Les 2 - BASIS: Kaartvaardigheden - Kaartlezen

LES 2 - BASIS - Kaartvaardigheden - Kaartlezen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

LES 2 - BASIS - Kaartvaardigheden - Kaartlezen

Slide 1 - Slide

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Leerdoelen
  • Hoe je achter de betekenis van een kleur of symbool kunt komen.
  • Hoe je een plaats op een kaart kunt vinden met behulp van de kaartvakken.

Slide 4 - Slide


Hoe lees je een kaart? 
Bij het lezen van kaarten ga je naar:
  1. Titel van de kaart
  2. Legenda
  3. Kaartvakken
  4. Schaal


 


Slide 5 - Slide


1. Titel van de kaart 
Deze staat altijd boven aan en dik gedrukt. Lees deze altijd goed, dan weet je of het de juiste kaart is. 

 


Slide 6 - Slide


2. De legenda
De legenda is een lijst waarop alle kleuren, lijnen en tekens op een kaart worden uitgelegd.

Als je de betekenis van een kleur, of symbool wilt weten ga je naar de legenda. Eerst kijk je of de betekenis bij de kaart staat. Kijk om de hele kaart heen.  

Slide 7 - Slide

3. Kaartvakken
Over alle overzichtskaarten lopen dunne zwarte lijnen: van boven naar beneden en van links naar rechts. Deze lijnen verdelen de kaart in vakken. Bovenaan en onderaan de verticale lijnen staan rode letters, links en rechts rode cijfers. Met deze lijnen en cijfers krijgt iedere vak zijn eigen naam.

Slide 8 - Slide

Kaartvak E2
Een voorbeeld: in de kaart hiernaast zijn de vakken met een letter E rood gemaakt. De vakken met het cijfer 2 zijn blauw gemaakt. Het vak dat rood en blauw tegelijk is gekleurd noemen we vak E2.


In welk kaartvak ligt Amersfoort? 
In vak E2

Slide 9 - Slide

4. Schaal





Om een kaart kleiner is dan in werkelijkheid, moeten we de schaal verkleinen. Het lijntje is in centimeter en geeft aan hoeveel kilometer dit in werkelijkheid is. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Waarvoor gebruiken we de schaal?
A
Om te kijken hoe groot de kaart is?
B
Om te kijken hoe groot alles OP de kaart is?
C
Om te kijken waar de kaart over gaat?
D
Om te kijken wat er op de kaart staat?

Slide 12 - Quiz

Waarvoor is de windroos?
A
Om de windrichting te bepalen?
B
Om te kijken hoe je de kaart moet vasthouden?
C
Om te laten zien waar het noorden is op de kaart?
D
als versiering

Slide 13 - Quiz

Wat staat er allemaal in een legenda?
A
plaatsnamen - wegen en rivieren
B
Alle figuurtjes op de kaart en de betekenis

Slide 14 - Quiz

Opdrachten maken
LES 2 - Basis - Kaartlezen

  • Ga naar LessonUp
  • Maak de opdrachten

 


Slide 15 - Slide