h2fa2 semaine 25 les 1 en 2

  • Ondertekenen planning presentaties lundi 28 mars et lundi 3 avril
  • Grammaire de ontkenning 
  • Maken 16 c, 17 a, 17c, 17d, 18  pagina 22, 23 en 24 GL boek B
  • (Verder werken aan je presentatie)
  • Les devoirs: de ontkenning


Le programme du 20 en 21 mars
2023
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

  • Ondertekenen planning presentaties lundi 28 mars et lundi 3 avril
  • Grammaire de ontkenning 
  • Maken 16 c, 17 a, 17c, 17d, 18  pagina 22, 23 en 24 GL boek B
  • (Verder werken aan je presentatie)
  • Les devoirs: de ontkenning


Le programme du 20 en 21 mars
2023

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

De ontkenning in het Frans
Ik ben in Parijs.
Je suis à Paris.

Ik ben niet in Parijs.
Je ne suis pas à Paris.

Slide 3 - Slide

Il ne regarde pas la télé.
NE / N'
PAS
Persoonsvorm
(1e werkwoord in de zin)
Onderwerp
Rest van de zin

Slide 4 - Slide

Stappenplan


1.   Zoek de persoonsvorm (eerste werkwoord in de zin).

2.  Zet ne voor de persoonsvorm

3. Zet pas achter de persoonsvorm


LET OP!: Begint de persoonsvorm met een klinker/h  -> n'



Slide 5 - Slide

Wat is dus de plaats van de ontkenning in het Frans?

Slide 6 - Open question

Zet de ontkenning op de goede plek:
Je trouve mon livre.

Slide 7 - Open question

Zet de ontkenning op de goede plek:
Maxime adore le foot.

Slide 8 - Open question

Zet de ontkenning op de goede plek:
Nous habitons à Nice.

Slide 9 - Open question

Zet de ontkenning op de goede plek:
Ils sont à Marseille.

Slide 10 - Open question

Zet de ontkenning op de goede plek:
Je joue avec mon frère.

Slide 11 - Open question

La négation
ne ... pas
Elle n'est pas là.
ne ... plus
Je ne trouve plus la liste.
ne ... jamais
Il ne mange jamais de frites.
ne ... plus jamais
Je ne veux plus jamais partir.
ne ... rien
Elle ne mange rien.
ne ... personne*
Je n'ai pas encore vu personne.
ne ... pas encore
Je n'ai pas encore commencé.
niet
Zij is er niet.
niet meer
Ik vind de lijst niet meer. 
nooit
Hij eet nooit friet.
nooit meer
Ik wil nooit meer weggaan.
niets
Zij eet niets. 
niemand
Ik heb nog niemand gezien. 
nog niet
Ik ben nog niet begonnen.


Slide 12 - Slide