This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Dit was...
💥Dit was...🍾
Slide 1 - Slide
Maak een team van 2 a 3 personen, verzin een team-naam en log in met 1 digitaal device
Slide 2 - Slide
Ronde 1
Nederland
Slide 3 - Slide
Prinses Amalia was dit jaar samen met haar ouders op introductiereis. Waar ging deze reis naartoe?
1
A
Antillen
B
Oostenrijk
C
Verenigde Staten
D
Zweden
Slide 4 - Quiz
Nederlandse kiezers mochten dit jaar 2x stemmen? Waarvoor?
2
A
De Eerste Kamer en de Tweede Kamer
B
Gemeenteraad en de Tweede Kamer
C
Provinciale Staten en de Tweede Kamer
D
Europese Parlement en de Tweede Kamer
Slide 5 - Quiz
Bij welk bedrijf trad Frits van Eerd topman af als gevolg van een nog lopend witwasonderzoek?
3
A
Aldi
B
Albert Heijn
C
Jumbo
D
Lidl
Slide 6 - Quiz
Het was geen grap. Vanaf 1 april zit er in Nederland ook statiegeld op:
4
A
Blikjes
B
Plastic flesjes
C
Plastic tasjes
D
Winkelwagentjes
Slide 7 - Quiz
Welke minister (📸) trad dit jaar af na herhaalde klachten over grensoverschrijdend gedrag?
5
A
Dijkgraaf
B
Hoekstra
C
Kuipers
D
Wiersma
Slide 8 - Quiz
Ronde 2
Buitenland
Slide 9 - Slide
Welk land werd dit jaar, met ruim 1.4 miljard inwoners, het land met de meeste inwoners?
1
A
Canada
B
China
C
India
D
Rusland
Slide 10 - Quiz
Een mini-onderzeeër implodeerde in de Atlantische Oceaan. Wat deed de duikboot daar?
2
A
Spioneren voor de Russen
B
Toeristen brengen naar het wrak van de Titanic
C
Op zoek naar de Nemo
D
Controleren van de internetverbinding
Slide 11 - Quiz
In welk gebouw werd de Britse koning Charles III dit jaar gekroond?
3
A
Big Ben
B
Buckingham Palace
C
Westminster Abbey
D
Windsor Castle
Slide 12 - Quiz
Op welk Grieks eiland woedde deze zomer grote bosbranden, waardoor veel vakantiegasten werden geëvacueerd?
4
A
Corfu
B
Kos
C
Kreta
D
Rhodos
Slide 13 - Quiz
Ronde 3
Kerst VS Oud & Nieuw
Slide 14 - Slide
Hoe noemen de Engelsen een oliebol?
A
Oily Ball
B
Dutch Doughnut
C
Raisinball
D
Oil Doughnut
Slide 15 - Quiz
Eerste kerstdag valt op
A
24 december
B
25 december
C
26 december
D
27 december
Slide 16 - Quiz
Waarom werd er oorspronkelijk vuurwerk afgestoken?
A
Om de boze geesten te verjagen
B
Om de goden te eren
C
Om woede te kunnen uiten
D
Om vogels te doden
Slide 17 - Quiz
Welke band zingt het liedje 'Last Christmas'?
A
Whoop!
B
Wham!
C
Whim!
D
Whep!
Slide 18 - Quiz
Waar woont de kerstman?
A
De zuidpool
B
Alaska
C
Amerika
D
De noordpool
Slide 19 - Quiz
Wat vieren christenen met kerstmis?
A
Het overlijden van Jezus
B
De geboorte van God
C
Het overlijden van God
D
De geboorte van Jezus
Slide 20 - Quiz
Hoeveel rendieren heeft de kerstman?
A
6
B
8
C
9
D
12
Slide 21 - Quiz
Hoe heet het rendier met de rode neus?
A
Blitzen
B
Dancer
C
Rudolph
D
Prancer
Slide 22 - Quiz
Ronde 4
Ziekenhuis
Slide 23 - Slide
Welk van de onderstaande specialisten houdt zich bezig met het hart?
4
A
Neuroloog
B
Oncoloog
C
Cardioloog
D
Dermatoloog
Slide 24 - Quiz
Welk van de onderstaande disciplines houdt zich bezig met de patiënt zo snel mogelijk uit bed helpen na een operatie?
4
A
Fysiotherapeut
B
Diëtiste
C
Logopediste
D
Maatschappelijk werkster
Slide 25 - Quiz
Waar staat AIOS voor?
4
A
Arts in opleiding specialist
B
Arts niet in opleiding tot specialist
C
Alledaagse interventies op specialisatie
D
Altijd in ordelijke situatie
Slide 26 - Quiz
Wat is de meest voorkomende reden voor een ziekenhuisopname bij oudere patiënten?
4
A
Pneumonie
B
Urineweginfectie
C
Valincident
D
Hartfalen
Slide 27 - Quiz
Met welk medisch specialisme houdt een obstetricus zich bezig?
4
A
Nier aandoeningen
B
Bewegingsstelsel
C
Verloskunde
D
Obesitas
Slide 28 - Quiz
Ronde 5
Verpleegkunde
Slide 29 - Slide
Welke orgaan regelt de productie van insuline?
5
A
De galblaas
B
De twaalfvingerige darm
C
De milt
D
De alvleesklier
Slide 30 - Quiz
Wat wordt er bedoeld met hypertensie?
5
A
Een lage bloedsuiker
B
Een hoge bloedsuiker
C
Een lage bloeddruk
D
Een hoge bloeddruk
Slide 31 - Quiz
Welke beroemde verpleegkundige staat bekend als de grondlegger van de moderne verpleegkunde?
5
A
Caroline Brown
B
Florianne Boer
C
Florence Nightingale
D
Evelyn Noak
Slide 32 - Quiz
Welke term wordt gebruikt om te verwijzen naar de blauwachtige verkleuring van de huid en slijmvliezen als gevolg van een verminderde zuurstoftoevoer naar de weefsels?
5
A
Parese
B
Cyanose
C
Gaster
D
Waterlow
Slide 33 - Quiz
Wat is/zijn (een) symptoom/symptomen van een anafylactische reactie op een medicijn?
5
A
Lage bloeddruk
B
Jeuk
C
Duizeligheid
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 34 - Quiz
Uit hoeveel procent water bestaat een gemiddelde volwassen man?