Eerste les: PTA + standpunt/argumentatiestructuur

Welkom
  • Ga zitten volgens de plattegrond. 
  • Pak je laptop, zet hem aan en log in op LessonUp. 
  • Voeg jezelf toe (met je volledige naam) aan:
  • klascode mwdta
  • Klaar? Doe je laptop weer dicht.

Nederlands havo 5
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
  • Ga zitten volgens de plattegrond. 
  • Pak je laptop, zet hem aan en log in op LessonUp. 
  • Voeg jezelf toe (met je volledige naam) aan:
  • klascode mwdta
  • Klaar? Doe je laptop weer dicht.

Nederlands havo 5

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Deze les
  • Ik heb een jaaroverzicht
  • Ik heb een onderwerp gekozen
  • Ik heb een idee van  hoe het mondeling er uitziet
  • Ik  ken het verschil tussen een mening en een argument en kan de verschillende argumentatie- structuren herkennen.

Slide 3 - Slide

PTA
  • Tekstbegrip + Argumenteren  (2x)
  • Betoog schrijven (4x)
  • Debatteren (3x)
  • Literatuur mondeling (3x)
  • Poëzie (2x)

  • 5 boeken rond onderwerp gelezen + afgeronde opdrachten

Slide 4 - Slide

argumenteren

Slide 5 - Slide

Mening
ook wel: standpunt, stelling

(vaak) te herkennen aan: ik vind, mijn mening is, dus, daarom, mijns inziens, kortom, dan ook, mijn conclusie is, volgens mij ....

maar vaak ook impliciet (er zelf uithalen en formuleren)

Slide 6 - Slide

Argument
ook wel: reden(ering)
ondersteunt het standpunt
waarom vind je iets?

(vaak) te herkennen aan: omdat, want, daar, de reden is....

Slide 7 - Slide

tegenargument en weerlegging

  • tegenargument gaat tegen standpunt in
  • weerlegging gaat tegen argument in.



Slide 8 - Slide

Opdracht
Bespreek met elkaar: wat is volgens jullie het verschil tussen een feitelijk en een waarderend argument?

Geef van beide een voorbeeld bij het standpunt:
'Het besluit om gezinshereniging voor vluchtelingen 
af te schaffen moet worden teruggedraaid'


timer
5:00

Slide 9 - Slide

voorbeelden bespreken
feitelijk:
controleren
waarderend: mening

Slide 10 - Slide

Argumentatiestructuren

Slide 11 - Slide

4 basisstructuren
  1. Enkelvoudige argumentatie
  2. Nevenschikkende argumentatie (onafhankelijk)
  3. Nevenschikkende argumentatie (afhankelijk)
  4. Onderschikkende argumentatie

Slide 12 - Slide

Ik vind dat een lekker snoepje

want 

het snoepje is zoet van smaak.

standpunt --> argument
want  ertussen
het snoepje is zoet van smaak

dus

ik vind dat een lekker snoepje.

argument --> standpunt
dus ertussen

Slide 13 - Slide

Ik vind dat een lekker snoepje 

want 
het snoepje is zoet van smaak

want 
het bevat veel suiker.

onderschikkend
Ik vind dat een lekker snoepje

want 
het bevat veel suiker

want
het snoepje is zoet van smaak.

verkeerde volgorde xxxxxxxxx

Slide 14 - Slide

Ik vind dat een lekker snoepje

want 
het is zoet van smaak
(kan weggelaten)

en 
het is lekker zacht van structuur.

nevenschikkend (onafhankelijk)
Ik vind dat een lekker snoepje

want 
het is zoet van smaak 
(kan niet weggelaten)

en 
ik ben een zoetekauw.

nevenschikkend (afhankelijk)

Slide 15 - Slide

Opdracht
  • Maak het huiswerk van de online planning voor 6-9 
  • of uit het havo-4-boek H2 P1 opdr. 1 en 8 en P2 1 t/m 3 
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Literatuur havo 5
  • 5 boeken rondom een onderwerp
  • 4x niveau 3 (minimaal), 1x niveau 4 (minimaal) 
  • leesgraag.weebly.com (voor tips, voor lijst, voor opdrachten, voor beoordeling)
  • inleveren via Magister opdrachten
  • soms in de les, soms thuis opdracht (af)maken

Slide 17 - Slide

Tips
Maak korte aantekeningen na het lezen, over: 
  • personages
  • perspectief
  • plaats(nam)en
  • opvallende zaken

Lees samen hetzelfde boek 

Slide 18 - Slide

Opdracht
  • Bekijk de onderwerpenlijst
  • Noteer een paar titels voor jezelf
  • Kijk of ze beschikbaar zijn in de (online)bibliotheek of reserveer/kijk in de mediatheek
  • Klaar? Ga verder met Argumenteren
leesgraag.weebly.com --> 
links en opdrachten --> havo 5

Slide 19 - Slide

Tweede Wereldoorlog

Slide 20 - Slide

Misdaad en criminaliteit

Slide 21 - Slide

titels bespreken

Slide 22 - Slide

Huiswerk
  • Leesboek meenemen
  • De opgegeven opdrachten van argumenteren 

4 oktober: boekopdracht 1 inleveren (Magister)

Slide 23 - Slide

Opdracht
Bespreek met elkaar: wat is volgens jullie het verschil tussen een feitelijk en een waarderend argument?

Geef van beide een voorbeeld bij het standpunt:
'Alle basisschoolkinderen zouden gratis ontbijt 
moeten krijgen op school.'


timer
3:00

Slide 24 - Slide