Uitkomst: Schrijfdoelen en belangrijkste punten uit schrijfopdrachten zijn nabesproken. Duidelijk wat de vervolgstappen zijn richting CE.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Wat was het doel van de schrijfopdracht tekstsoorten?
Slide 3 - Open question
This item has no instructions
Informatieve tekst
Betogende tekst
Instructieve tekst
Beschouwing
Mening van de schrijver
Opsomming
Uiteenzetting
Argumenten
Gebruik kernwoorden maar wees volledig
Slide 4 - Drag question
This item has no instructions
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Welk(e) tekstverband(en) herken je?
A
Doel- middel
B
Probleem oplossing
C
Opsomming
D
Tijd
Slide 6 - Quiz
Nabespreken waar in de tekst welk verband het meest duidelijk te herkennen is. Waaraan is het dan te herkennen? --> signaalwoorden.
Wat draagt bij aan de samenhang in een tekst?
A
de tekst indelen in alinea's
B
de tekst een duidelijke opbouw geven
C
de structuur van de tekst uitleggen in het slot
D
een decoratieve afbeelding bij de tekst plaatsen
Slide 7 - Quiz
Bespreken indeling: Inleiding, kern & slot.
Structuur duidelijk maken in inleiding. Afbeelding moet helpen bij samenhang, decoratieve afbeelding is daarvoor meestal minder geschikt.
Het schoolvak Nederlands is heel belangrijk, want het is van belang om goed Nederlands te leren.
A
Drogreden
B
Argument
Slide 8 - Quiz
Bespreken: Wat zou wel een goed argument zijn?
Argumenteren
Stelling: Er moet een verbod komen op gamen na middernacht door jongeren onder 16 jaar.
Jouw mening: Jij bent het niet eens met de stelling.
In je betoog gebruik je het volgende argument van een kinderarts vóór de stelling: Doordat veel jongeren nu tot na middernacht kunnen gamen, slapen zij minder. Te weinig slaap is slecht voor de ontwikkeling van de hersenen van jongeren.
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Tegenargument ontkrachten:
Slide 10 - Open question
Doel: Student begrijpt hoe 'tegenwerpingen' werken binnen de argumentatiestructuur & waarom het soms goed is om een argument tégen jouw eigen mening wel te noemen en te ontkrachten in je betoog/argumenterende tekst.
Evalueren
Verschillende vormen van evaluatie
Evalueren van je eigen handelingen = reflecteren
Evalueren van teksten van anderen = betrouwbaarheid
Evalueren van je eigen teksten = reflecteren & betrouwbaarheid
Slide 11 - Slide
This item has no instructions
Evalueren: betrouwbaarheid van een tekst van iemand anders controleren. Waar let je op?
Slide 12 - Open question
Deskundigheid en (on)afhankelijkheid van de schrijver.
Waar is de tekst gepubliceerd?
Actualiteit van de tekst.
Gebruikte bronnen.
Waarop let je verder bij het evalueren van een tekst?
A
Tekstsoort en het bijbehorende tekstdoel
B
Samenhang binnen de tekst
C
Samenhang tussen teksten
D
Argumentatie in de tekst
Slide 13 - Quiz
Bespreken met studenten dat alle opties juist zijn. Bespreken waarom samenhang tussen teksten en binnen de tekst van belang is. Uitleg over controleren van geldigheid van de argumentatie.
Facet oefenexamen
Geslaagd:
Lezen --> boek, krant, tijdschrift (in het Nederlands)
Kijken luisteren --> tv programma's (actualiteit/nieuws/documentaires), Nederlandse YouTuber, Nederlandse podcasts/radio.
Herhaling in Taalblokken door Extra lezen & luisteren in Taalblokken
Nogmaals een oefenexamen maken in Facet
Gezakt:
Op welk onderdeel had je de meeste vragen goed? Het andere onderdeel kan je gericht trainen. (t/m 25 = lezen, 25 t/m 55 = kijken/luisteren)
Lezen --> boek, krant, tijdschrift (in het Nederlands)
Kijken luisteren --> tv programma's (actualiteit/nieuws/documantaires), Nederlandse YouTuber, Nederlandse podcasts/radio.