This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Goedemorgen
Klas 2G
Slide 1 - Slide
Chinese wijsheid
Er bestaat een klassiek Chinees verhaal over de kracht van samenwerking.
Het gaat als volgt:
Een oude man met tien zonen riep hen bij elkaar vlak voordat hij zou sterven. Hij nam tien eetstokjes en vroeg aan elk van de tien jongens om één stokje door te breken. Dit deden ze met groot gemak.
Slide 2 - Slide
Chinese wijsheid
Opnieuw nam de man tien stokjes, maar deze keer bundelde hij de stokjes samen. Hierna vroeg hij aan iedere zoon om de stokjes te breken. Geen van hen kon de bij elkaar gebonden stokjes breken, hoe hard ze het ook probeerden.
De wijze oude man sprak toen: "Elk van jullie is als een eetstokje.
Één is gemakkelijk te breken... maar als jullie je verenigen en samenwerken dan is jullie kracht zo groot dat je niet gemakkelijk zult breken..."
Slide 3 - Slide
Dit vak doe ik graag
Dit vak doe ik niet zo graag
En
Ne
Wi
Coa
Bi
Lo
Dier
Mm
Bvo
Gd
Slide 4 - Drag question
Deze docent kan ik goed volgen
Deze docent kan ik niet zo goed volgen
En
Ne
Wi
Coa
Bi
Lo
Dier
Mm
Bvo
Gd
Slide 5 - Drag question
Hier heb ik weinig huiswerk
Hier heb ik veel huiswerk
En
Ne
Wi
Coa
Bi
Lo
Dier
Mm
Bvo
Gd
Slide 6 - Drag question
Waar kan ik jou momenteel bij helpen?
Slide 7 - Open question
vliegtuig
Pak een a4'tje en zet je naam erop.
Draai het blaadje om en noteer:
links: 2 doelen voor tot de herfstvakantie (waar ga je naartoe werken?).
rechts: 2 dingen waar je trots op mag zijn.
Vouw een vliegtuigje en laat dit zo ver mogelijk vliegen.
Slide 8 - Slide
Voor dit vak ga ik een eindvoldoende halen
Aan dit vak moet ik echt nog werken voor de zomervakantie
En
Ne
Wi
Coa
Bi
Lo
Dier
Mm
Bvo
Gd
Slide 9 - Drag question
Aan de slag
Leren voor toetsen
Maken huiswerk
Zelfstandig aan de slag, deels in stilte en deels samenwerken.
Mogelijkheid tot extra uitleg en hulp.
Slide 10 - Slide
vliegtuig
Zoek een vliegtuigje dat niet van jou is.
Lees de doelen en noteer er feedback bij voor de ander;
hoe kan hij/zij dit doel bereiken.
Lees ook de zaken waar de ander trots op is en vul dit aan met
nog minstens één ander ding waar diegene trots op kan zijn.