4.4 Seks enzo

4.4 Seks enzo
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4.4 Seks enzo

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma:
Start
Lesdoelen
Voorkennis
Uitleg 
Zelf werken
Afsluiting 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen:
Aan het eind van de les weet/kun je:
- Omschrijven wat er onder seksualiteit wordt verstaan.
- Benoemen hoe gender en seksuele oriëntatie kunnen verschillen. 

Aan het eind van de les heb je: 
Gecheckt of je '4.3 de man' redelijk kent. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Voorkennis:

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

man
vrouw
zaadblaasje
eierstok
eileider
prostaat
vulva
baarmoeder
zwellichamen
zwellichamen
voorhuid
vagina
clitoris
eikel
teelbal
bijbal

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Wat is geen primair geslachtskenmerk van een man ?
A
Balzak
B
Baardgroei
C
Penis
D
Teelballen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen onderdeel van het voortplantingsstelsel van de man?
A
zaadleider
B
prostaat
C
clitoris
D
voorhuid

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Prostatitis is een ontsteking van de prostaat. Door de ontsteking zwelt het
prostaatweefsel en kan de urinebuis dichtgedrukt worden. Plassen wordt
dan moeilijk en pijnlijk.
In de afbeelding zie je enkele organen in het lichaam van een man. 
Welke letter in de afbeelding geeft de prostaat aan? En welke letter
geeft de urinebuis aan?
prostaat
urinebuis

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Waar worden de zaadcellen bij de man gevormd?
A
In de penis
B
In de prostaat
C
In de teelballen
D
In de zaadblaasjes

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van de zaadleider in het voortplantingsstelsel van de man?
A
Slaat zaadcellen op
B
Vervoert de zaadcellen
C
Ontstaan zaadcellen
D
Voegen zaadvocht toe

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we de geslachtscellen van de man?
A
eicel
B
zaadcel
C
lichaamscel

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

functies-onderdelen man:
sleep de functies (blauw) naar de juiste onderdelen (rood)
Teelballen
Bijballen
Zaadblaasjes
Zaadleider
Zwellichamen
Eikel
Prostaat
Voorhuid
Urinebuis
maken zaadcellen
Vervoeren van spermacellen naar de urinebuis
tijdelijk opslaan zaadcellen
Vocht toevoegen aan zaadcellen
Vocht toevoegen aan zaadcellen
Zorgen voor een erectie (stijve)
gevoelig voor prikkels
Beschermd de eikel
Vervoer van urine en sperma

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions


A
Endeldarm
B
Spermakanaal
C
Urinebuis
D
Urineleider

Slide 13 - Quiz

Referentie:
http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg
De penis van de man wordt stijf door een bot.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Als er bloed wegstroomt uit de zwellichamen krijgt een man een erectie
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel van de volgende organen heeft een man?
één
twee
Prostaat
Balzak
zaadblaasje
bijbal
zaadbal
urineleider

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

0-7 GOED? 

1. Filmpje kijken

2. Opdracht 5 maken (blz. 33)
8-12 GOED? 

1. Filmpje kijken

2. Demonstratie??  

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Uitleg: 
Orgasme (klaarkomen):
stimulatie van eikel van de clitoris of penis

Vrouw: samentrekken van spieren rondom de vagina
Man: zaadlozing 
Beide: een fijn gevoel! 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Uitleg: 
Hoe kom je aan een orgasme?! 
- Zelfbevrediging (masturbatie) = met jezelf
- Geslachtsgemeenschap = met iemand anders 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Uitleg: 
Seksualiteit:
alle gedachten, gevoelens én handelingen die te maken hebben met lust en opwinding. 

Functie:
Lustbeleving     &      Intimiteit      &      Voortplanting

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Uitleg: 
Pornografie:
foto's, films, teksten o.i.d. die als doel hebben om mensen seksueel te prikkelen. 

99/100 x hartstikke nep!!  

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Seksuele voorkeuren of
Seksuele oriëntatie:

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

Uitleg: 
Seksuele oriëntatie (voorkeur):
hetero = ongelijk 
homo = gelijk
bi = beide 
a = niet 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Uitleg: 
Geslacht en gender:
Geslacht is de lichamelijke geslachtskenmerken. 

Gender bestaat uit de eigenschappen en het gedrag wat mensen mannelijk of vrouwelijk vinden. 
(bijv. met auto's spelen = man / poppen = vrouw)

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Uitleg:
Transgender = 
een persoon waarbij het gevoel (gender) niet (helemaal) past bij het lichaam (geslacht)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

BBL 4.4:

Maken:
opdracht 1 t/m 5 +
nakijken (evt. verbeteren)

Hoe?  10 min stil + voor jezelf

KBL 4.4:     
 
Maken:
opdracht 1 t/m 3 en 6  +
nakijken (evt. verbeteren)

Klaar? 
- leren voor EC of M&M
- rekenen 


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting:
Aan het eind van de les weet/kun je:
- Omschrijven wat er onder seksualiteit wordt verstaan.
- Benoemen hoe gender en seksuele oriëntatie kunnen verschillen. 

Aan het eind van de les heb je: 
Gecheckt of je '4.3 de man' redelijk kent. 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Wat valt er onder 'seksualiteit'?

Slide 28 - Mind map

This item has no instructions

Wat is seksuele oriëntatie?
A
Je geboortegeslacht
B
Op wie je verliefd wordt
C
Wie je echt bent
D
Wat je van jezelf aan anderen laat zien

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Gender: ik voel me een man
Seksuele oriëntatie: Ik val op vrouwen
Sekse: Mannelijk
A
man, heteroseksueel, geboren als vrouw
B
Vrouw, lesbisch, geboren als man
C
man, heteroseksueel, geboren als man
D
Vrouw, llesbisch, geboren als vrouw

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Gender: ik voel me een vrouw
Seksuele oriëntatie: Ik val op vrouwen
Sekse: Vrouwelijk
A
man, heteroseksueel, geboren als vrouw
B
Vrouw, homoseksueel, geboren als man
C
man, heteroseksueel, geboren als man
D
Vrouw, homoseksueel, geboren als vrouw

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions