12 janvier 2023

1 / 31
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Planning et buts
Les buts
Aan het eind van deze les.....
1. Kan je vertellen over jouw vriendschap en jouw (droom)baantje
2. Kan je de verschillende ontkenningen toepassen
Le planning
Activité le petit boulot & l’amitié
Lire: un sac de billes p.4-13
Grammaire A: la négation (p.11-13 WB.B voor havo 4)


Slide 3 - Slide

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.
We overleggen zachtjes als we een vraag hebben.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal.

Slide 4 - Slide

amitié                                     vriendschap
Noteer de vragen die in het interview gesteld worden.
Noteer de namen van degenen die worden geïnterviewd en schrijf in steekwoorden de antwoorden op die zij geven op de vragen. (dit mag in het Frans of Nederlands)
Fragment 3

Slide 5 - Slide

discute de ton petit boulot
Qu’est-ce que tu fais comme petit boulot ?
Depuis combien de temps as-tu ce petit boulot ?
Combien d’heures tu travailles ?
Combien d’argent gagnes-tu ?
Quel(s) jour(s) travailles-tu ?
Aimes-tu ton petit boulot ?
Trouves-tu que tu gagnes assez ? Explique pourquoi.

timer
10:00

Slide 6 - Slide

Havo 4:

Havo 5:

Slide 7 - Slide

Havo 4:
1. In de les uitleg goed volgen
2. Opdrachten in de les maken, zodat je thuis kan focussen op het leren van de woordjes.
3. Vragen stellen & Feedback vragen!
4. Opdrachten die niet worden nagekeken/besproken in de les via Itslearning antwoordmodel nakijken (staat in de planner van die week voor je klaar)
Havo 5:
1. In de les uitleg mee volgen
2. Werken aan de opdrachten die geef.
3. Vragen stellen, feedback vragen en ook vragen om ruimte voor opdrachten die bij Marcha af moeten zijn

Wat gaan we doen?

Slide 8 - Slide

1. Iedere les gaan we gezamenlijk een x aantal bladzijdes lezen van Un sac de billes.
2. Jullie krijgen iedere les weer een vraag opgegeven die jullie moeten beantwoorden in de aankomende les.
3. Jullie krijgen of een grammatica-uitleg of een spreekopdracht of soms beiden.

En nu.....?

Slide 9 - Slide

La négation
Je n'aime pas la négation.

Ne...pas
Niet

Slide 10 - Slide

De ontkenning
Ontkenning in het Nederlands is: Niet of geen. 

In het Frans bestaat de ontkenning uit 2 woorden:
ne of n' ........ pas

Slide 11 - Slide

La négation

Slide 12 - Slide

La négation

Slide 13 - Slide

De ontkenning - la négation
De ontkenning van c'est is:
 ce n'est pas.
De ontkenning van il y a is:
Il n'y a pas.

Slide 14 - Slide

er zijn nog meer ontkenningen

niets
nog niet
nooit
niemand
geen enkel (e)

ne/n' ....rien
ne/n' ....pas encore
ne/n' .....jamais
ne/n'..... personne
ne/n'..... aucun(e)
Ook hierbij geldt: ne/n' komt voor de persoonsvorm en rien, pas encore, etc. komt erachter

Slide 15 - Slide

mets la négation: Jullie hebben twee ijsjes.

Slide 16 - Open question

français
néerlandais
ne .... pas
ne .... plus
ne .... jamais
ne .... rien
ne .... personne
La négation
niet ... meer
niets
niemand
niet / geen
nooit

Slide 17 - Drag question

Mettez les mots dans le bon ordre.
Grammaire 'La négation' 
ai
plus
je/j'
la
ne/n'
chaise

Slide 18 - Drag question

Quelle est la négation de la phrase :
C'est possible

Slide 19 - Open question

La négation ...
Hij drinkt geen koffie.

boit
pas
il
de
ne
café

Slide 20 - Drag question

Mets à la négation:
Elle comprend tout
timer
1:00

Slide 21 - Open question


Verbes -er & négation
Jullie praten niet.

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

Niets (lijdend voorwerp) 
Niets (onderwerp)
Niemand (lijdend voorwerp)
Niemand (onderwerp)
ne ... rien 
Rien ne ...
Ne ... personne
Personne ne..

Slide 24 - Drag question

Je ne vois personne.
Personne ne me voit.
Ik zie niemand.
Niemand ziet mij.

Slide 25 - Drag question

personne
aider
pouvons
ne
nous

Slide 26 - Drag question

wederkerende voornaamwoorden
je

douche
tu

présentes
il

lève
nous

trompons
vous

amusez
ils

habillent
s'
vous
nous
me
te
se

Slide 27 - Drag question

Donc...
De wederkerende voornaamwoorden, die je voor het werkwoord in de présent zet, zijn:
me
te
se
nous
vous
se
Let op!!! 
- Voor een klinker of een stomme h veranderen me, te en se in m' , t' en s'. -> je m'amuse 
- Bij een ontkenning komt 'ne' meteen na het onderwerp: Je ne m'amuse pas.

Slide 28 - Slide

En nu ontkennend:  nous (se dépêcher) 
Als je een wederkerend werkwoord ontkennend maakt, komt ne voor het wederkerend voornaamwoord, en pas (zoals normaal) achter de pv. 
Je ne me couche pas = ik ga niet naar bed
Je ne me suis pas couché = ik ben niet naar bed gegaan

Slide 29 - Slide

Qu’as-tu pensé de la leçon ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Les devoirs
Beantwoord de volgende vraag : Quelles sont les qualités importantes de ton/ta meilleur(e) ami(e) ?

Bereid je voor op het MO door de vragen te beantwoorden van het bestand: '’voorbereiding spreekopdracht per 3'’ (zie planner Itslearning Français 4  et 5 havo)

Slide 31 - Slide