Het vocabulaire van page 97-98-99 moet je leren voor de volgende les. Hoe kun je dat doen?
- eerst lees je de woorden eens rustig door, begin Frans-Nederlands voor deze week
- als je met flashcards werkt, maak deze dan nu (flashcards zijn kleine kaartjes waar je aan een kant het Franse woord noteer, aan de andere kant het Nederlandse woord)
- dan ga jezelf overhoren, afdekken met papier/hand of met de flashcards
- dan schrijf je de woorden op
- maak zinnen met de woorden uit de woordenlijst