Workshop Spaans

¿Hablas Español?
Mini-workshop Spaans voor beginners

1. Uitspraak, alfabet en getallen
2. Wat zeg je als...?
3. En nu jij!
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

¿Hablas Español?
Mini-workshop Spaans voor beginners

1. Uitspraak, alfabet en getallen
2. Wat zeg je als...?
3. En nu jij!

Slide 1 - Slide

Voorstelrondje
¡Hola!
¿Cómo te llamas?  
Me llamo Doris ¿y tu?


Maak een naambordje.

Slide 2 - Slide

Wat weet je over Spanje of de Spaanse taal?

Slide 3 - Mind map

Uitspraak 
Luister naar het alfabet. 

Sommige letters klinken 
anders dan in het Nederlands.

Luister nog eens en herhaal de letters hardop.

Slide 4 - Slide

Uitspraak 
Voer het gesprekje en spel je naam.

...



Slide 5 - Slide

Uitspraak
LL =  LJ: me llamo, te llamas, ella (zij), la calle (de straat)
C voor O, A, U = K: cómo, la calle, Cádiz, cuando (wanneer)
C voor I, E = [ðə]: cinco (vijf), catorce (vertien)
Z = [ðə]: diez, Cádiz
Ñ = NJ: España, Español, el año (het jaar)
CH = TSJ: buenas noche, el coche (de auto)
H = wordt niet uitgesproken

Slide 6 - Slide

Getallen 0-100

Slide 7 - Slide

Getallen
Voer de gesprekjes en vul passende getallen in.

¿Cuántos años tienes? -
Tengo ... años, ¿y tu?
¿Cuál es tu número de teléfono? - Es 0031 6..........

Slide 8 - Slide

Wat zeg je als...? 
A ... je iemand wil leren kennen (begroeting, voorstellen)
B ... na openingstijden of de verjaardag vraagt (klok, dagen, maanden)
C ... ergens wil afspreken (voorstel doen, naar de weg vragen, richtingen)
D ...op de markt bent (levensmiddelen, aantal, gewicht, betalen)
E ... in een hotel of restaurant bent (reserveren, bestellen)

Slide 9 - Slide

Opdracht: Situaciones
Je gaat in een drietal een situatie van A-E uitwerken. Vervolgens presenteer je jullie uitkomsten in een ander groepje.

Stap 1:  
Schrijf 4-6 vragen en antwoorden in 
het Nederlands op die bij de situatie passen. 
Vertaal met google translate.  

timer
10:00

Slide 10 - Slide

Opdracht: Situaciones
Stap 2: 
Maak een woordenlijst met 20 aanvullende woorden of chunks die handig zijn in jouw situatie (Nederlands - Spaans).
B.v.: dagen van de week, maanden, gerechten, 
drankjes, hobby's, familieleden, huisdier, ...

Ontdek je overeenkomsten met andere talen? Benoem die dan!
timer
10:00

Slide 11 - Slide

Opdracht: Situaciones
Stap 3: 
Jullie maken nu drie groepen met daarin vijf experts. 
Je vertelt in de groep in max. 3 minuten 
over jouw situatie:
Wat kan je zeggen?  Hoe zeg je dat? Wat valt je op?
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Una pausa de 5 minutos

Slide 13 - Slide

Y ahora tu!
Kies A of B:
A: Verzin een situatie en voer met z’n 2-4 een kort gesprekje
B: Zing een Spaans liedje met z’n 2-4 (karaoke)


  • Gebruik het werkboekje + een vertaalwebsite
  • Oefen de uitspraak
  • Maak een tekening die als achtergrond op het digibord getoond wordt
  • Voer het gesprekje voor klas of zing het liedje 

1 minute of Fame
Duur van het gesprekje of lied: 1 minuut

Slide 14 - Slide

Wat heb je tijdens de workshop geleerd?

Slide 15 - Open question

Welke feedback heb je voor de medewerker?

Slide 16 - Open question

¿Habla usted Inglés?

Slide 17 - Slide