H4 krachten 3B

H4: Krachten
Benodigheden
- Boek
- Pen



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Welkom 3 basis!
Ga zitten en start met:

De opdrachten van 4.1 in je boek. Heb je boek B niet mee, dan kun je een kopietje bij je docent krijgen.


Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk
1 / 52
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 52 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 200 min

Items in this lesson

H4: Krachten
Benodigheden
- Boek
- Pen



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Welkom 3 basis!
Ga zitten en start met:

De opdrachten van 4.1 in je boek. Heb je boek B niet mee, dan kun je een kopietje bij je docent krijgen.


Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

H4 krachten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  1. Cijfers
  2. Leerdoelen
  3. Instructie (uitleg)
  4. Opdrachten
  5. Afsluiting 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

4.1 Soorten krachten
4.1.1 Je kunt de effecten van een kracht benoemen.
4.1.2 Je kunt verschillende soorten krachten herkennen.
4.1.3 Je kunt de werking en toepassing van verschillende soorten krachten beschrijven.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

De uitwerking van een kracht
  • Een kracht kan de snelheid veranderen.

  •  Een kracht kan de richting veranderen.


  • Een kracht kan de vorm veranderen. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Soorten krachten
  • Spierkracht -> de kracht die je gebruikt om iets uit te rekken of weg te duwen 

  • Veerkracht -> Ontstaat als je veerachtig materiaal indrukt. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Soorten krachten
  • Spankracht -> De kracht die aanwezig is in een strakgespannen touw, kabel of ketting.
  • Wrijvingskracht -> Ontstaat als twee oppervlakten over elkaar schuiven. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Soorten krachten
  • Magnetische kracht -> Kracht die een magneet uitoefent op een andere magneet, ijzer, staal en nikkel.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Soorten krachten
Zwaartekracht ->

Kracht waarmee de aarde aan je trekt en aan alles om je heen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Opdracht 1 t/m 25, Bladzijde 11 t/m 18

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

4.1 Soorten krachten
Snap je het?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

H4: Krachten
Benodigheden
- Laptop



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Welkom 3 basis!
Ga zitten en start met:

Test jezelf van 4.1

Geen laptop mee of stuk? Kom dan bij je docent.


Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk
Timur
Junhao
Beau
Hussein
Loghan
Arda
Seare
Devon
Jasper
Dylano
Ruben
Emirhan
Dean
Mikail
Milan
Berat

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  1. Leerdoelen
  2. Instructie (uitleg)
  3. Opdrachten
  4. Afsluiting 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

4.2 Krachten tekenen
4.2.1 Je kunt de drie onderdelen van een krachtpijl benoemen.
4.2.2 Je kunt de eenheid van kracht benoemen.
4.2.3 Je kunt uitleggen wat een krachtenschaal is.
4.2.4 Je kunt de grootte van een kracht berekenen met de krachtenschaal.
4.2.5 Je kunt een kracht tekenen door gebruik te maken van de krachtenschaal.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

een pijl voor een kracht
In een tekening kun je laten zien waar een kracht werkt.

 De pijl stelt de kracht voor van de man die duwt. 

Het begin van de pijl is de plaats waarop de kracht werkt.
 Die plaats noem je het aangrijpingspunt van de kracht.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Een pijl voor een kracht
Met een krachtpijl kun je dus het volgende aangeven:
• de plaats waarop de kracht werkt;
• de richting van de kracht;
• de grootte van de kracht.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

De eenheid van kracht
  • Hoe groot een kracht is geef je aan in Newton.
  • Newton is de eenheid van kracht
  • 1 newton kort je af als 1 N

Het symbool voor kracht is :  F

De eenheid van kracht is: Newton of N

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Krachtenschaal
Komt overeen met

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Krachten op schaal tekenen
Hoe groot is de kracht?
De pijl hiernaast is 5 cm lang.
De gebruikte krachtenschaal is 1 cm ≙ 50 N.


1 cm
5 cm
50 N
...

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Krachten op schaal tekenen
Gegeven: 1 cm ≙ 50 N.

Vraag voorbeelden
1. Kracht is 150 N, teken deze. 
2. Wat is de kracht (opmeten)?


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Samengevat
Een kracht kun je tekenen als een pijl.

Een kracht heeft een:
• aangrijpingspunt;
• richting;
• grootte.

Het symbool voor kracht is F.
De eenheid van kracht is newton.
1 newton kort je af als: 1 N.
De krachtenschaal is de afspraak over de kracht en de lengte van de pijl.




Slide 23 - Slide

This item has no instructions

H4: Krachten
Benodigheden
- Boek
- Pen



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Aan de slag met:

1 t/m 17 
Bladzijde 19 t/m 29


Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
1 t/m 17 , Bladzijde 19 t/m 29

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

H4: Krachten
Benodigheden
- Potlood
- Papier



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Welkom 3 basis!
Ga zitten en start met:

Teken een zo mooi mogelijk paard. De leerling die het mooiste paard kan tekenen wint!


Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk
Junhao
Beau
Hussein
Loghan
Seare
Jasper
Dylano
Emirhan
Dean
Berat
Ruben
Timur
Mikail
Arda
Milan
Devon
timer
10:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  1. Afspraken
  2. Oefenen krachten herkennen
  3. Oefenen verschillende soorten krachten 
  4. Oefenen krachten tekenen
  5. Afsluiten

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Afspraken
  1. Spullen en huiswerk voor elkaar.
  2. Als je binnenkomt start je rustig op je eigen plek met de opdracht die op het bord staat.
  3. Tijdens de uitleg let je op, doe je mee, laat je andere dingen liggen en laat je anderen met rust.
  4. Tijdens het werken ben je rustig op je eigen plek bezig met de opdracht die op het scherm/bord staat.
  5. Aan het eind van de les wacht je op je stoel tot de bel gaat.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

H4: Krachten
Benodigheden
- Potlood
- Papier



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Aan de slag!

Start met het werkblad dat je hebt gekregen. Als je klaar bent kom je bij je docent en mag je vast starten met de volgende opdracht.


Jas over je stoel
Rustig aan het werk
timer
10:00

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

H4: Krachten
Benodigheden
- Potlood
- Papier



Tassen op de grond
Op je eigen plek
Welkom 3 basis!
Ga zitten en start met:

Leg het huiswerk klaar
(werkblad 1 en 2) en maak werkblad 3



Jas over je stoel
        bord en docent
Rustig aan het werk
Junhao
Beau
Hussein
Loghan
Seare
Jasper
Dylano
Emirhan
Dean
Milan
Ruben
Timur
Mikail
Arda
Berat
Devon
timer
10:00

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 4.3 Zwaartekracht
  • Je kunt uitleggen wat zwaartekracht is. 
  • Je kunt de zwaartekracht berekenen die op een voorwerp werkt. 
  • Je kunt krachten meten met een krachtmeter/veerunster.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Video

This item has no instructions

Zwaartekracht
De zwaartekracht is de kracht die de aarde uitoefent op voorwerpen. Door de zwaartekracht valt alles naar beneden.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Hoe bereken je de zwaartekracht?
Zwaartekracht = Massa (in kg) x 10
Fz = m x 10 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Krachtmeter
  • Krachten meet je met een krachtmeter.
  • In een krachtmeter zit een veer. 

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Krachtmeter
  • Elke krachtmeter heeft een ander meetbereik.
  • Hangt af van de stugheid van de veer. 
  • Schaalverdeling.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Wat? Opdracht 1 t/m 15
Waar? Blz. 35 t/m 43

Volgende les: Practicum met krachtmeters.
Werk volgende les af? Dan mag je mee doen met het practicum. 

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

4.4 Nettokracht
Waar gaan we het over hebben?
-> Krachten in evenwicht
-> Nettokracht uitrekenen

Startopdracht: Lees bladzijde 44 en 45

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Twee krachten in evenwicht.

  • De zwaartekracht en spankracht  zijn even groot, maar tegengesteld gericht.

  • De kist blijft in evenwicht.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Normaalkracht
De normaalkracht is de kracht van de ondergrond op het voorwerp.
Bij evenwicht is de zwaartekracht gelijk aan de normaalkracht. 


FZ=FN

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Nettokracht
Nettokracht is de optelsom van alle krachten samen
Bij evenwicht: nettokracht = 0 N
De beweging van een voorwerp verandert niet

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Nettokracht
=> Nettokracht werkt in de bewegingsrichting


=> Nettokracht is 0 N


=> Nettokracht werkt tegen de bewegingsrichting in

Slide 42 - Slide

Nu worden de drie soorten beweging gekoppeld aan het nieuwe begrip 'nettokracht'. Belangrijk inzicht moment.
Nettokracht 
Wat is hier de nettokracht en welke kant op?

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Nettokracht

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Wat? Opdracht 1 t/m 10
Waar? Bladzijde 46 t/m 51


Slide 45 - Slide

This item has no instructions

4.6 Druk

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Zwaartekracht op een oppervlak
Druk is de kracht die werkt op 1 Vierkant centimeter.

Hetzelfde gewicht werkt op een kleiner oppervlak dus zal de druk groter zijn!





Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Oppervlaktes vergroten
Voorkomt doorzakken door de grond

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Fundering is breder dan de muur

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

De druk vergroten
Door de oppervlakte zo klein mogelijk te maken kun je de druk vergroten.

 Denk bijvoorbeeld aan het snijvlak van een mes, de bek van een nijptang, een punt van een injectienaald. 
Een injectienaald dringt gemakkelijk de huid in.
Dus hoe kleiner het oppervlak hoe groter de druk is..

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Maken Opdracht 1 t/m 13

Bladzijde 64 t/m 67


Slide 51 - Slide

This item has no instructions

Slide 52 - Slide

This item has no instructions