdieping
  • Wennen: vragen en opdrachten in het Frans
  • Vragen? Tijdens werktijd  

Slide 15 - Slide

Opbouw boek
Partie 1
A écouter
B lire
C phrases-clés et parler
D grammaire et écrire
Francopholies

Partie 2
E regarder
F lire
G phrases clés et parler
H grammaire et écrire
Tâche

Slide 16 - Slide

Leerwerk
Maakwerk 
Herhaling + onderbouwstof
3 typen vragen: iets makkelijker, normaal of moeilijker
Oefentoets
Slim stampen
Tips en waar vind je wat?
Phrases-clés vanaf p. 175
Leertips p. 182
Woordenlijst p. 184
Grammatica p. 164
Online hulp en extra uitleg

p. 6 en 7: Franse zinnen uit het boek en in de klas die vaak gebruikt worden

Slide 17 - Slide

Welke talen spreek jij thuis in je omgeving nog meer?

Slide 18 - Mind map

Welke talen hoor je voorbij komen? 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Weektaak
  • Kijk op SOM introductie opdracht 0

Slide 21 - Slide

Vraagwoorden
Qui= wie
Quand= wanneer
Où= waar
Quel (le(s )= welke
Pourquoi= waarom
Comment = hoe
Combien= hoeveel
Qu' est-ce que= wat

Slide 22 - Slide