Basisstof 6: planteneters, vleeseters en alleseters
Thema 4: Voeding en vertering
Basisstof 6: Planteneters, vleeseters en alleseters
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Thema 4: Voeding en vertering
Basisstof 6: Planteneters, vleeseters en alleseters
Slide 1 - Slide
Gal wordt gemaakt in de
A
speekselklier
B
maag
C
lever
D
galblaas
Slide 2 - Quiz
Wat doet een enzym?
A
Versnelt de stofwisseling door stoffen snel om te zetten in andere stoffen
B
Knipt de voedingsstoffen tot verteringsstoffen
C
Helpt bij de vertering van vetten
D
Maakt darmsap
Slide 3 - Quiz
Wat gebeurt er in de dikke darm?
Slide 4 - Open question
Leerdoelen
- Je kunt de delen van een tand of kies noemen met hun kenmerken.
- Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal en de kenmerken en functies van de tanden en kiezen.
- Je kunt omschrijven wat tandplak en tanderosie is.
Slide 5 - Slide
Het gebit
Bestaat uit snijtanden, hoektanden en kiezen.
Slide 6 - Slide
Tandbederf
Aantasting van tanden en kiezen door tandplak of tanderosie.
Poetsen met fluoride!
Slide 7 - Slide
Tandplak
Dus laagje aanslag dat dagelijks op tanden en kiezen komt.
Gevolg: - Bacteriën zetten suikers om in zuur. Dit lost het glazuur op
- Tandplak kan verkalken tot kalksteen
Slide 8 - Slide
Verschillen in het verteringsstelsel
Plantaardig voedsel is moeilijker verteerbaar dan dierlijk voedsel.
Verschillen tussen: planteneters, vleeseters en alleseters.
Slide 9 - Slide
Planteneters
- Lang darmkanaal
- Plooikiezen
- Vaak geen hoektanden
Sommige planteneters zijn herkauwers
Slide 10 - Slide
Vleeseters
- Darmkanaal is kort
- Knipkiezen
- Hoektanden zijn meestal groot, spits en scherp
Slide 11 - Slide
Alleseters
- Darmkanaal is middellang
- Knobbelkiezen
- Hoektanden meestal aanwezig
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Welk voedsel is moeilijker te verteren?
A
Plantaardig voedsel
B
Vlees
Slide 14 - Quiz
Welke kiezen hebben een paard?
A
Plooikiezen
B
Knipkiezen
C
Knobbelkiezen
D
Hoektanden
Slide 15 - Quiz
Wat eet een alleseter?
A
Dierlijk voedsel
B
Plantaardig voedsel
C
Dierlijk en plantaardig voedesel
D
Hij drinkt alleen
Slide 16 - Quiz
Is het darmkanaal van een hond kort of lang
A
Lang
B
Kort
Slide 17 - Quiz
Wat is een kat?
A
Alles eter
B
Planten eter
C
Vleeseter
Slide 18 - Quiz
Aan de slag!
Maak: Opdracht 40, 41, 42, 43, 46
Waar te vinden? Thema 4 basisstof 6 Hoe? Eerste 10 minuten in stilte, hierna fluisterend in 2-tal.
Klaar? Leren voor de toets van donderdag op de manier die je zelf fijn vindt.