3G ch3 semaine 4 leçon 4

Préparation
Log in op lessonup.app                                 
Code staat linksonder

Sur la table
-chromebook
-cahier d'activités 
-stylo
timer
2:00
1 / 45
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Préparation
Log in op lessonup.app                                 
Code staat linksonder

Sur la table
-chromebook
-cahier d'activités 
-stylo
timer
2:00

Slide 1 - Slide

Buts de la semaine 4
Chapitre 3 Destination vacances 
  • Ik kan vertellen over een reis 
  • Ik weet hoe je de neusklanken uitspreekt 
  • Ik kan beschrijven wat ik in de vakantie heb gedaan 
  • Ik kan de passé composé met avoir en être gebruiken  










Slide 2 - Slide

Terugblik
Passé composé


Slide 3 - Slide

Mon voyage
Opdr 13

Slide 4 - Slide

le Passé Composé (herhaling)
Wat is de passé composé? 
Hoe maak je de passé composé?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

avoir (hebben)
Avoir: il,elle,on
Avoir: nous
Avoir: vous
Avoir: ils,elles
Avoir: tu
Avoir: j'
avons
ont
ai
avez
as
a

Slide 10 - Drag question

Slide 11 - Slide

Wat is de passé composé?
Wat is de passé composé?
A
toekomende tijd
B
voltooid tegenwoordige tijd
C
tegenwoordige tijd

Slide 12 - Quiz

il (attendre = wachten, passé composé)


A
a attendru
B
a attendu
C
as atendu
D
a attendré

Slide 13 - Quiz

elle (chanter = zingen, passé composé)


A
as chanté
B
chantait
C
a chanté
D
a chantée

Slide 14 - Quiz

ils (choisir = kiezen, passé composé)


A
sont choisi
B
a choisi
C
ont choisis
D
ont choisi

Slide 15 - Quiz

tu (manger = eten, passé composé)


A
as mangé
B
a mangé
C
est mangé
D
es mangé

Slide 16 - Quiz

tu (choisir = kiezen, passé composé)


A
as choisi
B
a choisi
C
est choisi
D
es choisi

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Vertel in 2 korte zinnen wat je afgelopen weekend hebt gedaan

Slide 25 - Open question

passé composé 
extra oefeningen bron D ch3

Slide 26 - Slide

welke werkwoorden staan in de passé composé
A
il va réfléchir
B
il a réfléchi
C
il réfléchit

Slide 27 - Quiz

welke werkwoorden staan in de passé composé
A
j'ai chanté
B
tu vas trouver
C
je vais chanter

Slide 28 - Quiz

welke werkwoorden staan in de passé composé
A
J'ai fini
B
tu vas finir
C
nous finissons

Slide 29 - Quiz

wat is het voltooid deelwoord van accompagner?

Slide 30 - Open question

wat is het voltooid deelwoord van choisir (=kiezen)?

Slide 31 - Open question

Hier, ............................................ des CD ; aujourd'hui, j'écoute la radio.

Slide 32 - Open question

Hier, ............................................. le salsa aujourd'hui, nous dansons le rock.

Slide 33 - Open question

Hier, ............................................ au basket ; aujourd'hui, il joue à la pétanque.

Slide 34 - Open question

Zet deze zin in de passé composé:
Je cherche un cadeau

Slide 35 - Open question

Zet deze zin in de passé composé:
Tu hésites longtemps

Slide 36 - Open question

voltooid deelwoord bij
Bij de onregelmatige werkwoorden: avoir, être, faire, prendre
avoir = eu
être = été
faire = fait
prendre = pris

Slide 37 - Slide

Wat is het voltooid deelwoord van être?
A
été
B
eu
C
allé
D
fait

Slide 38 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van avoir
A
été
B
eu
C
allé
D
fait

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Video

passé composé met être
Ouvre ton livre à la page 108

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Au travail
M: blok H 16 en 17

Slim stampen H

Slide 45 - Slide