Wat is het verband tussen het geaggregeerd aanbod en de inflatie?
Kernwoorden:
- naïeve / adaptieve inflatieverwachtingen
- korte & lange termijn GA-curve
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 11 slides, with text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
§ 2.3 De GA-lijn
Wat is het verband tussen het geaggregeerd aanbod en de inflatie?
Kernwoorden:
- naïeve / adaptieve inflatieverwachtingen
- korte & lange termijn GA-curve
Slide 1 - Slide
GA-lijn
De GA-lijn staat voor
Geaggregeerd Aanbod
en geeft het verband
tussen het totale aanbod
in de economie en
de inflatie.
Slide 2 - Slide
Adaptieve / naïeve inflatieverwachtingen
Een (individuele) aanbieder biedt de hoeveelheid aan waarbij geldt MO = MK. Daarbij baseert hij de prijs die hij krijgt op de verwachte inflatie.
We gaan ervan uit dat deze verwachte / voorspelde inflatie gelijk is aan de huidige inflatie. Dit noemen we adaptieve of naïeve inflatieverwachtingen.
Slide 3 - Slide
Korte termijn GA-curve
We doen de volgende veronderstelling: als inflatie stijgt, stijgen de verkoopprijzen van de aanbieders en blijven inkoopprijzen, loonkosten en andere kosten gelijk i.v.m. prijsrigiditeit en loonstarheid. Contracten / loononderhandelingen zijn gebaseerd op voorafgaande inflatie en kunnen niet op korte termijn aangepast worden.
Slide 4 - Slide
Dus, MO stijgt en de MK blijft gelijk.
MO = MK (winstmaximalisatie) komt bij een hogere productieomvang te liggen.
Dus als inflatie ( ) stijgt,
neemt het geaggregeerd
aanbod toe.
π
Slide 5 - Slide
Verandering langs de GA-lijn
We beginnen in punt A, waar alles in evenwicht is.
Stel dat de bestedingen stijgen. In het Keynesiaans kruis verschuift de bestedingenlijn omhoog.
Het inkomen (Y*) stijgt. Er is sprake van een positieve output gap / overbesteding en bedrijven kunnen hun prijzen verhogen. Er ontstaat inflatie.
Slide 6 - Slide
Zowel Y als de
inflatie zijn gestegen.
Dit is punt B.
Slide 7 - Slide
Verandering van de GA-lijn
De inflatie is gestegen in punt B t.o.v. de oude inflatie (punt A). De inflatieverwachtingen worden naar boven bijgesteld. Op lange termijn zijn de lonen en prijzen niet meer star / rigide. De nieuwe onderhandelingen over lonen en prijzen (contracten) gebeuren op basis van de nieuwe (hogere) inflatie. De reële kosten stijgen, en MO = MK komt weer op een lager productieniveau uit.
Slide 8 - Slide
De GA-curve
verschuift naar
oude productieniveau
(Y1*) maar met
hogere inflatie.
In de bron komen
we nu uit op punt C.
Slide 9 - Slide
Lange termijn GA-lijn
Op lange termijn verloopt de GA-lijn dus verticaal, omdat productie terug gaat naar langetermijngroeipad en niveau van potentiële productie (Y*).
Toch kan de GA-lijn wel verschuiven, als door technologische voortuitgang de economie op een hoger (of lager) langetermijngroeipad komt.