2.1 Consumeren is kiezen

2.1 Consumeren is kiezen
Welkom allemaal!
Ga allemaal rustig zitten volgens de plattegrond en pak jullie spullen erbij.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.1 Consumeren is kiezen
Welkom allemaal!
Ga allemaal rustig zitten volgens de plattegrond en pak jullie spullen erbij.

Slide 1 - Slide

Planning
Leerdoelen 2.1
Uitleg
Aan de slag
Afsluiten van de les


Slide 2 - Slide

Leerdoelen
• Je weet wat behoeftes zijn en kan hierbij het verschil maken tussen primaire en secundaire behoeftes.
• Je weet  weten wat consumeren inhoudt en wanneer dat gebeurt.
• Je weet  produceren inhoudt en door wie dat kan gebeuren.
•Je weet wat het begrip schaarste inhoudt.

Slide 3 - Slide

Behoeften:
Ieder mens heeft behoeftes:
Primaire behoeften (Basisbehoeften) --> Eten, drinken en een huis
Secundaire behoeften  (Luxebehoeften). 
Bijvoorbeeld merkkleding, PlayStation, make-up en een auto

Slide 4 - Slide

Prioriteiten stellen
  • Dus: behoeften zijn onbeperkt!
  • We moeten kiezen wat het belangrijkste is.....
  • .... dat noemen we prioriteiten stellen

Slide 5 - Slide

Consumeren
Als je in je behoeften voorziet, ben je aan het consumeren. Je bent dan automatisch een consument.

Slide 6 - Slide

Produceren

Het maken van goederen en het produceren van diensten.


Slide 7 - Slide

Productie
We maken onderscheid tussen:
- Betaalde productie, iets doen of maken tegen betaling
- Onbetaalde prodcutie, iets doen of maken zonder betaald te worden

Slide 8 - Slide

Schaarste

Slide 9 - Slide

Schaarse goederen
Er zijn middelen nodig om ze te maken. 
Middelen zijn bijvoorbeeld tijd en geld.


Slide 10 - Slide

Schaarse goederen
Vrije goederen 
(zonlicht/lucht)

Slide 11 - Slide

Aan de slag!
Maak een begin aan het huiswerk van 2.1 (Opdracht 6 t/m 11).
Lees hierbij goed de tekst op pagina 41!
Je werkt zelfstandig in stilte hieraan.
Na 10 minuten bespreken we opdracht 10 t/m 11 na.
Klaar? Pak dan een nakijkboekje!
timer
7:00

Slide 12 - Slide

Leerdoelen
• Je weet wat behoeftes zijn en kunnen hierbij het verschil maken tussen primaire en secundaire behoeftes.
• Je weet  weten wat consumeren inhoudt en wanneer dat gebeurt.
• Je weet  produceren inhoudt en door wie dat kan gebeuren.
•Je weet wat het begrip schaarste inhoudt.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Wat is produceren
A
Iets kopen
B
Iets gebruiken
C
Produceren is gratis
D
Iets doen of maken voor de bevrediging van behoeften

Slide 16 - Quiz

Tussendoor wil iedereen wat eten, dat is
A
consumeren
B
een behoefte
C
produceren

Slide 17 - Quiz

Een broodje pindakaas eten is
A
consumeren
B
behoefte
C
produceren

Slide 18 - Quiz

Wat zijn vrije goederen?
A
Zeewater, zonlicht, wind
B
Brood, melk, boter
C
Ipad, Iphone, Macbook

Slide 19 - Quiz

Een lek in je dak repareren is een?
A
Basis behoefte
B
Luxe behoefte

Slide 20 - Quiz

Stel je hebt weinig geld of je wilt wat geld besparen. Waar bezuinig je dan op?
A
Basisbehoeften
B
Luxe behoeften

Slide 21 - Quiz

Wat hebben middelen, behoeften en schaarste met elkaar te maken?

Slide 22 - Open question