What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
werkwoorden brugklas + le verbe faire 2havo
BONJOUR
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
4 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
BONJOUR
Slide 1 - Slide
HERHALEN!!
Slide 2 - Slide
Lesdoel
Je kent de volgende onregelmatige werkwoorden in de présent
avoir, être, aller,
faire
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Être = zijn
Ik ben
Je suis
Jij bent
Tu es
Hij/zij/men is
Il/elle/on est
Wij zijn
Nous sommes
Jullie zijn
U bent
Vous êtes
Zij zijn
Ils/elles sont
Slide 6 - Slide
Wat betekent aller?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Video
aller = gaan
ik ga
je vais
jij gaat
tu vas
hij / zij gaat
il / elle va
men gaat / wij gaan
on va
wij gaan
nous allons
u gaat / jullie gaan
vous allez
zij gaan
ils / elles vont
Slide 9 - Slide
avoir
être
aller
gaan
hebben
zijn
Slide 10 - Drag question
Ils .... (aller)
A
vais
B
vas
C
va
D
vont
Slide 11 - Quiz
Je (aller)
A
suis
B
vas
C
ai
D
vais
Slide 12 - Quiz
Nous (aller)
A
vais
B
allez
C
allons
D
vas
Slide 13 - Quiz
Elle (aller)
A
vais
B
va
C
vas
D
a
Slide 14 - Quiz
Zet de vervoegingen van het werkwoord 'aller' in de goede volgorde.
aller
va
allons
vas
allez
vont
vais
Slide 15 - Drag question
le verbe
faire
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Faire = maken/doen
je fais
= ik maak/doe
tu fais
= jij maakt/doet
il fait
= hij maakt/doet
elle fait
= zij maakt/doet
nous faisons
= wij maken/doen
vous faites
= jullie maken/doen, u maakt/doet
ils/elles font
= zij maken/doen
Slide 18 - Slide
faire
het werkwoord faire wordt vaak gebruikt om een activiteit aan te geven!
par exemple:
faire du tennis= ?
faire du shopping = ?
faire du foot = ?
Slide 19 - Slide
FAIRE : Combineer blauw met rood
wij doen
zij doet
jij doet
ik doe
jullie doen
zij doen
nous faisons
je fais
ils font
tu fais
elle fait
vous faites
Slide 20 - Drag question
Je (faire) du foot.
A
fais
B
vais
C
fait
D
vas
Slide 21 - Quiz
Tu ... du tennis?
A
fais
B
fait
C
faisons
D
faites
Slide 22 - Quiz
L'élève ... ses devoirs.
A
font
B
faisons
C
fais
D
fait
Slide 23 - Quiz
Ils ... la cuisine.
A
fais
B
faisons
C
faites
D
font
Slide 24 - Quiz
Vous ... du hockey?
Slide 25 - Open question
Je ... l'exercice.
Slide 26 - Open question
Mes amis ... du foot.
Slide 27 - Open question
Elle ... de la danse.
Slide 28 - Open question
Vertaal:
Ik maak mijn huiswerk.
Slide 29 - Open question
Poster afmaken en bestuderen
Slide 30 - Slide
More lessons like this
werkwoorden brugklas + le verbe faire
October 2022
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
werkwoorden brugklas + le verbe faire
September 2023
- Lesson with
48 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Verbe faire
January 2022
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
1mh chapitre 6 - faire répétition
May 2024
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
les 1 week 4/10 klas 3 verbes faire, aller
October 2021
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Verbes faire, aller
December 2023
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
Les verbes faire et aller
May 2021
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les verbes faire et aller
September 2021
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1