Praktijk: Witte Dovenetel

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 1

D1BTh8 Praktijk Witte dovenetel

Dit ga je leren - ga je doen - herhalen

-   Je weet welke bloemonderdelen er zijn.

-   Je weet wat het vrouwelijke voortplantingsorgaan en het mannelijke

     voortplantingsorgaan is en je kunt de onderdelen benoemen.

-   Je weet wat 'een bladstand' is en kent de reden waarom deze zo is.

-   Je werkt met de microscoop en bekijkt één of meer onderdelen.

-   Je mág nectar proeven.

-   Als je nog meer wilt weten ..... kijk naar de extra stof.

Je doet deze opdracht alleen

Natuurlijk:

.... Vraag je hulp als het even niet lukt.

     Maar: Probeer het wel eerst zelf, je kunt meer dan je denkt!

.... Help iemand als deze hulp vraagt.

     Maar: Ga niet zomaar iets vertellen, laat je klasgenoot zelf ontdekken!

.... Werk netjes, gebruik het materiaal zoals het hoort.

Vraag eerst hulp aan de leerling naast je.

Daarna aan de docent. Je gaat niet rondlopen.

Dit heb je nodig

1. 2 x één witte dovenetel per persoon
2. Loep - vergrootglas (hoeft niet, maar wel leuker)
3. Pincet


4. Werkplank
5. Eventueel zwart papier

Tekenregels:

a) Je tekent met potlood

b) Je tekent groot en duidelijk

c) Je benoemt de onderdelen

Benoemen:

Trek strakke horizontale lijnen Gebruik je geodriehoek!

Je ziet hier een klein deel van een steeltje van de witte dovenetelplant.  Aan het steeltje zitten verschillende witte bloemen. Je gaat een bloempje gebruiken.

Haal 1 bloem (met de bloemkelk en de bloemkroon)  van de plant. 

Pak het uiteinde van de kelk tussen duim en wijsvinger. 

Rol het tussen beide vingers los van de bloem. 

Leg de bloemkelk opzij (het groene deel).

Je gaat van het witte deel (de bloemkroon)  

de inhoud bestuderen

Draai de bloemkroon uit de kelk.

 Haal de bloem met bloemkelk eraf

Ontleden

(uit elkaar halen)

Buig de bloemkroon naar achteren.

Haal de onderdelen er als geheel, voorzichtig uit, gebruik een pincet. 

Je ontdekt een aantal meeldraden.

De meeldraden zijn niet allemaal hetzelfde!

Je vindt de stamper.

Leg alle onderdelen op een (zwart) papiertje.

                             Je hebt een   1/2   A4-tje

Kijk hiernaast waar je de onderdelen op het papier legt.

Daarna zet je pijltjes en schrijf je op hoe de onderdelen heten

Alles klaar? 

Maak een foto! 

Bewaar de foto (handig bij het leren).

Als de docent het zegt: Lever die in bij de docent.

In je schrift

Schrijf over en vul in: 

Voor de bestuiving van de witte dovenetel zijn ……… belangrijk.

Voor de verspreiding van het zaad van de witte dovenetel zijn ……… belangrijk.

Bladstand

In je schrift:

Bekijk hoe de bladeren ten opzichte van elkaar staan (de bladstand). 

Teken de bladstand in je schrift.

Wat is het voordeel van deze bladstand? 

Noteer in je schrift (schrijf over en vul in):

Het voordeel van deze bladstand is....

Nectar proeven

niet verplicht

Waar komt jouw witte dovenetel vandaan?

Waar is deze geplukt?

Hoe groot is de kans dat er een hond over deze plant geplast heeft? 

                   Niet verplicht!  Alleen als je wilt:

Pak een andere bloem. 

Draai de bloem uit de kelkbladeren. 

Zuig aan het witte puntje van de bloem waar de kelkbladeren omheen zaten. 

Je proeft de zoete stof: Nectar

Het kan zijn dat bijv. een hond over de witte dovenetel heeft geplast.

Maar... de nectar zit diep verborgen, onderin de bloem.

Toch: Gebruik voor het proeven van de nectar een dovenetel die NIET direct langs een fietspad/de weg heeft gestaan. 

Microscopie meeldraad en/of stuifmeelkorrel

Leuk om de meeldraad of een stuifmeelkorrel nauwkeuriger te bekijken.

Gebruik de microscoop zoals je dat geleerd hebt:

Leg een meeldraad/stuifmeelkorrel op een objectglas, dekglaasje erop.

Vergroot eerst tot 40 x: breng wat je wilt zien precies in het midden in beeld.

Vergroot daarna tot 100 x en tot slot tot 400 x (kleine stelschroef)!

Laat wat je scherp in beeld hebt, zien aan de docent. 

Maak een schematische tekening in je schrift, zet erbij wat het is!

Weet je niet meer goed hoe het moest?

Bekijk de lessonUP les: Microscopie

Microscopie: Stamper

Leuk om de stamper nauwkeuriger te bekijken. 

Gebruik de microscoop zoals je dat geleerd hebt:

Leg een stamper op een objectglas, dekglaasje erop.

Vergroot eerst tot 40 x: breng wat je wilt zien precies in het midden in beeld

Vergroot daarna tot 100 x en tot slot tot 400 x.

Laat wat je scherp in beeld hebt, zien aan de docent.

Maak een schematische tekening in je schrift, zet erbij wat het is!

Weet je niet meer goed hoe het moest?

Bekijk de lessonUP les: Microscopie

Meer weten? Gebruik internet

A. 

a) Welk dier zorgt voor de verspreiding van de zaadjes van deze bloem?

b) Op welke manier gebeurt dat? Leg uit!

B.

In welk gerecht kun je de witte dovenetel als ingrediënt gebruiken?

C.

a) Welk deel van de witte dovenetel kun je gebruiken als je door de 

     brandnetels bent gelopen? b) Wat kun je dan doen met dat deel?

Wat heb jij geleerd deze les?

Wat is dit?