H10

Toets bespreken - 1
 Karin is aan het sparen voor een nieuwe Playstation.
Ze heeft in haar spaarpot al €200,-.             Bij haar zomerbaantje verdient zij €7,50 per uur.
De formule die zij gebruikt om haar spaargeld te berekenen, is:
Spaargeld in euro's = 7,50 × tijd in uren + 200
A. Spaargeld bij 20 uur:  Spaargeld in euro's = 7,50 × 20 + 200 = 350 euro
B. Letterformule:  S = 7,50 × t + 200
C. Tabel invullen.



D. Lineair verband, want er komt steeds evenveel bij (gelijke toename)



1 / 87
next
Slide 1: Slide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

This lesson contains 87 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Toets bespreken - 1
 Karin is aan het sparen voor een nieuwe Playstation.
Ze heeft in haar spaarpot al €200,-.             Bij haar zomerbaantje verdient zij €7,50 per uur.
De formule die zij gebruikt om haar spaargeld te berekenen, is:
Spaargeld in euro's = 7,50 × tijd in uren + 200
A. Spaargeld bij 20 uur:  Spaargeld in euro's = 7,50 × 20 + 200 = 350 euro
B. Letterformule:  S = 7,50 × t + 200
C. Tabel invullen.



D. Lineair verband, want er komt steeds evenveel bij (gelijke toename)



Slide 1 - Slide

Toets bespreken - 1
E. Deze vraag is alleen voor BK

Slide 2 - Slide

Toets bespreken - 2 BK
A. Lineair: grafiek A
B. Want het is een rechte lijn.
C. Grafiek B = bergparabool
D. Top: (3, 5)

Slide 3 - Slide

Toets bespreken - 2 T
A. Lineair: grafiek A
B. Begingetal = -2
Hellingsgetal = 2
Formule: y = - 2 + 2 × x
C. Grafiek B = bergparabool
D. Top: (3, 5)

Slide 4 - Slide

Toets bespreken - 3 BK
Vul de antwoorden in.

3² = 9
7² = 49
(-5)² = 25
- 10² = - 100







Slide 5 - Slide

Toets bespreken - 3 T
H = 1,5 × k² - 3

A. k = 2: H = 1,5 × 2² - 3 = 3
B. k = -1: H = 1,5 × (-1)² - 3 = - 1,5
C.  Tabel invullen


D. Dalparabool, want je hebt eerst een afname, dan een toename.
E. Top: (0, -3)
F. Grafiek tekenen

Slide 6 - Slide

Toets bespreken - 4
T
Hieronder zie je een brug. De boog heeft de vorm van een parabool.

De verticale as ligt precies in het midden van de boog.
De horizontale as ligt precies op de weg.
De hoogte van de boog wordt gegeven door de formule:       y = - 0,75 × x² + 3
A. Hoogste punt (x = 0):   y = - 0,75 × 0² + 3 = 3 meter
B: 1 meter naar rechts. x = 1:   y = - 0,75 × 1² + 3 =2,25 meter




Slide 7 - Slide

Toets bespreken - 4
T

De hoogte van de boog wordt gegeven door de formule:       y = - 0,75 × x² + 3
C. 1 meter links: x = -1:   y = - 0,75 × (-1)² + 3 = 2,25 meter
D. 4 meter breed = 2 meter links, 2 meter rechts (symmetrisch).   
y = - 0,75 × 2² + 3 = 0 en   
y = - 0,75 × (-2)² + 3 = 0
dus 4 meter breed.





Slide 8 - Slide

Ruimtelijke figuren

Slide 9 - Slide

Deze les
- Doelen
- Quizje voorkennis
- Zelfstandig werken
Ga naar LessonUp

Slide 10 - Slide

Doelen van het hoofdstuk
Ik ken de soorten ruimtelijke figuren met eigenschappen.
Ik kan inhoudsmaten omrekenen.
Ik kan het aanzicht van een figuur herkennen.
Ik kan het aanzicht van een bouwwerk tekenen.
Ik kan de uitslag van een figuur herkennen
Ik kan de inhoud van een balk berekenen.

Slide 11 - Slide

Voorkennis - deze les
Voor dit hoofdstuk moet je al kennen/kunnen:
- De vlakke figuren met eigenschappen
- Lengtematen en oppervlakte maten omrekenen
- Oppervlakte rechthoek berekenen

Slide 12 - Slide

Welk figuur is dit?
A
Tweehoek
B
Driehoek
C
Vierhoek
D
Vijfhoek

Slide 13 - Quiz

Welk figuur is dit?
A
Driehoek
B
Vierkant
C
Rechthoek
D
Balk

Slide 14 - Quiz

Welk wiskundig figuur is dit?
A
Vierkant
B
Parallellogram
C
Rondje
D
Cirkel

Slide 15 - Quiz

Hoe noem je een figuur met:
- Vier rechte hoeken
- Vier even grote zijden
A
Rechthoek
B
Gelijkzijdige vierhoek
C
Vierkant
D
Parallellogram

Slide 16 - Quiz

Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?
A
Lengte + breedte
B
Lengte x breedte
C
Lengte + breedte + lengte + breedte
D
Lengte x breedte x hoogte

Slide 17 - Quiz

5 m = ... cm
A
5
B
50
C
500
D
5000

Slide 18 - Quiz

3200 m = ... km
A
3,2
B
32
C
320
D
3200

Slide 19 - Quiz

5 500 dm² = ... m²
A
5,5
B
55
C
550
D
5500

Slide 20 - Quiz

Zelf aan de slag
Wat? 11.1A en 11.1B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Volume. Stilte, muziek playlist mag.
Klaar? Nakijken > Gynzy: Ruimtelijke figuren
- Omrekenen van alle lengtematen
- Omrekenen van oppervlakten
- Bepalen van de eigenschappen van een vlak figuur

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

De ruimtelijke figuren = 3D

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

De ruimtelijke figuren = 3D
I.    Vlakken

II.   Hoekpunten

III.  Ribben

Slide 26 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? 11.2A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken
Gynzy: alles met vormen, ruimtelijke figuren

Slide 27 - Slide

Deze les
- Voorkennis: metriek stelsel
- Uitleg Inhoudsmaten omrekenen
- Zelfstandig werken
Laptop dicht tafel/tas

Slide 28 - Slide

Het metriek stelsel 
Weet je nog hoe het werkt?

Wee








Slide 29 - Slide

Metriek stelsel
5 m = ... cm

2000 m = ... km

30 mm = ... m

0,7 hm = ... dm

Slide 30 - Slide

Kies de eenheid
Kies uit: l, dl, cl of ml
Een bierglas heeft een inhoud van 20 ...
Een zwembad heeft een inhoud van 700 ...
Een luciferdoos heeft een inhoud van 15 ...

Slide 31 - Slide

Inhoud

Slide 32 - Slide

Wat is de inhoud in ml?
Wat is de inhoud in cl?

Slide 33 - Slide

Omrekenen met eenheden van inhoud

Slide 34 - Slide

Even oefenen
5 L = ... dm³

400 cm³= ... dL 

200 cL = ... cm³ 

Slide 35 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? 11.3A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken
Gynzy: alles met vormen, ruimtelijke figuren

Slide 36 - Slide

Deze les
- Praktische opdracht
- Uitleg aanzichten
- Zelfstandig werken
Laptop in de tas

Slide 37 - Slide

Praktische opdracht
Je werkt in twee-/drietallen.
Jullie zien op drie plekken in het lokaal een bouwwerk staan.
Beantwoord de vragen die bij het
bouwwerk liggen.
Schrijf/teken de antwoorden op
ruitjespapier.

Slide 38 - Slide

Aanzichten
*Zijaanzicht altijd rechts 
(tenzij anders in vraag)
*Bovenaanzicht is van voren,
bovenop bekeken 
*Bovenaanzicht met getallen
(ook wel grondplan genoemd)

Slide 39 - Slide

Samen oefenen
Teken het drieaanzicht: 




Neem voor elk blokje één hokje
Voor
Boven
Zij (rechts)

Slide 40 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? 10.1B en 10.1C
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 14:25
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken
Gynzy: alles met vormen, ruimtelijke figuren en aanzichten (bouwwerken)

Slide 41 - Slide

Deze les
- Zelf aan de slag (tot 9:15)
Di 14 mei
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 42 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? 10.1B en 10.1C
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 9:15
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken
Gynzy: alles met vormen, ruimtelijke figuren en aanzichten (bouwwerken)
Plenda:
Di 21 mei
10.1B + 10.1C

Ma 3 juni
Toets H10

Slide 43 - Slide

Deze les
- Uitleg inhoudsmaten en inhoud balk (15 min)
- Zelf aan de slag (tot 9:15)
Di 21 mei
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 44 - Slide

Inhoudsmaten

Slide 45 - Slide

Inhoudsmaten

Slide 46 - Slide

Inhoudsmaten
2 m³ = 2000 dm³
5 dm³ = 5 L
3 L = 30 dL = 300 cL = 3000 mL
4 cm³ = 4 mL
2 cL = 20 mL = 20 cm³

Slide 47 - Slide

Inhoud balk
Balk heeft een lengte, breedte en hoogte
Inhoud = lengte breedte hoogte = 5 x 4 x 3 = 60 m³

Slide 48 - Slide

Inhoud balk

Slide 49 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? 10.2A en 10.2B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 9:15
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken
Gynzy: alles met inhoud
Plenda:
Di 28 mei
10.2A + 10.2B

Slide 50 - Slide

Deze les
- Herhaling hoofdstuk (10 min)
- Zelf aan de slag (tot 9:15)
Di 28 mei
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 51 - Slide

De ruimtelijke figuren = 3D

Slide 52 - Slide

De ruimtelijke figuren = 3D

Slide 53 - Slide

De ruimtelijke figuren = 3D

Slide 54 - Slide

Aanzichten
*Zijaanzicht altijd rechts 
(tenzij anders in vraag)
*Bovenaanzicht is van voren,
bovenop bekeken 
*Bovenaanzicht met getallen
(ook wel grondplan genoemd)

Slide 55 - Slide

Inhoudsmaten
2 m³ = 2000 dm³
5 dm³ = 5 L
3 L = 30 dL = 300 cL = 3000 mL
4 cm³ = 4 mL
2 cL = 20 mL = 20 cm³

Slide 56 - Slide

Inhoud balk
Balk heeft een lengte, breedte en hoogte
Inhoud = lengte breedte hoogte = 5 x 4 x 3 = 60 m³

Slide 57 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? Afmaken 10.2B + maken 10.3C
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 9:15
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken + leren toets
Gynzy: alles met ruimtelijke figuren
Maandag 
Toets H10

Slide 58 - Slide

Toets H10
Wat? Toets H10 Ruimtefiguren
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 14:30
Volume. STIL t/m inleveren laatste toets
Klaar? In stilte iets voor jezelf ZONDER laptop.
Ma 3 juni
Lesuur 6
Wiskunde

Slide 59 - Slide

Deze les
- Bespreken toets H10 (10 min)
- Uitleg Frequentietabel + gemiddelde (10 min)
- Zelf aan de slag (tot 14:25)
Di 4 juni
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 60 - Slide

Bespreken toets - 1A

Slide 61 - Slide

Bespreken toets - 1B,C,D
Aantal grensvlakken: 7
Aantal ribben: 12
Aantal hoekpunten: 7

Grondvlak = Zeshoek
Aantal grensvlakken: 8
Aantal ribben: 18
Aantal hoekpunten: 12

Slide 62 - Slide

Bespreken toets - 2
A. Drieaanzicht




B. Aantal blokjes voor kubus:
Kubus = 4 × 4 × 4 = 64
Gebruikt = optellen boven = 28
Nodig = 64 - 28 = 36



Slide 63 - Slide

Bespreken toets - 3
50 mL = [ 5 ] cL

3 000 mm³ = [ 3 ] mL
4 L = [ 4 ] dm³
900 cm³ = [ 0,9 ] L
0,5 m³ = [ 500 ] L
80 mL = [ 0,8 ] dL 




Slide 64 - Slide

Bespreken toets - 4A,B,C
A. Vorm = cilinder
B. Inhoud = 760 cm³.
Half vullen = 760 : 2 = 380 cm³ = 380 mL = 3,8 dL
C. De vaas heeft een diameter van 16 cm en een hoogte van 30 cm.
De doos waar de vaas wordt ingepakt, heeft de vorm van een kubus. De hoogte van de vaas past precies in de doos.
Bereken de inhoud van de doos in cm³.
Doos = 30 × 30 × 30 = 27 000 cm³

Slide 65 - Slide

Bespreken toets - 4D,E
D. De container van een vrachtwagen is 9 meter lang,
3 meter breed en 3 meter hoog.
Bereken de inhoud van de vrachtwagen in liters.
9 × 3 × 3 = 81 m³ = 81 000 dm³ = 81 000 L
E. Aantal dozen in container:
1 doos is 27000 cm³ = 27 L
81 000 : 27 = 3000 dozen
OF in 3 meter passen 10 dozen, dus 10 × 10 × 30 = 3000 dozen

Slide 66 - Slide

Frequentietabel
Frequentie = aantal keer




In deze groep jongeren, zijn 5 jongeren 12 jaar.
In totaal zijn er 5 + 12 + 28 + 16 + 5 = 66 jongeren

Slide 67 - Slide

Relatieve frequentie
Relatief = in verhouding tot het totaal  (%)
Dus relatief zijn er 5 van de 66 jongeren. 
Percentage is 
     
                          %

                                                          dus 7,6%
TotaalDeel100=..
665100=7,5757...

Slide 68 - Slide

Relatieve frequentie                       
Vul de tabel verder in.
TotaalDeel100=..
Hobby
Freq.
Meisjes
Rel. Freq.
Meisjes
Freq. Jongens
Rel.Freq.
Jongens
Sport
8
10
Gamen
4
8
Chillen
3
2
Totaal
15
100%
20
100%

Slide 69 - Slide

Relatieve frequentie                       
Welke conclusies kun je trekken?
TotaalDeel100=..
Hobby
Freq.
Meisjes
Rel. Freq.
Meisjes
Freq. Jongens
Rel.Freq.
Jongens
Sport
9
56,3%
10
50%
Gamen
4
25%
8
40%
Chillen
3
18,8%
2
10%
Totaal
16
100%
20
100%

Slide 70 - Slide

Gemiddelde
Gemiddelde = totale waarde : aantal getallen

Slide 71 - Slide

Gewogen gemiddelde
Gewogen gemiddelde = totale waarde : aantal getallen
Sommige getallen tellen alleen vaker mee.





Totaal = 11 + 20,7 + 7,1 = 38,8
Gemiddelde = 38,8 : 6 = 6,5
Cijfers
Telt mee
Totaal
5,5
2x
5,5 × 2 = 11
6,9
3x
6,9 × 3 = 20,7
7,1
1x
7,1 × 1 = 7,1

Slide 72 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? Maken 11.1A + 11.2A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 14:25
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken 
Gynzy: Gemiddelde

Slide 73 - Slide

Deze les
- Uitleg Modus/Mediaan (10 min)
- Zelf aan de slag (tot 9:20)
Di 11 juni
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 74 - Slide

Modus

Slide 75 - Slide

Slide 76 - Slide

Samen oefenen
4      -      6      -      6      -      3       -      5      -      8      -       5 

A. Bereken het gemiddelde.
B. Wat is de modus?
C. Wat is de mediaan?
D. Je haalt voor de volgende toets een 5.
Beantwoord de vragen A, B en C opnieuw.

Slide 77 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? Maken 11.1A + 11.2A + 11.4A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 9:20
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken 
Gynzy: Gemiddelde, modus, mediaan

Slide 78 - Slide

Deze les

- Zelf aan de slag (tot 14:25)
Ma 17 juni
Lesuur 6
Wiskunde
Start Learnbeat op

Slide 79 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? Afmaken 11.1 t/m 11.4 + 11.5B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 14.25
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken 
Gynzy: Procenten, gemiddelde, modus, mediaan

Slide 80 - Slide

Deze les
- Herhalen H11 (10 min)
- Zelf aan de slag (tot 9:20)
Di 18 juni
Lesuur 1
Wiskunde
Laptop dicht op tafel

Slide 81 - Slide

Relatieve frequentie                       
Frequentie = aantal;                Rel. Freq. = aantal in verhouding met totaal
TotaalDeel100=..
Hobby
Freq.
Meisjes
Rel. Freq.
Meisjes
Freq. Jongens
Rel.Freq.
Jongens
Sport
9
56,3%
10
50%
Gamen
4
25%
8
40%
Chillen
3
18,8%
2
10%
Totaal
16
100%
20
100%

Slide 82 - Slide

Gemiddelde
Gemiddelde = totale waarde : aantal getallen

Slide 83 - Slide

Gewogen gemiddelde
Gewogen gemiddelde = totale waarde : aantal getallen
Sommige getallen tellen alleen vaker mee.





Totaal = 11 + 20,7 + 7,1 = 38,8
Gemiddelde = 38,8 : 6 = 6,5
Cijfers
Telt mee
Totaal
5,5
2x
5,5 × 2 = 11
6,9
3x
6,9 × 3 = 20,7
7,1
1x
7,1 × 1 = 7,1

Slide 84 - Slide

Modus

Slide 85 - Slide

Slide 86 - Slide

Zelf aan de slag
Wat? Afmaken 11.1 t/m 11.4 + 11.5B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Tijd. Tot 14.25
Volume. Zacht overleg
Klaar? Nakijken 
Gynzy: Procenten, gemiddelde, modus, mediaan

Slide 87 - Slide