3.3 vrede en crisis

3.3 Vrede en crisis
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3.3 Vrede en crisis

Slide 1 - Slide

Na de wapenstilstand 
  • 1918 eindigde de oorlog - wapenstilstand 
  • De geallieerden straften Duitsland - Verdrag van Versailles


  • Duitsers waren ontevreden (onrechtvaardig en vernederend)
  • Burgers boos op de regering 
  • Geallieerden dachten dat zo de problemen waren opgelost 
Duitsland kreeg de schuld
Duitsland moest oorlogsschade betalen
Duitse leger mocht niet groter dan 100.000 mensen 
Duitsland mocht niet in het grensgebied met Frankrijk en België 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat doen?
-3.3 op eigen manier (A, B, C, D)
-Test Jezelf 3.3 maken
-Succescriteria 3.3 maken en inleveren 

Klaar? --> 3.1 en 3.2 af? 
Starten met 3.4 of voor ander vak werken

Slide 4 - Slide

Welke gevolgen had het Verdrag van Versailles voor Duitsland?

Slide 5 - Open question

De straffen voor Duitsland waren eigenlijk wensen van Groot-Brittannië en Frankrijk. Welke straf uit het Verdrag van Versailles hoor bij welke wens?
Duitsland mag geen gevaar zij voor Frankrijk
Duitsland mag nooit een wereldmacht worden
Duitsland mag nooit meer oorlog kunnen voeren. 
Duitsland moet de schade herstellen die door de oorlog is ontstaan
Duitsland mag geen soldaten hebben in de grensgebieden
Het Duitse leger mag niet meer dan 100.000 soldaten 
Duitsland moet zijn koloniën afstaan 
Duitsland moet geld betalen aan de geallieerden 

Slide 6 - Drag question

Geef een reden, met één van de oorzaken uit paragraaf 1, waarom het niet eerlijk was dat alleen Duitsland de schuld kreeg van de oorlog:

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Voorspoed in de VS
  • De economie bloeide op tijdens WO l - productie
  • Grootste economische macht
  •  Economie groeide verder - consumptiemaatschappij 
  • Amerikanen sloten leningen af
  • verkopen van aandelen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

De crisis breekt uit 
  • In 1929 einde aan de groei van de Amerikaanse economie
  • Verkopen van aandelen - geld kwijt 
  • minder productie, leningen, bedrijven failliet, ontslaan
  •  Amerika in een diepe economisch crisis
  • Amerika deed er niks aan
  • werkloosheid steeg
  • 1933 nieuwe president die maakte plannen - bouwprojecten

Slide 11 - Slide

Maak de zin af:
Tussen 1914 en 1918 werd er in Europa minder voedsel geproduceerd, omdat

Slide 12 - Open question

Maak de zin af:
Tussen 1914 en 1918 werden er minder consumptiegoederen geproduceerd, omdat:

Slide 13 - Open question

Waarom was WO l gunstig voor Amerikaanse ondernemers?

Slide 14 - Open question

Welke producten passen goed bij een consumptiemaatschappij?
A
Zonnebril
B
Brood
C
Auto
D
Broodrooster

Slide 15 - Quiz

Noem twee voorbeelden waaruit blijkt dat de VS in 1929 in economische crisis verkeerde

Slide 16 - Open question

De economische crisis in Amerika had directe en indirecte oorzaken. Wat is een directe oorzaak en wat een indirecte?
Mensen kochten producten met geleend geld
Bedrijven leenden veel geld om hun bedrijf uit te breiden
Bedrijven verkochten minder producten
directe oorzaak
directe oorzaak
indirecte oorzaak
indirecte oorzaak

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

Een uitspraak "maatregelen die Roosevelt nam, maakten geen einde aan de crisis." Bedenk een argument voor deze uitspraak

Slide 19 - Open question

Maken 
opdracht 11 a+b en opdracht 12

Slide 20 - Slide