Persoonlijk voornaamwoord

Persoonlijk voornaamwoord
in English
1 / 7
next
Slide 1: Slide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 7 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Persoonlijk voornaamwoord
in English

Slide 1 - Slide

Wat is het?
Het persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon of een groep personen, zonder ze bij naam te noemen.

Slide 2 - Slide


Ik ga vrijdag naar de speeltuin.
Reis jij graag met de trein?
Hij is aan de beurt.
Wij gaan naar de kinderboerderij.
Jullie gaan naar het zwembad.
Zij houden van Nederlandse muziek.

Slide 3 - Slide

Tip!
Vervang de persoonlijke voornaamwoorden door namen van personen als je het niet zeker weet. Kun je het niet vervangen door een naam, dan is het dus geen persoonlijk voornaamwoord!


  • Ga je met mij mee naar de speeltuin? → Gaat Marc met Rosa mee naar de speeltuin?
  • Vraag je dat aan ons? → Vraagt Marc dat aan Rosa en Ivo?
  • Ik parkeer voor ons huis → Rosa parkeert altijd voor ons huis.
  • Ga je ook naar haar feestje? → Gaat Rosa ook naar Linda’s feestje?

Slide 4 - Slide

Ga je met mij mee naar de speeltuin? → Gaat Marc met mij mee naar de speeltuin?
Vraag je dat aan ons? → Vraagt Marc dat aan mij?
Ik parkeer voor ons huis → Rosa parkeert altijd voor ons huis.
Ga je ook naar haar feestje? → Gaat Rosa ook naar Linda’s feestje?

Slide 5 - Slide

And now in English
I
you
he
she
it
you
we
they

Slide 6 - Slide

Let's practice
Please open Squla and go to
VMBO-BK
Engels
Persoonlijk voornaamwoorden


Slide 7 - Slide