This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
Oefenen hoofdstuk 1: wereldeconomie
Slide 1 - Slide
§2
Na 1990 verplaatsen MNO's steeds vaker hun fabrieken naar niet-westerse landen. Waarom doen ze dat? (2 redenen)
Slide 2 - Open question
§2
Waar streeft de WTO (wereldhandelsorganisatie) naar?
A
Willen meer handelsgrenzen om landen te beschermen.
B
Streven naar meer vrijhandel, ze willen wereldhandel bevorderen.
C
Willen globalisering tegen gaan.
Slide 3 - Quiz
De wereldhandel is toegenomen door de opdeling van de productieketen, door beter transport en door het verdwijnen van handelsgrenzen (WTO).
Waar
Niet waar
Slide 4 - Poll
§2
Global shift kun je het beste omschrijven als...
A
De opdeling van de
productieketen
B
Het gevolg van globalisering
C
Verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld
Slide 5 - Quiz
§3
Een land dat vroeger een kolonie was, is nu vaak rijk.
Waar
Niet waar
Slide 6 - Poll
§3
Communistische planeconomie
Vrijemarkteconomie
Dictatuur
Democratie
Slide 7 - Drag question
§3
Wat is een voordeel van vrijhandel?
A
Bedrijven kunnen hun afzetmarkt vergroten in andere landen.
B
Een land kan zich specialiseren in productie van goederen die het land het best kan produceren.
C
A en B.
D
Er is voor een bedrijf nu minder concurrentie.
Slide 8 - Quiz
§4
Wat geeft de Gini-coëfficiënt aan?
Slide 9 - Open question
§4
Rijke landen
Arme landen
Tussen in
Semi-periferie
Democratie
Periferie
Centrum
BRICS
Dictatuur, corrupt
Hier verplaatsen MNO's hun fabriek naar toe
Slide 10 - Drag question
Wat zijn 2 natuurlijke oorzaken voor de ontwikkeling van een land?
Slide 11 - Open question
§4
Natuurlijke en menselijke oorzaken behoren tot de .....
Interne oorzaken van een land
Externe oorzaken van een land
Slide 12 - Poll
Een regio is sturend, volgend of achterblijvend. Sleep deze verschillende posities naar de juiste bron.
Sturend
Volgend
1 / 2 / 3 / 4
Achterblijvend
Slide 13 - Drag question
“De toename van de productie van goederen verloopt veel trager dan de groei van de wereldhandel.”
Leg bovenstaande uitspraak duidelijk uit en maar hierbij onder andere gebruik van het begrip: productieketen.
Slide 14 - Open question
De oorzaak van het feit dat een land arm of rijk is kan te maken hebben met externe oorzaken. Welke zijn dat?
Slide 15 - Open question
Gebruik kaartblad GB 259. Het Afrikaanse land Angola scoort hoog op de globaliseringsindex. Toch heeft de handel van Angola alle kenmerken van een exploitatiekolonie uit de tijd van het industrieel kolonialisme. Welk kenmerk – zichtbaar op een kaart op dit kaartblad – geeft daar een aanwijzing voor?