25 november D1b HV

• wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 3

succes

Doelen

kritisch nakijken

termen herhalen

decimale getallen naar breuken schrijven

breuken naar decimale getallen schrijven

getallen afronden

huiswerk nakijken

heb je vragen, stel ze bij stap 28

herhalen

delers, veelvouden en priemgetallen

test je kennis nog even

succes

Welk getal is geen priemgetal?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 5

Welk getal is het enige even priemgetal?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

36 kan ik schrijven als een vermenigvuldiging van de volgende priemgetallen

1. 6 x 6
2. 2 x 3 x 6
3. 2 x 2 x 3 x 3
4. 2 x 2 x 9

Welk getal is geen veelvoud van 6

1. 6
2. 26
3. 48
4. 66

Welke begrippen horen bij breuken?

decimale getallen 

bekijk de uitleg en maak daarna de meerkeuze vragen

 afronden op 2 decimalen

succes

rond het volgende getal af op 2 decimalen
3,3451

1. 3,34
2. 3,35
3. 3,345
4. 3,346

rond het volgende getal af op 2 decimalen
0,8952

1. 0,89
2. 0,90
3. 0,895
4. 0,896

rond het volgende getal af op 2 decimalen
27,8746

1. 27,87
2. 27,88
3. 27,875
4. 27,874

 afronden op 3 decimalen

succes

rond het volgende getal af op 3 decimalen
3,3451

1. 3,34
2. 3,35
3. 3,345
4. 3,346

rond het volgende getal af op 3 decimalen
27,8746

1. 27,87
2. 27,88
3. 27,874
4. 27,875

rond het volgende getal af op 3 decimalen
0,8952

1. 0,89
2. 0,90
3. 0,895
4. 0,896

afronden op een heel getal

succes

rond het volgende getal af op een heel getal
0,8952

1. 0
2. 1
3. 2

rond het volgende getal af op een heel getal
3,3451

1. 2
2. 3
3. 4

rond het volgende getal af op een heel getal
27,8746

1. 25
2. 27
3. 28
4. 30

Hoe ging het afronden?

1. Ik had alles goed
2. Ik had 1 of 2 foutjes
3. Ik had meer foutjes en vraag instructie

Stel je vragen van het afgelopen huiswerk NU

Maak online of uit je boek 

3.4 vragen 30, 32 , 33, 35 en 36

Zoek eens een handig filmpje die bij Nederlands/grammatica past.
Plak de link(jes) hieronder.

Zoek eens een handig filmpje die bij breuken/afronden past.
Plak de link hieronder.

Maak online of uit je boek 

 maak 3.5

Je bent klaar!

Goed zo, ga je gemaakte werk na(be)kijken.

Bekijk de vragen die niet helemaal goed gingen nog eens goed. 

Beantwoord daarbij de vraag: 

Waarom heb ik deze vraag fout gemaakt?

1 Niet goed gelezen. 

2 Ik kende de theorie niet goed maar nu snap ik het.

3 Ik ken de theorie niet goed en heb nog hulp nodig.