2.3. Formuletaal

2.3. Formuletaal
1 / 26
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.3. Formuletaal

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Je leert:
  • Hoe je stoffen met een formule kunt weergeven
  • De formules van een aantal belangrijke stoffen
  • De naamgeving van eenvoudige stoffen
  • De molecuulmassa berekenen met atoommassa’s
  • Het massapercentage van een atoomsoort in een molecuul berekenen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Molecuul en atoom
Alle stoffen bestaan uit kleine deeltjes die moleculen heten.


Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen.

Een molecuul bestaat weer uit kleinere deeltjes die we atomen noemen.



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Moleculen met formules weergeven
indexcijfer

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Moleculen met formules weergeven

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Aan de moleculen kun je ook zien of het gaat om een element,  een verbinding of een mengsel.
Element
Verbinding

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verbinding en mengsel
Een verbinding is één molecuul die uit
meerdere atoomsoorten bestaat.


Een mengsel bestaat uit meerdere
molecuulsoorten
.
+

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Elementen en Verbindingen
chloor          Cl2 (g)        Claire
fluor              F2 (g)         Fietst
stikstof         N2 (g)        Naar
waterstof     H2 (g)        Haar
zuurstof       O2 (g)        Oma
jood               I2 (s)           In
broom           Br2 (l)       Breda
Noteer:
Sommige elementen vind je als moleculen van 2 atomen (tabel 3).

Slide 8 - Slide

This item has no instructions


Wat is de molecuulformule van dit molecuul?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Geef de molecuulformule

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Systematische naamgeving
Namen die gebaseerd zijn op de molecuulformule:

H2O
diwaterstofmono-oxide
Grieks telwoord gevolgd door atoomsoort

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Systematische naamgeving

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Systematische naamgeving
Stappenplan:
1.   De naam van de eerste atoomsoort met ruimte om er een telwoord voor te
      schrijven.
2.  Schrijf de laatste atoomsoort om naar de -ide vorm
3.  Noteer het Griekse telwoord van elke index voor de bijbehorende
      atoomsoort. Van de telwoorden tetra, penta en hexa mag je de laatste a
      weglaten.
Let op! Als 'mono' op het begin van de naam staat, schrijf je die niet op.

Slide 13 - Slide

Voorbeelden: Difosforpentaoxide (P2O5)
                           S2O2 (dizwaveldioxide)

Wat is de systematische naamgeving van:
Br3S4
A
tribromidetetrasulfide
B
tribroomtetrasulfide
C
tetrabromidetrisulfide
D
tribromidetetrazwavel

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de systematische naamgeving van water?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Wat is de systematische naamgeving van
CO

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag!
Maken en nakijken opgaven 31 t/m 42

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Massa van atomen en moleculen

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Atoommassa
De massa van een waterstofatoom is 1,66*10-27 kg

Niet zo handig...
Daarom is de atomaire massa-eenheid bedacht, dat is de u. 
1 u = 1,66*10-27 kg.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Atoommassa 
Atoommassa's van ieder atoom kun je aflezen in 
het Periodiek systeem.
Zo is de massa van 
element P = 30,97 u. 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Molecuulmassa's 
Hier tel je de atoommassa's bij elkaar op van alle atomen in één molecuul

Voorbeelden NaCl en Al2O3
De molecuulmassa van NaCl = 1 x 22,99 + 1 x 35,45 = 58,44 u
De molecuulmassa van Al2O3 = (26,98 x 2) + (3 x 16,00) = 101,96 u


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Molecuulmassa's 
Voorbeeld H2O:
1. Zoek de massa op van H
2. Zoek de massa op van O
3. De molecuulmassa van H2O = (2 x H) + (1 x O)



timer
1:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Bereken de molecuulmassa van:
  • CH3Cl
  • Glucose: C6H12O6
  • Methaan: CH4
  • HNO3
  • MgBr2
  • CuSO3 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden
Bereken de molecuulmassa van:
  • CH3Cl: 50,484 u
  • Glucose C6H12O6: 180,156 u
  • Methaan CH4: 16,04 u
  • HNO3: 63,018 u
  • MgBr2: 184,11 u
  • CuSO3: 143,61 u

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maken opgave van 2.3

zorg dat je KLIK bijwerkt en controleer of je 2.2 af hebt

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Relatieve atoommassa 
Relatieve atoommassa: gemiddelde atoommassa die wordt berekend door rekening te houden met het voorkomen op aarde van de verschillende isotopen. 

Voorbeeld Chloor: 
75,8% Cl-35 en 24,2% Cl-37




Slide 26 - Slide

This item has no instructions