Workshop soorten gesprekken OA leerjaar 1

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Workshop 


'soorten gesprekken'

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Doel
  • Je leert de kenmerken van een goed gesprek.
  • Je leert het verschil tussen 4 soorten gesprekken en kunt deze toepassen.
  • Je leert het verschil tussen eenrichtingverkeer - tweerichtingsverkeer.
  • Je leert het verschil tussen competitief en samenwerkend.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Inleiding
Wanneer je kan communiceren wil dat nog niet zeggen dat je goede gesprekken kunt voeren. 
Bij een goed gesprek wil je weten wat de ander bezighoudt. 
Je wilt de ander leren kennen en begrijpen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
  • Wat is een goed gesprek? + kenmerken
  • Eenrichtingsverkeer - tweerichtingsverkeer
  • Soorten gesprekken
  • Competitief - samenwerkend
  • Gesprekken oefenen
  • Praktische tips 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de kenmerken van een goed gesprek?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Kenmerken van een goed gesprek

  • de tijd nemen, contact maken en actief luisteren
  • respecteren en verplaatsen in het standpunt van de ander
  • gelijkwaardigheid en tweerichtingsverkeer
  • bewust zijn van lichaamshouding, lichaamstaal en je positie/rol
  • niet zoeken naar beslissing en oplossing 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Belangrijkste uitkomsten van een goed gesprek


  • meer contact, aandacht en wederzijds begrip
  • meer tevreden cliënten,  klasgenoten, vrienden of familie
  • prettigere samenwerking en werkplezier

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen eenrichtings- en tweerichtingsverkeer?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Soorten gesprekken
 Spreek jij en luistert de ander/de rest? Spreekt iemand en luister jij alleen maar? --> Eenrichtingsverkeer. 

Spreek jij, luistert de ander, en zegt diegene iets terug waar jij weer op reageert? --> tweerichtingsverkeer.

Slide 10 - Slide

Om te weten in welk soort gesprek je zit, moet je eerst een paar dingen weten. Ten eerste in welke richting de communicatie gaat - eenrichtings- of tweerichtingsverkeer. Spreek jij en luistert de ander/de rest?
Soorten gesprekken

Iemand spreekt vooral vanuit eigen perspectief --> competitief
Iemand spreekt met openheid voor perspectieven en belangen van anderen --> samenwerkend

Slide 11 - Slide

Ten tweede is het ook belangrijk om te weten welke toon en doel het gesprek heeft. Is het samenwerkend of competitief?
Welke 4 soorten gesprekken kun je vinden?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Opdracht dialoog
Ga in gesprek met een klasgenoot. Probeer er een goede dialoog van te maken. Let op de 5 kenmerken van een goed gesprek.

Geef na 10 minuten een korte terugkoppeling aan de klas.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Opdracht debat
Je gaat een gesprek voeren met een klasgenoot over een bepaalde stelling. De één is vóór en de ander is tegen.
Probeer elkaar te overtuigen.

Geef na 10 minuten een korte terugkoppeling aan de klas.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Stellingen
1. Iedereen moet worden ingeënt tegen het coronavirus.
2. De avondklok moet weer worden ingevoerd.
3. Er moet een stagevergoeding komen voor alle mbo-ers.
4. De zorgtoeslag moet verdwijnen.
5. Roken moet verboden worden.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

OMA laat je thuis

Oordelen, Meningen en Adviezen vermijden
ANNA neem je mee

Altijd Navragen Niet zomaar Aannemen

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Alleen luisteren helpt al
Als een kind de gelegenheid krijgt om zijn of haar mening te vertellen, voelt hij/zij zich daardoor al geholpen. Hoewel leerkrachten vaak de behoefte hebben om méér te doen dan alleen luisteren, is dat laatste juist heel belangrijk in het onderwijs. 

Luister ook naar onderwerpen die voor het kind belangrijk zijn!

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Welke onderwerpen zijn voor kinderen belangrijk?

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Invullen of aanvoelen?
De kunst is om kinderen serieus te nemen, ze juist te benaderen in communicatie en ze helpen de woorden te vinden die ze misschien zelf nog niet hebben. 

Val niet in de valkuil van het invullen van andermans gevoelens. Invullen is iets anders dan aanvoelen.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Praktische tips voor een gesprek met kinderen

  • Ga op dezelfde (oog)hoogte zitten als het kind.
  • Kijk naar een kind terwijl je praat. Wissel het maken van oogcontact af.
  •  Stel het kind op zijn of haar gemak. 
  • Luister naar wat een kind zegt.
  •  Laat aan de hand van voorbeelden zien dat wat het kind zegt, effect heeft.
  • Combineer spelen met praten.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Praat in het onderwijs niet alleen óver de kinderen, maar juist mét de kinderen!

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Wat neem je mee van deze workshop?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions