NN1 Blok 4 les 5 het gezegde

1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


Ik zit klaar voor de les:

  • Mijn spullen liggen op tafel (boek, pen, papier, laptop).
  • Mijn telefoon zit in de telefoontas
  • Mijn oortjes zitten in mijn tas.
  • Mijn jas hangt aan de kapstok.
  • Ik heb geen pet of capuchon op.
  • Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Slide 2 - Slide

Pak je laptop en:
  1. Start LessonUp op en voer de code in
  2. Pak je digitale boek Oorlogsgeheimen erbij
  3. Leg je schrift op tafel
  4. start ook SOM op

Slide 3 - Slide

NN1 blok 4 les 5
ontleden

Slide 4 - Slide


Deze les:
  • Leesopdracht bespreken
  • Lezen in Oorlogsgeheimen
  • Terugblik vorige les
  • Huiswerk bespreken
  • Instructie het onderwerp
  • Oefenen
  • Evalueren hoe de les ging

Slide 5 - Slide

Leeshuiswerk
 Je hebt hoofdstuk 5 en H6 gelezen.

  • Je hebt minimaal 5 verschillende soorten vragen over deze hoofdstukken bedacht
  • Stel de vragen aan je schoudermaatje en laat hem of haar antwoorden
  • Wissel nu om

Slide 6 - Slide

We starten met het lezen van hoofdstuk 7
(pak je digitale boek erbij)

Slide 7 - Slide


Terugblik:
De vorige les hebben we het gehad over:
het onderwerp

Slide 8 - Slide

Welke vraag moet je stellen om achter het onderwerp te komen?

Slide 9 - Open question

Wat is het onderwerp:

De leerlingenraad zoekt dit jaar nieuwe leden

Slide 10 - Open question

Huiswerk nakijken
Zijn er nog vragen over het huiswerk?

(werkblad persoonsvorm en onderwerp)

Kijk je huiswerk nu na!

Slide 11 - Slide


Lesdoel:
Ik kan/weet:
  • het gezegde in een zin vinden

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Maak het werkblad
 over de persoonsvorm,
het onderwerp
en het gezegde


timer
1:00

Slide 14 - Slide

Huiswerk:
Lezen: H7 van Oorlogsgeheimen

Maken: werkblad persoonsvorm, onderwerp en gezegde

Slide 15 - Slide


Wat was het lesdoel?
  1. Ik weet hoe ik het gezegde in een zin kan vinden

Slide 16 - Slide


Antwoorden
  1. Alle werkwoorden in een zin vormen samen het gezegde. De persoonsvorm hoort ook bij het gezegde.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide