Mavo:
1. Je weet welke keuzes een cartograaf maakt bij het maken van kaarten.
2. Je kent het verschil tussen verschillende soorten kaarten.
3. Je kunt titel, legenda, schaal en noordpijl van een kaart gebruiken.
Havo/vwo:
1. Je weet welke keuzes een cartograaf maakt bij het maken van kaarten.
2. Je kunt de titel, legenda, schaal en noordpijl van een kaart gebruiken.
3. Je kent het verschil tussen verschillende soorten kaarten.