Beter lezen 33

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Welke woorden heb je onthouden?

Ze zoekt overal.
Ze ziet het kaartje................

1. nergens
2. straks
3. vindt
4. terug

Ik zit nu in de klas.
Ik ga......................naar huis

1. nergens
2. straks
3. vindt
4. terug

Ze zoekt een kaartje
Ze..................het kaartje

1. nergens
2. straks
3. vindt
4. terug

Hij gaat weg.
Hij komt..............

1. nergens
2. straks
3. vindt
4. terug

Waarom moet Erica een boete betalen?

1. ze heeft geen kaartje gekocht
2. ze kan haar kaartje niet vinden
3. ze rijdt te hard

Heeft Erica een kaartje gekocht?

1. ja
2. nee

Wat leest Erica in de trein?

1. een tijdschrift
2. een boek
3. de krant
4. huiwerk

Waar gaat Erica naartoe

1. Amsterdam
2. de conducteur
3. Rotterdam
4. de trein

Beter lezen 

Doel:

Een tekst lezen.

De tekst begrijpen.

Vragen kunnen beantwoorden over de tekst.

De tekst na kunnen vertellen.

Beter lezen 

Begrijpend lezen les 33

Het kaartje 

reis jij met de trein?
koop je een dan een kaartje?

Zelf lezen

Lees het verhaal nog een keer en onderstreep de werkwoorden

Wij lezen het verhaal.

Samen. 

Op welk spoor staat de trein?

1. drie
2. vijf
3. negen
4. vier

Hoeveel moet Erica betalen?

1. 35 euro boete
2. niks
3. 34 euro boete
4. 13 euro

Hoe laat komt Erica thuis?

1. om acht uur
2. om negen uur
3. om zeven uur
4. om tien uur

Waar zoekt Erica het kaartje?

1. alleen in haar zakken
2. alleen in haar portemonnee
3. in haar zakken, haar tas en haar portemonnee