Paragraaf 4 Remmen en botsen

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Paragraaf 4 Remmen en botsen

Wat ga je leren?

5.4.1 Je kunt drie factoren noemen waarvan de lengte van de remweg afhangt.

5.4.2 Je kunt aan de hand van een grafiek uitleggen wat het verband is tussen de beginsnelheid en de remweg.

5.4.3 Je kunt uitleggen wat bedoeld wordt met de reactietijd en de reactieafstand.

5.4.4 Je kunt de afstand berekenen die een auto nodig heeft om te stoppen.

5.4.5 Je kunt uitleggen hoe veiligheidsvoorzieningen in een auto bijdragen aan het verlengen van de remweg van de inzittenden. (PLUS)

Sleep de woorden naar de open plekken in de tekst.
Kies steeds uit de 2 woorden die achter de zin staan.

Een auto rijdt op een natte weg met banden met weinig profiel. De remweg is __________ dan wanneer de auto nieuwe banden zou hebben.

Je fietst met je vriendje achterop naar huis. De massa is nu __________ dan wanneer je alleen op de fiets zit. 

Als je nu moet remmen is de remweg ____________.

Je rijdt langzaam naar school. Als je plotseling moet remmen ,  je remweg is_________ dan wanneer je snel zou fietsen.

langer

korter

groter

langer

a) reactietijd =  ...... s

b) reactieafstand =  ...... m

c) remweg = ...... m

1,0

2,8

10

0,7

8,3

15

20

Lange remweg

Kortere remweg

Alleen op de fiets

De weg is glad 

Je hebt nieuwe remmen 

Versleten banden

remweg

Hé, ik moet remmen

reactietijd

Een auto heeft niet onder alle omstandigheden dezelfde remweg.

Sleep de grootheden aan die de remweg beïnvloeden naar het goede vak

 

Goed

Fout

de afstand

de massa

de remkracht

de snelheid

de tijd

Remweg

Reactieafstand

Stopfstand

Oranje pijl

Groene pijl

Witte pijl

Stopafstand

Reactieafstand

Remweg

Kies van elke situatie of het de remweg langer of korter maakt.

Remweg wordt langer

Remweg wordt korter

Je banden zijn versleten

Je rijdt hard

Je hebt een volle aanhanger

De aanhanger is leeg

Je remt hard

Het wegdek is weer droog

10. 3 Sleep de letters naar het juiste bijbehorende woord

Reactieafstand

Stopafstand

Remweg

A

B

C

Een auto heeft niet onder alle omstandigheden dezelfde remweg.
Welke grootheden beïnvloeden de remweg?

1. de afstand, massa en remkracht
2. de afstand, de massa en snelheid
3. de reactieweg,de remkracht en snelheid
4. de snelheid, de massa en de remkracht

Wat is de remweg?

1. 75 m
2. 95 m
3. 150 m
4. 170 m

Wat heeft GEEN invloed op de remweg?

1. Snelheid
2. Massa
3. Medicijngebruik
4. Versleten remmen

Wat is de remweg?

1. de lengte van de remsporen
2. een weg waarop je goed kunt remmen
3. de afstand die tijdens het remmen wordt afgelegd
4. De tijd die je nodig hebt alvorens je gaat remmen

Wat heeft invloed op de remweg?

1. gebruik van medicijnen
2. handsfree bellen
3. het moment dat het verkeerslicht op rood springt
4. het profiel van de banden

Een scooter maakt een noodstop. De beginsnelheid van de scooter is 45 km/h. De scooter remt in 4,4 s tot stilstand.

De beweging is eenparig vertraagd. Bereken de remweg.

1. 27,5m
2. 55 m
3. 99m
4. 198m

Gegeven: stopafstand = reactieafstand + remweg

Op welke van deze drie afstanden heeft de beginsnelheid invloed?

1. remweg
2. reactieafstand
3. remweg + stopafstand
4. alle afstanden

Bij een snelheid van 25 km/h bedraagt de remweg 4 meter.
Hoe groot is de remweg bij een beginsnelheid van 50 km/h?

1. blijft gelijk, 4 meter
2. 8 meter
3. 12 meter
4. 16 meter

De remweg van een auto is bij dezelfde remkracht afhankelijk van de beginsnelheid. Als de beginsnelheid tweemaal zo groot is, dan is de remweg bij benadering

1. viermaal zo klein.
2. tweemaal zo klein.
3. tweemaal zo groot
4. viermaal zo groot.

De beginsnelheid van een Koosje is 10 km/h, de remweg van de auto is dan 2 m.

Hoe groot is de remweg als Koosje 40 km/h gaat rijden?

1. 8 meter
2. 16 meter
3. 32 meter
4. 4 meter

Klaar?

In de les gaan we aan de slag met de opdrachten 1 t/m 15 op blz. 44 t/m 48.