Herhalingsles Voeding en Vertering

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Herhalingsles Voeding en Vertering

Lesdoel: 

• Je weet hoe en wat je moet leren voor het  proefwerk 
• 
  

 

Telefoon op stil in je kluis 

Rustig binnen komen

Op je plaats gaan zitten

Tas op de grond jas in de kluis 

Spullen open voor 

Welkom, kom rustig binnen,  

Laat je laptop nog even in je tas. 

Programma

• Huiswerk
• Terugblik 
• Hoe leer je voor biologie?
• Oefening 
• Afsluiting. 

Even inkomen...
Noem zoveel mogelijk voedingsstoffen

Maag

Lever

Alvleesklier

Dikke darm

Dunne darm

Endeldarm

Anus

Slokdarm

Zelf nog even oefenen

Galblaas

Twaalfvingerige darm

Slokdarm

Lever

Dikke darm

Galblaas

Maag

Alvleesklier

Dunne darm

Horen vezels bij de voedingsstoffen?

1. Ja, door vezels gaan je darmen goed werken
2. Ja, vezels zuiveren je bloed
3. Ja, door vezels gaan je darmen goed werken
4. Nee, vezels worden niet opgenomen in je bloed

Waarom heb je voedingsvezel dan toch nodig?

Welke functie heeft vitamine C?

1. Brandstof
2. Beschermende stof
3. Bouwstof
4. Reservestof

Vul de tabel over twee voedingsstoffen in door aan te geven wat voor soorten voedingsstoffen ze zijn

Voedingsstoffen	Brandstof	Bouwstof	Reserve stof	Beschermende stof
Koolhydraten
Mineralen

Ja

Nee

Nee

Ja

Ja

Nee

Ja

Nee

Voedingsstoffen die moeten worden verteerd

Voedingsstoffen die niet worden verteerd.

Mineralen

Eiwitten

Vetten

Water

Koolhydraten

Vitaminen

Aan de slag met leren!

Leer de toets per basisstof. pas als je alle basisstoffen hebt geleerd maak je de oefentoets

1: lees de basisstof door. 

2: leer de samenvatting. 

3: leer de flitskaartjes. 

4: leer de belangrijke afbeeldingen. 

5: laat je overhoren. 

6: maak de test jezelf. 

De ketting 

versie 1 

1: De docent maakt groepjes van 4 leerlingen. 

2: Ieder groepje krijgt een stapeltje kaartjes met vragenen antwoorden. 

3: De leerlingen zoeken de juiste antwoorden bij de juiste vragen en vormen zo een ketting

De ketting 

versie 2 

Elke leerling krijgt een kaartje met een vraag en een antwoord. 

De leerlingen moeten een kring vormen waarbij de leerling met de vraag naast de leerling met het goede antwoord staat.