8.1 deel 2 KNM

Bereken de oppervlakte van driehoeken KLM.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bereken de oppervlakte van driehoeken KLM.

Slide 1 - Slide

Rechthoekige                       1 scherpe                2 scherpe en 1 stompe  driehoek                                 hoek                         hoek
Oppervlakte driehoek = basis x hoogte : 2

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Pen, rekenmachine en papier!
Er komt een vraag in beeld te staan. Je geeft antwoord op deze vraag in je schrift. Schrijf ook je berekeningen op. Alle afmetingen zijn in cm.

Als we gaan bespreken, komen er 3 antwoorden op het bord te staan. 
A = Zitten
B= Vinger
C= Staan

Slide 4 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek ABC.

Slide 5 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek ABC.
A = 210 cm2
B = 105 cm2
C = 420 cm2

Slide 6 - Slide

Welke zijde is de hoogte van basis EG?

Slide 7 - Slide

Welke zijde is de hoogte van basis EG?
A = FG
B = HG
C = FH

Slide 8 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek EFG.

Slide 9 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek EFG.
A = 105 cm 2
B = 84 cm 2
C = 30 cm2

Slide 10 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek KLM.

Slide 11 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek KLM.
A = 60 cm 2
B = 65 cm 2
C = 78 cm2

Slide 12 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek VWX.

Slide 13 - Slide

Bereken de oppervlakte van driehoek VWX.
A = 127,5 cm 2
B = 102 cm 2
C = 90 cm2

Slide 14 - Slide

Aan het werk:
8.1 verder af maken, dus opdracht 7 en 8. 
Mavo maakt 3.2 verder af.

Klaar? 
Begin aan 8.2.
Mavo begint aan 3.1.

Slide 15 - Slide

Parallellogram:

Slide 16 - Slide

Parallellogram:

Slide 17 - Slide