Aardrijkskunde quiz

Aardrijskunde quiz
Hallo vriendelijke klasgenoten!

Hierbij mijn quiz. 
Preventief excuus voor de eventuele spelling en grammatica fouten :))

Successs!!!
1 / 49
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Aardrijskunde quiz
Hallo vriendelijke klasgenoten!

Hierbij mijn quiz. 
Preventief excuus voor de eventuele spelling en grammatica fouten :))

Successs!!!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Het Nederlandse Landschap 

Hoofdstuk 4 



Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Sleep het juiste landschap naar het juiste onderdeel van Nederland
Hoog-Nederland
Laag-Nederland
Heuvellandschap
Zandlandschap
(Voormalige hoogveenlandschap)
Duinlandschap
Laagveenlandschap
Zeekleilandschap
Rivierenlandschap
Lösslandschap

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Wat is GEEN functie van de duinen?
A
Bescherming tegen de zee
B
Recreatie
C
Waterwinning
D
Schroothoop

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welk landschap is het oranje?

A
Rivierkleilandschap
B
Lösslandschap
C
Zandlandschap
D
Laagveenlandschap

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is löss (grond)?
A
Zavel
B
Verhard klei
C
Fijn zand
D
Grind

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welk landschap is lichtgroen?
A
Rivierkleilandschap
B
Duinlanschap
C
Zandlandschap
D
Laagveenlandschap

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarom zit het
rivierkleilandschap daar?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Waarom daar?
De belangrijkste rivieren van Nederland lopen 
daar omheen. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoe ontstaat laagveen?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Laagveen
Laagveen ontstaat van onderop. Planten die in het water groeien, sterven af en zinken naar de bodem. Als ze op de bodem van het water liggen, komt er geen zuurstof. Gevolg is dat ze niet vergaan. Doordat in de loop van de tijd steeds meer planten vergaan, wordt die laag steeds dikker. Zo dik dat die aan het wateroppervlak komt. En dan kan er een zogenaamd moerasbos op

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Bevolking en Ruimte
Hoofdstuk 5

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wat is de juiste volgorde?
A
Suburbanisatie- urbanisatie - re-urbanisatie
B
re-urbanisatie - suburbanisatie - urbanisatie
C
Urbanisatie- re-urbanisatie - suburbanisatie
D
Urbanisatie- suburbanisatie- re-urbanisatie

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welke pushfactoren leidden tot suburbanisatie?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Criminaliteit
B
Kleine behuizing
C
Goedkopere huisprijzen
D
Groen

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welke bevolkingsgroep verhuisden massaal in de jaren 70 naar Europa?
A
Noord- en Zuid- Amerikanen
B
Chinezen en Japanners
C
Turken en Marokkanen
D
Polen en Roemenen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat was het effect van de migratie van de Turken en Marokkanen?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Effect migratie
Dit leidde tot segregatie in vele steden. 

Segregatie (= Verschijnsel waarbij mensen noodgedwongen vooral contact hebben met cultuurgenoten en nauwelijks integreren)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Klimaatgebieden wereld
Hoofdstuk 3

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de TWEE factoren van neerslag?
A
Ligging van bergen
B
Breedteligging
C
Liggen ten opzichte van de zee
D
Windrichting

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Aan welke zijde is de temperatuur hoger?
A
Loefzijde
B
Lijzijde

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Breedteligging en ligging ten opzichte van de zee zijn temperatuur factoren.
Welke van de volgende factoren is dat NIET?
A
Luchtdruk
B
Hoogteligging
C
Windrichting
D
Ligging van gebergten

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

In welk klimaat groeien er naaldbomen
A
Landklimaat
B
Steppeklimaat
C
Toendraklimaat
D
Middelands Zeeklimaat

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Naaldbomen klimaat
Aanvulling:
In het landklimaat EN zeeklimaat groeien naald- en loofbomen

In het Middelands (Mediterraan) zeeklimaat groeien olijf- palm- en citroenbomen. 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Bestaansmiddelen
Hoofdstuk 6, 7 en 8.

(Werk sectoren en belangrijke middelen om te kunnen blijven bestaan)

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen intensieve en extensieve veeteelt?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Verschil
Bij intensieve veeteelt moet er veel moeite, tijd en geld geïnvesteerd worden. 
Waarbij extensieve veeteelt met weinige moeite gedaan wordt.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van intensieve veeteelt?
A
Grote oppervlaktes met vee
B
Kleine groepen vee
C
Melkveehouderij

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat doen landbouwers om de concurrent de baas te blijven?
A
Meer vee binnen halen
B
Specialiseren
C
Machines inkopen

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Aanvulling
Tuurlijk zullen de boeren ook de andere dingen doen maar om goed te worden in iets moet je voornamelijk specialiseren.

Hierdoor kunnen ze ook andere bedrijven over nemen en hun schaal vergroten. 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn vormen van landbouw?
Meerdere antwoorden
A
Visserij
B
Bosbouw
C
Akkerbouw
D
Tuinbouw

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de juiste fossiele energiebron naar hun vind plek!
VS, Colombia en China
Midden-Oosten, NL, VS en Libië
Rusland en Nederland
Steenkool
Aardolie
Aardgas

Slide 31 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een niet-duurzame alternatieve energie?
A
Biobrandstof
B
Waterkracht
C
Fossiele energie
D
Kernenergie

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Aanvulling
Fossiele energie is zeker geen duurzame alternatieve energiebon.

ALLEEN is fossiele energie een andere bron van energie
dan niet-duurzame energie.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Wie zit er NIET in de BRIC-landen
A
Indonesië
B
Rusland
C
China
D
Brazilië

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Verbind de juiste sector met juiste het gebied van de centrum-periferie model?
Tertaire sector
Secundaire sector
Primaire sector
Centrum
Semi-periferie
Periferie

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

Krachten der aarde
Hoofdstuk 2

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de zeven continenten?

Slide 37 - Open question

This item has no instructions

Zeven continenten 
Europa
Azië
Afrika
Noord- en Zuid- Amerika
Australië
Antartica

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Hoe heette de wereld 225 miljoen jaar geleden (Toen het nog een geheel was)?
A
Laurasie
B
Pangaea
C
Tethys
D
Gondwana

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Door wat komt mechanische verwering?
A
De aardkern
B
Zuren
C
Het weer
D
Beweging van de platen

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Zet de juiste beweging bij de juiste benaming
Divergerende platen
Transforme platen
Convergerende platen

Slide 41 - Drag question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen orkanen en tornado's

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Verschil
Een orkaan is een supersterke storm, met veel wind en vaak heel veel regen. Orkanen ontstaan boven zee.

Een tornado is een wervelwind, een supersnelle rondtollende draaikolk van lucht. Tornado's ontstaan boven land, en vaak tijdens een zware onweersbui. 

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Water
Aantekeningen en lessen 
Hoofdstuk 2

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Pak pen en papier erbij!
Tegen de rivierbedding met:
Rivier, uiterwaard, zomerdijk en winterrijk.

Slide 45 - Open question

This item has no instructions

Antwoord!

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

A
B
C
Evaporatie
Condensatie
Neerslag

Slide 47 - Drag question

This item has no instructions

The end!
Hallootjesss!

Of je nou alles wist of niets!
Tis een heftige periode met veelste weinig tijd! Dus je best doe je sowieso

Succes morgen en bedenk er is altijd een her!!! ;))

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Slide 49 - Video

De leerlingen krijgen nu de eerste 10 minuten van de film Knor te zien. Hierna gaan jullie middels vragen, opdrachten en korte fragmenten dieper op de film in.