Christendom #1

Deze periode behandelen we het Christendom

Je krijgt lessen over het christendom, met een aantal vragen, filmpjes en je gaat met elkaar in gesprek.
Elke les krijg je een aantal stofvragen (gemarkeerd met ;            )
 deze moet je beantwoorden in de les.
 Na de 4 lessen bundel je deze vragen en lever je ze in.

Deze periode sluit je af met een SO over de stofvragen (ong. 20 stuks). Je mag er ook voor kiezen een PO te doen.
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Deze periode behandelen we het Christendom

Je krijgt lessen over het christendom, met een aantal vragen, filmpjes en je gaat met elkaar in gesprek.
Elke les krijg je een aantal stofvragen (gemarkeerd met ;            )
 deze moet je beantwoorden in de les.
 Na de 4 lessen bundel je deze vragen en lever je ze in.

Deze periode sluit je af met een SO over de stofvragen (ong. 20 stuks). Je mag er ook voor kiezen een PO te doen.

Slide 1 - Slide

Wat moet je dus doen?
1-> In de les zijn
2-> De vragen bijhouden
(er is ruimte voor nabespreken)
....en na 4 lessen inleveren
3-> De SO maken over de vragen;
 of het PO op bijgeleverde
 datum inleveren.

Slide 2 - Slide

Even terug: welke religies zijn er ook alweer?
Vul in 1. = .... 2. = .... enz

Slide 3 - Open question

Maak een woordspin en schrijf daarin alles wat jij bij christendom associeert (waar je aan moet denken).
Dit mag ook in duo's.

Naast woorden kun je ook tekeningen (christelijke symbolen) maken. 

Slide 4 - Slide

Welke invloed
van het christelijke geloof
merk je om je heen?
(bv: kerkgebouwen)

Slide 5 - Mind map

Ik ben een christen...
Nee, ik ben geen christen
Ik ben een christen maar doe er niet zoveel mee
Ik ben een christen en doe er wel iets mee

Slide 6 - Poll

Waarom ben je wel of niet een christen?

Slide 7 - Open question

Als ik 'christendom' of iets christelijks (kerk, dominee, bijbel) hoor dan heb ik daar de volgende associatie (gevoel/gedachte) bij:
Negatief
Neutraal
Positief

Slide 8 - Poll

Ik kom wel eens in de kerk...
Ik ga nooit naar een kerk
Ik bezoek wel eens een kerk op vakantie
Ik ga en toe; misschien aantal keer per jaar
Ik ga ongeveer maandelijks
Ik ga (bijna) wekelijks

Slide 9 - Poll

Hoelang bestaat het christendom ongeveer (afgerond)?
A
5000+ jaar
B
3500 jaar
C
2000 jaar
D
+- 1500 jaar

Slide 10 - Quiz

Wat is het grootste geloof ter wereld?
A
Jodendom
B
Islam
C
Boeddhisme
D
Christendom

Slide 11 - Quiz

Hoelang is het christendom ongeveer al in Nederland?
A
500 jaar
B
750 jaar
C
1000 jaar
D
1250 jaar

Slide 12 - Quiz

Stofvragen voor vandaag (kopiëren in tekstdocument en beantwoorden)
 
1) Wat betekent godsbeeld?
2) Geef 2 kenmerken van het christelijke godsbeeld die te maken hebben met God's karakter.
3) Geef 2 niet-karaktergebonden kenmerken van het christelijke godsbeeld.
4) Leg uit wat de drie-eenheid inhoudt

Slide 13 - Slide

Feitjes over het christendom:
* Grootste religie ter wereld (2.3 miljard aanhangers; 31%)
* Meest verspreide religie ter wereld (alle continenten)
* Bijbel:
> Meest verkochte boek (5 miljard kopieën)
> Elk jaar 100 miljoen keer verkocht
> Meest vertaalde boek (690 talen)
> Meest gestolen boek
* Meer dan 45.000 sub-stromen in het christendom

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Een godsbeeld is het beeld dat je van God hebt.
Ook mensen die niet in God geloven; hebben wel een godsbeeld. 
Ze definiëren immers datgene waar ze niet in geloven.

Een godsbeeld houdt in welk karakter God volgens jou heeft, wat bij Hem/Haar (?) past, hoe je dat van God zou kunnen weten.

Slide 18 - Slide

Bespreek met buurman/vrouw:

1) Als je het woord 'God' hoort, waar denk je dan aan? 
2) Welke karaktereigenschappen zou God hebben?
3) Hoe ziet God eruit? Is Hij beschrijfbaar? Heeft Hij een geslacht?
(dat ik een hoofdletter gebruik zegt iets over míjn godsbeeld)
4) Hoe zou iemand iets over God te weten kunnen komen?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Onder christenen zijn er ook verschillende godsbeelden.
Er is een kern echter die je kunt omschrijven.

-> Allereerst zijn christenen monotheïstisch: er is maar één God.
-> God is almachtig, alwetend, overal aanwezig
-> God is de bron van alle liefde en goedheid
-> Mensen zijn gemaakt in Zijn beeld en God bekommert zich om hen.
-> God verwacht moreel gedrag van de mensen en haat het kwade. Er bestaat goed en kwaad in het christendom.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Vader
Rechter
Liefde
Beschermer
Zorger
Schepper
Deze ideeën/namen over 
God kom je vaak tegen in het christendom. 
Wat zegt dit over het chr. godsbeeld?

Slide 25 - Slide

Christenen zien hun God als een drie-eenheid.
God de Vader, Zoon en Heilige Geest. We komen hier later op terug.
God is onder te verdelen in drie delen, maar vormen samen één God.
Dit is vergelijkbaar met een boom: stam, tak, blad; maar; wel één boom.

Slide 26 - Slide

Ga nu met de vragen bezig. Na afloop (korte) bespreking.

1) Wat betekent godsbeeld?
2) Geef 2 kenmerken van het christelijke godsbeeld die te maken hebben met God's karakter.
3) Geef 2 niet-karaktergebonden kenmerken van het christelijke godsbeeld.
4) Leg uit wat de drie-eenheid inhoudt

Slide 27 - Slide