Pin 7 basis H2.2 Hou jij het overzicht?
1 / 16
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Wat zijn voorbeelden van autokosten?
A
Boetes, parkeerkosten, wasbeurten, tolheffingen.
B
Brandstof, verzekering, wegenbelasting, onderhoud en reparatie.
Slide 10 - Quiz
Hoe bereken je de prijs per kilometer van autokosten?
A
De totale kosten delen door het aantal gereden kilometers.
B
De kosten aftrekken van het aantal kilometers.
C
De kosten vermenigvuldigen met het aantal kilometers.
Slide 11 - Quiz
Wat betekent reserveren in financiële context?
A
Geld opzij zetten voor grote of onverwachte uitgaven.
B
Geld uitgeven aan luxeproducten.
C
Geld lenen voor dagelijkse uitgaven.
Slide 12 - Quiz
Hoe los je een begrotingstekort op?
A
Zorgen voor meer inkomen, bezuinigen, geld lenen.
B
Reserveren van geld, minder uitgeven, geld sparen.
Slide 13 - Quiz
Wat is een begroting of budgetplan?
A
Een lijst van willekeurige uitgaven.
B
Een plan om geld te sparen.
C
Een overzicht van verwachte inkomsten en uitgaven.
