Klas 3 les 23 schooljaar 2022/2023

Benodigdheden
Boek  
Aantekeningenschrift 
Pen 

Startopdracht: opdracht 2 blz. 52 

= woordenschat (gebruik blz. 88) 
timer
3:00
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2,3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Benodigdheden
Boek  
Aantekeningenschrift 
Pen 

Startopdracht: opdracht 2 blz. 52 

= woordenschat (gebruik blz. 88) 
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Antwoorden opdracht 2 blz. 52 

Slide 2 - Slide

Wat doen we vandaag?
Woordenschat
 Lezen 
Luisteropdrachtaufgaben
Grammatica herhaling
Kijken en luisteren  
Afsluiten :) 

Slide 3 - Slide

Lezen blz. 53 
 Lees de tekst  'Salzburg' op blz. 53. 

Maak na het lezen de vragen bij de tekst. 


timer
4:00

Slide 4 - Slide

Antwoorden opdracht 3 blz. 53

Slide 5 - Slide

Luisterpdracht blz. 59 opdracht 6
Wij luisteren 3 fragmenten.  
 +- 2 minuten per fragment. 

Geef tijdens het luisteren antwoord op de vragen  (2-13). 

Wij luisteren de fragmenten 2x. 

Slide 6 - Slide

Antwoorden opdracht 6 blz. 59

Slide 7 - Slide

Stel jezelf voor in jouw mooiste Duits 
3DU2 
= 3C
- naam 
- leeftijd
- woonplaats 
- hobby
- eigenschap 

Slide 8 - Slide

Grammatik: 
1) haben 
2) voltooid deelwoord
3) sterke werkwoorden met A
3) der + ein schema
4) bezittelijk voornaamwoord

Slide 9 - Slide

herhaling:  haben 
pers. vnw
haben = hebben
ich
habe
du
hast
er/sie/es
hat
wir
haben
ihr
habt
sie/Sie
haben

Slide 10 - Slide

herhaling: Voltooid deelwoord 

ge + stam + t     ---->      standaard 

ge + stam + et  ---->      stam op -d of -t 

stam + t            ---->      werkwoorden die eindigen op -ieren 

Slide 11 - Slide

Herhaling: sterke werkwoorden met a
ich
fahre
du
fährst
er/sie/es
fährt
wir
fahren
ihr
fahrt
sie/Sie
fahren
sterke werkwoorden met een a in de stam, krijgen bij de du en de er/sie/es vorm een umlaut op de a --> ä

Slide 12 - Slide

Herhaling: DER schema 
M
V
O
MV
1e 
der
die
das
die
3e
dem
der
dem
den
4e
den
die
das
die
4e naamval: 
durch, für, ohne, um, bis , gegen, entlang 
3e naamval: 
aus,bei,mit,nach,seit,von, zu 

Slide 13 - Slide

Herhaling: EIN schema 
M
V
O
MV
1e 
ein
eine
ein
eine
3e
einem
einer
einem
einen
4e
einen
eine
ein
eine
4e naamval: 
durch, für, ohne, um, bis , gegen, entlang 
3e naamval: 
aus,bei,mit,nach,seit,von, zu 

Slide 14 - Slide

Aantekening: het bezittelijk voornaamwoord
mein
mijn
dein
jouw
sein
zijn
ihr
haar
unser
onze
euer
(van) jullie
ihr/Ihr
hun/uw
M
x
V
e
O
x
MV
e

Slide 15 - Slide

Aantekening: uitgangen schema bezittelijk vnw. 
M
V
O
MV
1e 
x
e
x
e
3e
em
er
em
en
4e
en
e
x
e
4e naamval: 
durch, für, ohne, um, bis , gegen, entlang 
3e naamval: 
aus,bei,mit,nach,seit,von, zu 

Slide 16 - Slide

Opdrachten maken 
Maak de grammatica opdrachten van het werkblad. 

Je werkt in rust aan de opdrachten. 


Schrijf de woorden van Lernbox 3,6 en 7 (S.88-91) over in je schrift. 


timer
12:00

Slide 17 - Slide

Wohnen
Kijk- en luistervaardigheid 

Während des Hörens: 
open vragen 
5 meerkeuze vragen 

Slide 18 - Slide

6

Slide 19 - Video

Bingo :) 
Maak 9 vakjes op je wisbordje. Schrijf in ieder vakje een Duits woord van Lektion 3,6 of 7 
(blz. 88-91)

Volle kaart? Dan roep je BINGOOO!! 
Valse Bingo is een liedje zingen :)  

Slide 20 - Slide

00:30
Hoeveel mensen wonen er gemiddeld in een Duits huishouden?
A
2,1
B
2,2

Slide 21 - Quiz

00:46
Hoeveel procent van de Duitsers bezit een eigen (koop) woning ?
A
34%
B
43%

Slide 22 - Quiz

01:30
Wat vind je volgens de video in elke Duitse woning?
A
werkkamer, keuken
B
keuken, televisie
C
keuken en bed

Slide 23 - Quiz

01:54
Bestaat er een typisch Duitse woning?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quiz

03:10
Hoeveel vierkante meter is de woning?
A
63
B
64
C
68
D
70

Slide 25 - Quiz

03:45
Wat voor beroepen hebben Nina en David?
A
David studeert en Nina is journalist.
B
David en Nina werken beiden voor de tv.
C
Nina studeert en David is journalist.

Slide 26 - Quiz

das Ende :) 

Slide 27 - Slide