Argumentatie 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

havo 4

Lesdoel: aan het einde van de les kan ik enkelvoudige, nevenschikkende en onderschikkende argumentatie onderscheiden 

Elementen van argumentatie

• standpunt
• argument(en),
  feitelijk
  niet-feitelijk
  
  
• eventuele tegenargumenten, weerlegd of niet
• conclusie 

Onder- en nevenschikkend?

Onderschikkend: argument ondersteund door subargument
Nevenschikkend: onafhankelijke argumenten
Nevenschikkend met afhankelijke argumenten: argumenten hebben elkaar nodig. 

Argumentatie

Het telefoonverbod op school werkt goed, want  leerlingen werken geconcentreerder aan opdrachten en ze maken tijdens lessen geen beelden meer van elkaar. 

• Wat is het standpunt?
• Wat is het argument?
• Wat is de structuur? Enkelvoudig of meervoudig, onderschikkend of nevenschikkend?

Hij is geschikt voor deze baan als operateur, want hij heeft al 5 jaar werkervaring. Hij werkte hiervoor immers in dezelfde functie bij een Cinema Opera.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende argumentatie
3. onderschikkende argumentatie
4. onder- en nevenschikkende argumentatie

Het Stanislascollege is een goede school. De leerlingen halen goede cijfers.

1. enkelvoudige argumentatie
2. meervoudige argumentatie
3. onder- en nevenschikkende argumentatie

Schooldagen moeten later beginnen. Jongeren hebben een ander bioritme. Minder kinderen komen dan dus te laat op school.

1. enkelvoudige argumentatie
2. onder- en nevenschikkende argumentatie
3. nevenschikkend met afhankelijke argumenten
4. nevenschikkende met onafhankelijke argumenten

'De baron' is een goede muziekschool. De muziekdocenten zijn heel goed dus de leerlingen leren er veel.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende argumentatie
3. onderschikkende argumentatie

Je moet niet roken. Het is ongezond, het kost veel geld en het stinkt.

1. Enkelvoudige argumentatie
2. Nevenschikkende argumentatie
3. Onderschikkende argumentatie
4. Onder- en nevenschikkende argumentatie

Nu zonder 'ABC'

Argumentatie

De diagnose deugt niet, want er zijn meetfouten gemaakt. De thermometer werkte namelijk niet goed. 

• Wat is het standpunt?
• Wat is het argument?
• Wat is de structuur?

Antwoorden

De diagnose deugt niet, want er zijn meetfouten gemaakt. De thermometer werkte namelijk niet goed.

Wat is het standpunt? De diagnose deugt niet

Wat is het argument? Er zijn meetfouten gemaakt / De thermometer werkte niet goed

Wat is de structuur? Onderschikkende argumentatie

Argumentatie

Ik voel er niets voor om samen te werken met Patrick. Ik vind hem niet betrouwbaar. Hij heeft vroeger fraude gepleegd en hij komt zijn beloftes niet na. 

• Wat is het standpunt?
• Wat is het argument?
• Wat is de structuur?

Antwoord

Ik voel er niets voor om samen te werken met Patrick. Ik vind hem niet betrouwbaar. Hij heeft vroeger fraude gepleegd en hij komt zijn beloftes niet na.

 

Standpunt? Ik wil niet samenwerken met Patrick.

Argument? Niet betrouwbaar, vroeger fraude gepleegd, komt beloftes niet na

Structuur? Onder- en nevenschikkende argumentatie

Wat vind je nog lastig?

Maak nu de volgende opdrachten:

-Argumenteren paragraaf 2, opdracht 1 en 2

-Klaar? Werk verder volgens planner.