§6.2 De zeespiegel stijgt 24-25

  • §6.2 De zeespiegel stijgt

Tijdens ijstijden in het Pleistoceen =
Water is opgeslagen in ijs
Wat gebeurt er als het klimaat opwarmt? (Holoceen)
1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with text slides and 5 videos.

Items in this lesson

  • §6.2 De zeespiegel stijgt

Tijdens ijstijden in het Pleistoceen =
Water is opgeslagen in ijs
Wat gebeurt er als het klimaat opwarmt? (Holoceen)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
  • Terugblik
  • Uitleg H6§2
  • Tijd voor opdrachten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen van deze les
  • Leg uit wat transgressie is.
  • Hoe ontstaat Hollandveen?
  • Wat is het verschil tussen hoog- en laagveen? 
  • Welke bijdage heeft het inklinken van veen op de zeespiegelstijging? 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Herhaling pleistoceen
Koud
Droog
Veel ijs (Gletsjers)

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Zeespiegel stijging?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Transgressie
Periode van transgressie door stijgende zeespiegel.
Invloed van de zee neemt toe en het grondwaterpeil steeg (de kustlijn trekt landinwaarts)

Landschappen ontstaan:
  • Duinen en strandwallen (Waddenkust)
  • Veenmoerassen (hoogveen en laagveen)



Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Waddenkust
6000 jaar geleden
  • Op de grens van land en zee vormde zich lage strandwallen. 

  • Die lagen evenwijdig aan de kust en liepen niet meer onder water

  • De wind kreeg hier vat op en waaide het op tot duinen          Oude Duinen.



Strandwal
Zandbank die door de branding is opgeworpen en boven zeeniveau ligt.

Strandwallen door zeegaten onderbroken onder hevig aan getijden.

Blauwgrijze gebied op de kaart is een getijdengebied.


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Veenmoerassen
2500 jaar geleden verschuift kust zeewaarts door een dalende zeespiegel.
Aan zee ontstaat een lange, lage aan een gesloten duinenrij

Gebied achter de duinen
  • invloed zeewater werd minder en er ontstaat een gebied met zoutwater.
  • In de natte omstandigheden ontstaan moerassen.
  • Oude planten resten verzamelen zich onder water, dit noemen ze een veenmoeras.
  • In dit veenmoeras ontstaat             Hollandveen. 

Hollandveen
Achter de aangesloten duinen ontstaat een natte omgeving waar planten groeien en doodgaan. De dode plantenresten stapelen zich op. Dit vormt een dikke pakket, dit noemen ze veen. Omdat het in meeste zich in Noord-Holland en Zuid-Holland zich gevormd heeft noemen ze dit Hollandveen.

Groene gebied op de kaart is veenmoeras/Hollandveen


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Hoog- en Laagveen
Laagveen: ontstaat in voedselrijk water onder de grondwaterspiegel.  

Hoogveen: ontstaat door voedselarm water(regen) 
boven de grondwaterspiegel.                 Veenmos
Verlanding
Wanneer de veenlaag boven water komt wordt het land. Dit wordt verlanding genoemd. Hier kan dan weer andere planten en bomen gaan groeien. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Inklinking van Basis veengronden
Veen
Ophoping van plantenmateriaal
Ziet dit er stevig uit?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Bodemdaling / Inklinking
Inklinking veen, als gevolg van verdroging, zorgt voor bodemdaling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Waarom stijgt de zeespiegel?
Absolute zeespiegelstijging             Relatieve zeespiegelstijging

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Zoals Nederland zonder dijken
zou zijn!

(Hoogte kaart Nederland)
omdat, ...?
Nederland voor een deel onder zeeniveau ligt

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Bodemdaling in NL

Nederland is dus al laag, en de bodem is ook nog aan het dalen.

Waarom daalt de bodem in Nederland?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions


Glaciale wip zorgt voor bodemdaling
Ander woord: glaciaal(koude periode).

In Scandinavië een dikke laag landijs > aardkorst werd ingedrukt.

Smelten van het ijs deed gewicht verdwijnen > aardkorst veerde op. 

Noord-Nederland daalt hierdoor met 2 mm per jaar.


Ander woord: glaciaal(koude periode).
In Scandinavië een dikke laag landijs > aardkorst werd ingedrukt.
Smelten van het ijs deed gewicht verdwijnen > aardkorst veerde op.
Noord-Nederland daalt hierdoor met 2 mm per jaar.

Slide 19 - Slide

Ander woord: glaciaal(koude periode).
In Scandinavië een dikke laag landijs > aardkorst werd ingedrukt.
Smelten van het ijs deed gewicht verdwijnen > aardkorst veerde op.
Noord-Nederland daalt hierdoor met 2 mm per jaar.

 Relatieve zeespiegelstijging
Doordat het warmer worden op aarde smelt het landijs: 
Het landijs op de Zuidpool, Groenland, Gletsjers smelt. 
Hierdoor stijgt de zeespiegel. Dit noemen we absolute zeespiegelstijging.
Absolute zeespiegelstijging + bodemdaling noemen we relatieve zeespiegelstijging. 

De bodem daalt, door dat de bodem inklinkt. De bodem is meestal veengrond. Wanneer hier water uitgehaald word, droogt het veen op en zakt in (inklinking). Het land waar wij op leven komt dan lager te liggen. 

Wanneer de zee 2 meter stijgt en de bodem met 1 meter inklinkt, dan stijgt de zee relatief met 3 meter.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Steeds verder onder de zeespiegel 
  1. De zeespiegel stijgt door klimaatverandering 
  2. Laag-Nederland ligt onder de zeespiegel.  
  3. Door bodemdaling komt het land nog verder onder de zeespiegel te liggen. 

Vraag: Benoem bij elk nummer de juiste vorm van zeespiegelstijging. Kies uit: absolute zeespiegelstijging
                                        en/of  relatieve zeespiegelstijging

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

NL Steeds verder onder de zeespiegel 
  1. De zeespiegel stijgt door klimaatverandering
    ABSOLUTE zeespiegelstijging
  2. Laag-Nederland ligt onder de zeespiegel.  
    RELATIEVE zeespiegelstijging
  3. Door bodemdaling komt het land nog verder onder de zeespiegel te liggen. 
    RELATIEVE zeespiegelstijging

Relatieve zeespiegelstijging = 
echte zeespiegelstijging +
daling van de bodem.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Maak van §6.2 De zeespiegel stijgt: opdracht 1abcde, 2, 3bcd, 4, 5, 6, 7 en 8
(Maandag 30 sep af)










Fietsexcursie vrijdag 4 oktober :D! Regel optijd een fijne fiets
Heb je H6.1 al af?  H6§1 opdr 1abde, 2de, 3cd, 5c, 6ab

Klaar? Maak een samenvatting van de begrippen + wat moet je kennen en kunnen vragen

Wo 8 okt 
SO H6 §1+2 +knipselboekje
§6.2


§6.1

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions