plus - Les 3 - uitspraak, être

On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre A
un ordinateur
pas de portable!
1 / 35
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 35 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre A
un ordinateur
pas de portable!

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui, on va:
  •  Contrôler le vocabulaire: welke woordjes hebben jullie geleerd?
  • Parler: la prononciation 
  • Ecrire / grammaire: le verbe être
  • Le vocabulaire: apprendre 2

Slide 2 - Slide

Est-ce qu'on va...
...écouter la prof? 
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?

Slide 3 - Slide

On va...
...écouter la prof! 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Un jeu:
Heeft het woord een é?
Zeg het na! 

Heeft het woord een è of ê?
Zeg het na!

Maar is het alleen een e? Hand voor je mond!


Slide 6 - Slide

demain

Slide 7 - Slide

très

Slide 8 - Slide

prénom

Slide 9 - Slide

prêt

Slide 10 - Slide

je

Slide 11 - Slide

me

Slide 12 - Slide

déteste

Slide 13 - Slide

chante

Slide 14 - Slide

mélodie

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Un jeu:
Heeft het woord een au?
Zeg het na! 

Maar is het alleen een ai? Hand voor je mond!


Slide 17 - Slide

sauter

Slide 18 - Slide

français

Slide 19 - Slide

Claude

Slide 20 - Slide

chaud

Slide 21 - Slide

plaire

Slide 22 - Slide

au revoir

Slide 23 - Slide

faux

Slide 24 - Slide

jaune

Slide 25 - Slide

parfait

Slide 26 - Slide

Aujourd'hui, on va:
  •  Contrôler le vocabulaire: welke woordjes hebben jullie geleerd?
  • Parler: la prononciation 
  • Ecrire / grammaire: le verbe être
  • Le vocabulaire: apprendre 2

Slide 27 - Slide

Est-ce qu'on va...
...écouter la prof? 
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?

Slide 28 - Slide

On va...
...écouter la prof! 

Slide 29 - Slide

Pak je geplakte aantekening!

Slide 30 - Slide

Et n'oubliez pas les devoirs: 
Leren/Herhalen:

apprendre 1 (FN-NF) p. 38
apprendre 2 (FN) p. 38


Mais maintenant, on va faire des exercices!

Slide 31 - Slide

Instruction
Quoi: S'entraîner avec le verbe "être"
Comment: Fais les exercices 8A-D dans ton livre aux pages 19 et 20
Gebruik je aantekening om te spieken, je hoeft het nu nog niet uit je hoofd te kunnen. Maar wel goed om het te proberen! 
Le but: Het werkwoord "être" een paar keer opgeschreven hebben, in zinnen 
Combien de temps: Le reste du cours

Important: Vertaal (op papier of in je hoofd) de zinnen waar je vormpjes in invult. Zorg dat je altijd weet wat het betekent, wat je doet!!!

Slide 32 - Slide

Est-ce qu'on va...
...écouter la prof? 
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?

Slide 33 - Slide

On va...
...travailler en silence.

Slide 34 - Slide

Merci et à la prochaine! 
Leren/Herhalen:

apprendre 1 (FN-NF) p. 38
apprendre 2 (FN) p. 38


Slide 35 - Slide