Uiteenzetting les 2: Tekststructuren en Bouwplan


Nederlands
Schrijven - Uiteenzetting



3GTa - week 49
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson


Nederlands
Schrijven - Uiteenzetting



3GTa - week 49

Slide 1 - Slide

Vorige les ...
... hebben we informatie gezocht over ons onderwerp

Slide 2 - Slide

Voor we verdergaan ...
... een aantal vragen.

Log in en doe mee met de les.

Slide 3 - Slide

Terugblik:
Wat weet je al over de uiteenzetting? Noteer alles wat je hebt onthouden van de vorige les.

Slide 4 - Mind map

Het schrijfdoel van een uiteenzetting is:
A
Informeren
B
Uitleg geven
C
Overtuigen
D
Amuseren

Slide 5 - Quiz

In een uiteenzetting komen geen meningen van de schrijver voor:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Een belangrijk kenmerk van de uiteenzetting is dat deze altijd .... is
A
Interessant
B
Objectief
C
Subjectief
D
Overtuigend

Slide 7 - Quiz

Aan het einde van deze les ...

... weet je hoe je een tekst op verschillende manieren kunt opbouwen.
... weet je wat een tekststructuur is.
... ken je verschillende tekststructuren.

Slide 8 - Slide

Opbouw van een tekst
We kennen allemaal de indeling in: inleiding middenstuk en slot.

Maar wat doen we in die drie tekstdelen? 
Wat doe je in de inleiding? Wat doe je in het middenstuk? En wat doe je in het slot? 

Dat hangt af van de tekststructuur die je gebruikt om je tekst op te bouwen.

Slide 9 - Slide

Tekststructuren

Er zijn verschillende tekststructuren:

Oorzaak/gevolg
Voordelen/nadelen
Vroeger/nu

Slide 10 - Slide

Uitleg tekststructuren

Om uit te leggen hoe een tekst er uitziet als je die opbouwt volgens de: oorzaak-/gevolg-structuur, voordelen-/nadelen-structuur of vroeger-/nu-structuur stellen we ons een situatie voor op de volgende slide.

Slide 11 - Slide

Stel je voor...
Bij lichamelijke opvoeding heb je het gehad over doping bij sporters. Je vertelt dit aan je tante, die lesgeeft op een basisschool. Zij vraagt jou om een uiteenzetting
te schrijven over het gebruik van doping in de sport voor leerlingen van groep 8.

Hoe zou je een tekst als deze kunnen opbouwen?

Slide 12 - Slide

Oorzaken & Gevolgen
Een uiteenzetting over het gebruik van doping in de sport voor leerlingen van groep 8 volgens de oorzaak-/gevolg-structuur.

Zie volgende slide.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Voordelen & Nadelen

Een uiteenzetting over het gebruik van doping in de sport voor leerlingen van groep 8 volgens de voordelen-/nadelen-structuur.

Zie volgende slide.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Vroeger & Nu
Een uiteenzetting over het gebruik van doping in de sport voor leerlingen van groep 8 volgens de vroeger-/nu-structuur.

Zie volgende slide.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Hoe gaan we te werk?
De lessen
1. Ga naar het Team van Nederlands
2. DOWNLOAD het bouwplanformulier (via de drie puntjes)
3. Vul het bouwplan in en zet het bouwplan voor maandag in het Team van je team



Slide 19 - Slide

Tijd om aan de slag te gaan!

Stap voor stap                  schrijven is een proces


Slide 20 - Slide

We beginnen met ...
Voor het schrijven maak je een plan! Een schrijfplan.

Slide 21 - Slide

Voordat je begint met schrijven, vul je een schrijfplan in.
Weet je nog?

Schrijfplan = schema dat de basis van je tekst vormt, hierop bouw jij je tekst (bouwplan)

Een schrijfplan is vergelijkbaar met de fundering van een huis. Die heb je nodig om verder te kunnen bouwen. 

Slide 22 - Slide

Mapje Nederlands 
Maak op je computer een mapje Nederlands aan. Hierin sla je het hele schooljaar alle documenten van het vak Nederlands op.
Waarom? Zodat je altijd al je documenten terug kunt vinden!

Slide 23 - Slide

Ga naar ...

SOM - Vakken - Nederlands - Jaarbijlagen - Uiteenzetting P1

Download en sla op in je mapje: 
- Bouwplan uiteenzetting
- Hulpblad invullen bouwplan

Slide 24 - Slide

Aan de slag!
Opdracht: Vul het bouwplan in. 

Wat heb je hiervoor nodig?
- de situatie op slide 12
- een tekststructuur naar keuze (zie slide 14, 16, 18)
- eventueel: het hulpblad bouwplan invullen

Je mag samenwerken met je buurman/-vrouw. 

Slide 25 - Slide