Thema 5 Gedrag

1 / 34
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3,4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Thema  5 Gedrag
5.1 Prikkels en signalen
5.2 Sociaal gedrag
5.3 Gedrag onderzoeken
5.4 Gedrag leren
5.5 Omgaan met dieren

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je kan omschrijven wat gedrag is en hoe gedrag wordt bestudeerd.
  • Je kan omschrijven waardoor gedrag wordt veroorzaakt en welke verschillende prikkels er zijn. 

Slide 3 - Slide

Wat is gedrag?

Slide 4 - Open question

Studie van gedrag = ethologie
Ethologie = studie van gedrag
Alles objectief bekijken = alleen feiten!
We proberen gedrag te:
  • Kwalificeren: Wat?
  • Kwantificeren: Hoe vaak?


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Uitwendige prikkels
Inwendige prikkels
licht
kou
dorst
geur
geluid
honger
spierpijn
hormonen

Slide 7 - Drag question

Prikkels
Sleutelprikkel: Een prikkel waarop altijd hetzelfde gedrag volgt.
(Dreiggedrag , spergedrag, verzorggedrag etc.)
Supranormaleprikkel: Een overdreven sleutelprikkel,  is effectiever in het veroorzaken van het gedrag dan een sleutelprikkel. 


Slide 8 - Slide

Sleutelprikkel
Een sleutelprikkel is een prikkel die een doorslaggevende rol speelt bij gedrag.

Slide 9 - Slide

Sleutelprikkel

Slide 10 - Slide

Een sleutelprikkel:
A
Leidt altijd naar hetzelfde gedrag.
B
Leidt naar meerdere mogelijkheden qua gedrag.
C
Leidt naar aangeleerd gedrag.
D
Leidt naar aangeboren gedrag.

Slide 11 - Quiz

Supranormale prikkel

Slide 12 - Slide

Supranormale prikkel

Slide 13 - Slide

Leerdoelen 
  • Je kunt sociaal gedrag beschrijven en hier voorbeelden van geven. 
  • Je kunt de factoren noemen waardoor gedrag wordt bepaald en je kunt verschillende vormen van leren beschrijven.

Slide 14 - Slide

Sociaal Gedrag 

Slide 15 - Slide

  • Territoriumgedrag
  • Voortplantingsgedrag 
  • Groepsgedrag  

Slide 16 - Slide

Territoriumgedrag
  • Aanvalsgedrag
  • Vluchtgedrag
  • Dreiggedrag 

Slide 17 - Slide

Voortplantingsgedrag
  • Baltsgedrag
  • Broedzorg  

Slide 18 - Slide

Groepsgedrag 
  • Taakverdeling
  • Rangorde 

Slide 19 - Slide

Signalen
Kleuren, geuren, geluiden, houdingen of gebaren zijn voorbeelden van signalen.
Door deze signalen is communicatie mogelijk.

Slide 20 - Slide

Wat is een voorbeeld van sociaal gedrag?
A
een leeuw die een gnoe opeet
B
een kat die sist naar een hond
C
een leeuw die vecht met een andere leeuw
D
een man die zijn hond leert pootjes geven

Slide 21 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van sociaal gedrag?
A
vlooien bij apen
B
mens laat hond uit
C
katten vechten met elkaar
D
twee eenden baltsen

Slide 22 - Quiz

Vorming van gedrag
Gedrag bestaat uit
  • Erfelijk gedrag(aangeboren)
  • Aangeleerd gedrag
  • Nieuw gedrag 
Gedrag = mix van aangeboren, 
aangeleerd en eventueel
 nieuw gedrag



Slide 23 - Slide

Aangeboren/aangeleerd
  • Aangeboren eigenschappen (nature) : eigenschappen die erfelijk zijn
  • Aangeleerde eigenschappen (nurture): normen, waarden en gewoonten die je overneemt van je ouders, vrienden je omgeving
Aangeboren/aangeleerd
  • Aangeboren eigenschappen (nature) : eigenschappen die erfelijk zijn
  • Aangeleerde eigenschappen (nurture): normen, waarden en gewoonten die je overneemt van je ouders, vrienden je omgeving

Slide 24 - Slide

Aangeboren
Aangeleerd
Manieren
Zwemmen
Lachen
Huilen
Liegen
Lezen
Duimzuigen

Slide 25 - Drag question

Aangeboren
Aangeleerd
Manieren
Zwemmen
Lachen
Huilen
Liegen
Lezen
Duimzuigen

Slide 26 - Drag question

Aangeboren gedrag
Aangeleerd gedrag

Slide 27 - Drag question

Hieronder staan voorbeelden van gedrag. 
Is er sprake van aangeboren  of  aangeleerd gedrag? 
aangeboren gedrag
 aangeleerd gedrag
Een baby zuigt melk bij de moeder.
Een hond zwemt.
Een kat gebruikt een kattenluikje om naar binnen en naar buiten te gaan.
Een kat rent achter een muis aan.
Een meisje speelt gitaar.
Een papegaai zegt "hallo".

Slide 28 - Drag question

Manieren van leren
  • Trial and error

Leren door toevallige ontdekkingen

proefondervindelijk leren.


Werkt iets niet, dan probeer je weer wat anders.

-bijv. vogel eet geen rode rupsen meer want die zijn vies

Slide 29 - Slide

Inprenting


Belangrijk leren wat tijdens de eerste paar weken plaatsvindt om de ouders te herkennen. 

Slide 30 - Slide

Imiteren 
Leren door nadoen

Slide 31 - Slide

Gewenning
Leren waar je wel en niet op moet reageren

Slide 32 - Slide

Inzichtelijk leren 

Leren door nadenken
Op basis van eerdere ervaringen in een nieuwe situatie handelen 

Slide 33 - Slide

Conditionering
  • Operante conditionering --> dresseren: leren door straffen en belonen
  • Klassieke conditionering --> geconditioneerde reflex 

              

                                         Pavlov

Slide 34 - Slide