Lowan thema 8 herhaling dag 1 en 2
1 / 56
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
A
de regen
B
de rechen
C
de reegen
D
het regen
Slide 27 - Quiz
A
de strom
B
de stroom
C
de stom
D
de storm
Slide 28 - Quiz
A
het onwaar
B
het onwer
C
het onweer
D
het anweer
Slide 29 - Quiz
A
de herfst
B
de heerfst
C
de herst
D
de hefst
Slide 30 - Quiz
A
het doonker
B
het donker
C
het dongker
D
het dark
Slide 31 - Quiz
A
de regunboog
B
de reegenbog
C
de regenboog
D
de regenbog
Slide 32 - Quiz
A
het zee
B
het strant
C
de water
D
het strand
Slide 33 - Quiz
A
de plant
B
de plaant
C
de pland
D
de groen
Slide 34 - Quiz
A
de wortel
B
het blad
C
de tak
D
het blaad
Slide 35 - Quiz
A
het blom
B
de bleem
C
de bloem
D
de boem
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Slide
de boom
Slide 38 - Mind map
de lente
Slide 39 - Mind map
het onweer
Slide 40 - Mind map
de regenboog
Slide 41 - Mind map
het strand
Slide 42 - Mind map
de zomer
Slide 43 - Mind map
Slide 44 - Slide
In de zomer is het koud.
A
Goed
B
Fout
Slide 45 - Quiz
De tak zit aan de boom.
A
Goed
B
Fout
Slide 46 - Quiz
De stam zit bovenin de boom.
A
Goed
B
Fout
Slide 47 - Quiz
's Nachts schijnt de zon.
A
Goed
B
Fout
Slide 48 - Quiz
Op het bos staan bomen.
A
Goed
B
Fout
Slide 49 - Quiz
Lente is hetzelfde als voorjaar.
A
Goed
B
Fout
Slide 50 - Quiz
In de lente groeien de bloemen.
A
Goed
B
Fout
Slide 51 - Quiz
Slide 52 - Slide
Hij ........................ in de winter.
A
schaats
B
schaatst
C
schaatsen
D
schaasts
Slide 53 - Quiz
Wij .................. op het ijs.
A
schaats
B
schaatst
C
schaatsen
D
schaasts
Slide 54 - Quiz
Ik ................... van de glijbaan.
A
glij
B
glijd
C
glijdt
D
glijden
Slide 55 - Quiz
Jij ...................... op het ijs.
A
glij
B
glijd
C
glijdt
D
glijden
