Langzaamaan vertalen

1 / 12
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Woordjes leren = herhalen

Slide 2 - Slide

ὁ θεος
A
angst
B
god
C
land
D
mens

Slide 3 - Quiz

ἐστι(ν)
A
(zij) zijn
B
(hij/zij/het) heeft
C
(hij/zij/het) bewoont
D
(hij/zij/het) is

Slide 4 - Quiz

οὐκουσι(ν)
A
(hij/zij/het) bewoont
B
(zij) bewonen
C
(zij) hebben
D
(zij) zijn

Slide 5 - Quiz

ὁ δουλος
A
land
B
niet
C
slaaf
D
angst

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Zinnen vertalen
1. Ὁ Ἡρακλης δουλος οὐκ ἐστιν.
2. Φοβον ἡ χωρα ἐχει. (!)
3. Τί ὁ θεος οὐκ ἐστιν ἀνθρωπος;
4. Χωραν ὁ δουλος οὐκ ἐχει.
5. Οἱ θεοι οὐ δουλοι εἰσιν.
6. Τί οἱ δουλοι θοβον ἐχουσιν;

Slide 8 - Slide

οἰκουσιν / εχουσιν -     ουσι(ν)     = 3e pers mv 'zij.... wonen' 
οἰκει / εχει -    ει      = 3e pers ev 'hij/zij/het

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

ἐστι(ν)
A
(zij) zijn
B
(hij/zij/het) heeft
C
(hij/zij/het) bewoont
D
(hij/zij/het) is

Slide 11 - Quiz

ὁ θεος
A
angst
B
god
C
land
D
mens

Slide 12 - Quiz