Kerst

Waar denk jij aan bij Kerst?
KERST
1 / 38
next
Slide 1: Mind map
Voortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolBasisschoolPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slide and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Waar denk jij aan bij Kerst?
KERST

Slide 1 - Mind map

Slide 2 - Video

Wat vieren de Christenen
met Kerst ?
A
Pakjesavond
B
De geboorte van Jezus
C
De komst van de Kerstman
D
Het begin van de vakantie

Slide 3 - Quiz


Wat betekent de naam Jezus?
A
God met ons
B
Zoon van God
C
Ere zij God
D
God redt

Slide 4 - Quiz

In welke plaats werd Jezus geboren?
A
Nazareth
B
Bethlehem
C
Jeruzalem
D
Haifa

Slide 5 - Quiz

Hoe heten de ouders van Jezus?
A
Adam en Eva
B
Abraham en Sara
C
Jozef en Maria
D
Simson en Delilah

Slide 6 - Quiz

Wie waren de eerste bezoekers
in de stal?
A
de herders
B
drie koningen
C
de naaste buren
D
de stalbeheerder

Slide 7 - Quiz

Waar kwamen de wijzen vandaan?
A
uit Almelo
B
uit de buurt
C
uit Marokko
D
uit het Oosten

Slide 8 - Quiz

Advent is de tijd van voorbereiding op Kerst.
Hoeveel adventszondagen zijn er altijd?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 9 - Quiz

Hoeveel rendieren heeft de Kerstman officieel ?
A
Een
B
Vier
C
Acht
D
Tien

Slide 10 - Quiz

In Canada heeft de Kerstman een eigen postcode.
Wat is deze postcode?
A
2512 SC
B
SANTA 2512
C
H0H 0H0
D
XMAS 1900

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Fijne feestdagen 
en ee
gezond 2019!

Slide 13 - Slide

De adventkalender gaat in vanaf de eerste zondag na Sinterklaas
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

De vier kaarsen van een adventskrans geven de adventsperiode aan, maar ook de vier jaargetijden en de vier windstreken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Wanneer is er sprake van een witte kerst?
A
Als op een van de dagen sneeuw ligt
B
Als er op beide dagen sneeuw ligt
C
Als het op beide dagen vriest
D
Als iemand aan tafel de bus poedersuiker omgooit

Slide 16 - Quiz

Wij zetten de schoen, maar in Amerika hangen ze een ...................aan de schoorsteen
A
sok
B
knuffel
C
schoen
D
handtas

Slide 17 - Quiz

Hoeveel dagen na Sinterklaas is het 2e kerstdag?
A
20
B
21
C
22
D
23

Slide 18 - Quiz

Wat gebeurt er als je met Kerst
onder een Mistletoe staat?
A
Je krijgt een cadeau
B
Je mag een wens doen
C
Je krijgt een kus
D
Je hoeft niet te koken met kerst

Slide 19 - Quiz


Dit is een . . .

Slide 20 - Open question

Welk soort boom gebruiken de meesten als kerstboom?
A
Kunstboom
B
Spar
C
Dennenboom
D
Eik

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Wat betekent Kerst voor jou?

Slide 24 - Open question

Slide 25 - Link

Slide 26 - Video

Hoe zeg je ‘Fijne Kerst’ in het Engels?
A
Yo! Ho ho!
B
Feliz Navidad
C
Happy Christmas
D
Merry Christmas

Slide 27 - Quiz

Welke dieren horen thuis in de Kerststal ?
A
schapen, koeien, een paard en een ezel
B
een ezel, kippen, konijnen en een paard
C
schapen, lammeren, een os een ezel
D
goudvissen

Slide 28 - Quiz

Hoeveel rendieren heeft de Kerstman officieel ?
A
Een
B
Vier
C
Acht
D
Tien

Slide 29 - Quiz

Wat woord komt er nu?
Driving home for . . .
A
Pasen
B
Oud en Nieuw
C
Hemelvaart
D
Christmas

Slide 30 - Quiz

Wat voor boom is de traditionele kerstboom?
A
Den
B
Spar
C
Palmboom
D
Taxus

Slide 31 - Quiz

Waar woont de Kerstman?
A
Duitsland
B
Almelo
C
Amerika
D
Noordpool

Slide 32 - Quiz

Hoe heet het rendier met de rode neus?
A
Rudolf
B
Noosy
C
Heinrich
D
Amerigo

Slide 33 - Quiz

Op welke datum wordt Eerste Kerstdag gevierd?
A
6 januari
B
31 december
C
25 december
D
11 november

Slide 34 - Quiz

Hoe heetten de drie koningen, aanwezig waren in de kerststal?
A
Aramis, Athos en Porthos
B
Caspar, Balthasar en Melchior
C
Jan, Piet en Klaas
D
Sadrach, Mesach, Abednego

Slide 35 - Quiz

Wat voor boom is de traditionele kerstboom?
A
Den
B
Spar
C
Palmboom
D
Taxus

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Video

Wat vind jij
het fijnste van Kerst?

Slide 38 - Open question