1.3 Sociale wetten en kiesrecht

§1.3 Sociale wetten en kiesrecht
Staatsinrichting van Nederland
1 / 46
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 46 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

§1.3 Sociale wetten en kiesrecht
Staatsinrichting van Nederland

Slide 1 - Slide

Herhaling 1.2 

Examenvragen

Uitleg §1.3

Huiswerk 


Deze les 

Slide 2 - Slide

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
A
Nieuwe wetten
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe sociale wetten werden ingevoerd en hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
Begrippen:
caoutchouc-artikel
B
Rechten voor vrouwen
Leerdoel:
Je kan uitleggen waarvoor feministen streden tijdens de eerste feministische golf.
Begrippen:
feminisme
eerste feministische golf
vrouwenkiesrecht
C
Algemeen kiesrecht
Leerdoel:
Je kan uitleggen door welke veranderingen in 1917 en 1919 Nederland een echte democratie werd.
Begrippen:
pacificatie van 1917
evenredige vertegenwoordiging
parlementaire democratie
financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs

Slide 3 - Slide

Nederland werd in 1813 een constitutionele monarchie: een koninkrijk met een grondwet.
De ministers luisterden naar de koning, het parlement had weinig te zeggen.
Kortom: De koning had veel macht.

In 1848 kwam er een nieuwe grondwet, geschreven door Thorbecke. De koning had bijna geen macht meer:
 
De koning werd onschendbaar en er kwam ministeriële verantwoordelijkheid
Nederland werd een parlementaire democratie
Het werd pas duidelijk dat de koning geen macht meer had door de Luxemburgse kwestie

Herhaling

Slide 4 - Slide

Herhaling
Stroming
Kernwoord
Kern
Liberalisme
Vrijheid
Hogere burgerij. Liberalen willen dat mensen zoveel mogelijk vrij zijn. De overheid moet zich niet veel bemoeien 
met mensen en de economie.
Socialisme
Gelijkheid
Arbeiders. Socialisten vinden dat iedereen gelijkwaardig is. De regering moet armen (arbeiders) helpen met wetten en regels.
Confessionalisme
Geloof
Het geloof moet centraal staan bij het besturen van het land. Er waren twee groepen confessionelen: protestanten en katholieken
De protestanten werden ook wel de kleine luyden genoemd

Slide 5 - Slide

Je mocht in Nederland alleen stemmen als je rijk genoeg was. Dit noemen we het censuskiesrecht.  Vrouwen mochten sowieso niet stemmen. De liberalen hadden de macht in het parlement. De socialisten wilden dit anders. Zij wilden algemeen kiesrecht

De opkomst van de industriële revolutie zorgde voor veranderingen in de maatschappij: verstedelijking en de sociale kwestie. Voorbeelden zijn lage lonen, massale werkloosheid, kinderarbeid en slechte woon- en werkomstandigheden. Er waren nog maar weinig sociale wetten die de armen konden helpen.

Een belangrijk conflict tussen liberalen, socialisten en confessionelen was de schoolstrijd
De burgers willen in de tweede helft van de 19e eeuw meer gelijke rechten. Dit noem je emancipatie. Om dit voor elkaar te krijgen gaan burgers samenwerken. Hierdoor raakt de samenleving verdeeld in groepen: de verzuiling.
Herhaling

Slide 6 - Slide

Herhaling
Stroming
Partijnaam
Personen
Opgericht
Protestanten
Antirevolutionaire partij (ARP)
Abraham Kuypers
1879
Liberalen
Liberale Unie
nvt
1885
Socialisten
(sociaal-democraten)
 Sociaal-democratische arbeiderspartij (SDAP)
Pieter Jelles Troelstra
1894
Rooms-Katholieken
Rooms-Katholieke Staatspartij
(RKSP)
Herman Schaepman
1926

Slide 7 - Slide

Examenvragen - vraag 1 
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 8 - Slide

Examenvragen - antwoord vraag 1 
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 9 - Slide

Examenvragen - vraag 2 
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 10 - Slide

Examenvragen - antwoord vraag 2 
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 11 - Slide

Examenvragen
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 12 - Slide

Examenvragen
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(3 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 13 - Slide

§1.3 Sociale wetten en kiesrecht
A: nieuwe wetten

Slide 14 - Slide

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht - Leerdoelen
A
Nieuwe wetten
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe sociale wetten werden ingevoerd en hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
Begrippen:
caoutchouc-artikel
B
Rechten voor vrouwen
Leerdoel:
Je kan uitleggen waarvoor feministen streden tijdens de eerste feministische golf.
Begrippen:
feminisme
eerste feministische golf
vrouwenkiesrecht
C
Algemeen kiesrecht
Leerdoel:
Je kan uitleggen door welke veranderingen in 1917 en 1919 Nederland een echte democratie werd.
Begrippen:
pacificatie van 1917
evenredige vertegenwoordiging
parlementaire democratie
financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Sommige liberalen veranderden van mening sociale kwestie:
 
  • Extra armoede door ec crisis in 1873.
  • Arbeiders werden uitgebuit + moesten  leven van liefdadigheid.
  • Ze zagen dat armoede niet altijd de schuld was van arbeiders zelf.

    --> Er kwamen toch sociale wetten.

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
A
DeBoze burgers
Nieuwe wetten

Slide 19 - Slide

Sociale wetten

Kinderwetje van Van Houten (1874)
Onder de 12 jaar niet in fabrieken werken

Ongevallenwet (1901)
Recht op uitkering als je door een ongeval in de fabriek niet meer kon werken

Woningwet (1901)
Woningen moeten aan bepaalde voorschriften voldoen
(bijv. ramen, eigen wc)
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
A
DeBoze burgers
Nieuwe wetten

Slide 20 - Slide

1887: wijziging grondwet: censuskiesrecht afgeschaft.
--> nieuw grondwetsartikel; gaf mannen met ‘kentekenen van geschiktheid en maatschappelijke welstand’ kiesrecht.
 
 Het kiesrecht werd uitgerekt, net als rubber.
--> caoutchouc-artikel. (is Frans voor rubber)

Hierdoor konden steeds meer mannen (met een huis, bepaald inkomen, bepaald bedrag aan huur)   stemmen.
(Van 11% in 1848 naar 65% van de mannen in 1913.)

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
A
DeBoze burgers
Nieuwe wetten

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

19e eeuwse beeld van de vrouw:
  • Rijke vrouw werkt niet. Moet er zijn voor het gezin. 
  • Arme vrouw werkte, verdiende minder dan de man
  • Getrouwde vrouwen mochten niet zonder toestemming man geld uitgeven
  • Vrouwen mochten niet doorleren
  • Vrouwen mochten bepaalde beroepen niet uitoefenen
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
B
DeBoze burgers
Rechten voor vrouwen

Slide 23 - Slide

Opkomst feminisme

Feministen strijden voor gelijke rechten en kansen voor vrouwen (vrouwenemancipatie)

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
B
DeBoze burgers
Rechten voor vrouwen

Slide 24 - Slide

Wilhelmina Drucker en Aletta Jacobs waren bekende feministen.
Hoorden bij de eerste feministische golf
 
  • 1889: Drucker richtte de VVV (Vrije Vrouwen Vereeniging) op. Deze vereniging wilde dat mannen en vrouwen voor de wet gelijk zouden worden.
  • Later richtten Drucker en Jacobs samen de VvVK op (Vereeniging voor Vrouwen Kiesrecht)
  • De eerste feministen kwamen ook op voor toelating tot hoger onderwijs

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
B
DeBoze burgers
Rechten voor vrouwen

Slide 25 - Slide

De meningen over het vrouwenkiesrecht (het recht van vrouwen om te stemmen (actief kiesrecht) en gekozen (passief kiesrecht) te worden) verschilden:
 
  • Socialisten steunden het, maar vonden algemeen mannenkiesrecht belangrijker: de arbeider gaat voor de vrouw
  • De confessionelen vonden het maar niets: politiek was iets voor het gezinshoofd (de man)
  • Liberalen waren verdeeld: de meesten wilden kiesrecht voor vrouwen

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
B
DeBoze burgers
Rechten voor vrouwen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Slide

1917:
  • deel liberalen wilden algemeen kiesrecht
  • liberalen, socialisten, confessionelen besloten om voor elkaars wensen te stemmen.
  • de grondwet werd met tweederde meerderheid aangenomen
  • Dit wordt de pacificatie van 1917 genoemd (pacificatie betekent vrede)
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
C
DeBoze burgers
Algemeen kiesrecht

Slide 29 - Slide

Veranderingen grondwet 1917:
 
  • Algemeen mannenkiesrecht
  • Financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs
  • Evenredige vertegenwoordiging
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
C
DeBoze burgers
Algemeen kiesrecht

Slide 30 - Slide

Evenredige vertegenwoordiging
  • Districtenstelsel wordt vervangen door stelsel van evenredige vertegenwoordiging.
  • Aantal procent stemmen = aantal procent zetels in de kamer
  • Nu konden kleine partijen ook een zetel krijgen. Dit heeft als nadeel dat samenwerken soms erg lastig is. 
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
C
DeBoze burgers
Algemeen kiesrecht

Slide 31 - Slide

1917: vrouwen passief kiesrecht. Vrouwen waren wel verkiesbaar, maar mochten niet stemmen.

1919: actief kiesrecht voor vrouwen

Vanaf dit moment is NL een volledige parlementaire democratie
§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
C
DeBoze burgers
Algemeen kiesrecht

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Examenvragen
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(2 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 35 - Slide

Examenvragen
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
(2 minuten)

Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
(2 minuten)

Stap 3: Klassikaal bespreken

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

§1.3 Sociale wetten en kiesrecht
B: Rechten voor vrouwen 

Slide 39 - Slide

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht - Leerdoelen
A
Nieuwe wetten
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe sociale wetten werden ingevoerd en hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
Begrippen:
caoutchouc-artikel
B
Rechten voor vrouwen
Leerdoel:
Je kan uitleggen waarvoor feministen streden tijdens de eerste feministische golf.
Begrippen:
feminisme
eerste feministische golf
vrouwenkiesrecht
C
Algemeen kiesrecht
Leerdoel:
Je kan uitleggen door welke veranderingen in 1917 en 1919 Nederland een echte democratie werd.
Begrippen:
pacificatie van 1917
evenredige vertegenwoordiging
parlementaire democratie
financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs

Slide 40 - Slide

§1.3 Sociale wetten en kiesrecht
C: Algemeen kiesrecht

Slide 41 - Slide

§1.3
Sociale wetten en kiesrecht
A
Nieuwe wetten
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe sociale wetten werden ingevoerd en hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
Begrippen:
caoutchouc-artikel
B
Rechten voor vrouwen
Leerdoel:
Je kan uitleggen waarvoor feministen streden tijdens de eerste feministische golf.
Begrippen:
feminisme
eerste feministische golf
vrouwenkiesrecht
C
Algemeen kiesrecht
Leerdoel:
Je kan uitleggen door welke veranderingen in 1917 en 1919 Nederland een echte democratie werd.
Begrippen:
pacificatie van 1917
evenredige vertegenwoordiging
parlementaire democratie
financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Link

Huiswerk

Maken:
  • §1.3

Slide 45 - Slide

Aan het einde van de 19e eeuw werden er sociale wetten ingevoerd:
Kinderwetje van Van Houten, Ongevallenwet, Woningwet.
Het caoutchouc-artikel zorgde ervoor dat steeds meer mannen kiesrecht kregen.

Feministen strijden voor gelijke rechten en kansen.
Tijdens de Eerste Feministische Golf streden Wilhelmina Drucker en Aletta Jacobs voor o.a. vrouwenkiesrecht.

De pacificatie van 1917 zorgde voor een aantal veranderingen van de grondwet: 
  • De financiële gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs
  • Algemeen mannenkiesrecht
  • Evenredige vertegenwoordiging
Afsluiting

Slide 46 - Slide