niv2 4.3 de politiek aan het werk

Deze week
-De begrippen coalitie, regering, regeerakkoord, kabinet, Tweede Kamer en Eerste Kamer.
-Hoe een coalitie, een regering en een kabinet gevorm worden.
-De taken van de regering, het kabinet en de Eerste Kamer en de Tweede Kamer.
-Hoe een wet tot stand komt.
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Deze week
-De begrippen coalitie, regering, regeerakkoord, kabinet, Tweede Kamer en Eerste Kamer.
-Hoe een coalitie, een regering en een kabinet gevorm worden.
-De taken van de regering, het kabinet en de Eerste Kamer en de Tweede Kamer.
-Hoe een wet tot stand komt.

Slide 1 - Slide

Wie vormen samen de regering van ons land?
A
De Eerste en Tweede kamer
B
De ministers en staatssecretarissen
C
De koning en de ministers

Slide 2 - Quiz

Hoe noem je het recht om een stem uit te brengen bij de verkiezingen?
A
Actief kiesrecht
B
Passief kiesrecht
C
Censuskiesrecht
D
Vrijheid van stemuiting

Slide 3 - Quiz

Wat gebeurt er met een blanco stem?
A
Naar de grootste partij
B
Helemaal niks
C
Telt mee voor de opkomst

Slide 4 - Quiz

Welke uitspraak is waar als je niet stemt?
A
Dan gaat je stem indirect naar de grootste partij.
B
Dan is een zetel sneller verdiend.
C
Dan blijven er zetels in de Tweede Kamer leeg.

Slide 5 - Quiz

Hoeveel leden heeft de Tweede Kamer?
A
75
B
150
C
100
D
751

Slide 6 - Quiz

Wie vormen de coalitie?
A
De partijen die samen de regering vormen.
B
De ministers en staatssecretarissen .
C
De Eerste en Tweede kamer

Slide 7 - Quiz

Hoeveel stemmen mag je uitbrengen?
A
1 per persoon
B
1 + 1 volmacht
C
1 + 2 volmachten
D
1 + 3 volmachten

Slide 8 - Quiz

3

Slide 9 - Video

00:33
Waarom wordt er een coalitie gevormd?

Slide 10 - Open question

00:56
Welke partijen vormde de afgelopen 4 jaar de regeringscoalitie?
A
VVD, D66, CDA, Christenunie
B
VVD, D66, PvdA
C
VVD, PVV, FVD, SGP

Slide 11 - Quiz

01:07
Als je niet in de coalitie zit ben je:
A
Skeer
B
Oppositie
C
Afwezig

Slide 12 - Quiz

Wat staat er in de wet?

Slide 13 - Open question

Wetten
Hoe hard mag je rijden?
Hoe werkt de avondklok?
Wie mag er vliegen met drones?
Hoe moeten bedrijven met jouw gegevens omgaan?
Hoeveel moet jij minimaal betaald krijgen?
Hoe moet jouw eten geproduceerd worden?
Wat is drugs en wat niet?
Hoe ga je om met kinderen na een scheiding?


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Hoe beslissen de Eerste en Tweede Kamer of ze het ergens mee eens zijn?
A
Ze praten er net zo lang over tot ze het eens zijn.
B
Ze debatteren.
C
Er wordt gestemd

Slide 16 - Quiz

Wie mag het plan van de minister veranderen?
A
De Eerste Kamer
B
De Tweede Kamer

Slide 17 - Quiz

Wat is een ander woord voor een plan van de minister?
A
Een wetsvoorstel
B
Een wetsaanname

Slide 18 - Quiz

1

Slide 19 - Video

01:18
Heb jij wel eens gedemonstreerd?
Ja
Nee

Slide 20 - Poll

Huiswerk
Learnbeat, studieplanner.
4.3 de politiek aan het werk

Slide 21 - Slide