Link A0 A2 10.2

Lesplan
1. Luisteren: Ik ben helemaal niet tevreden. 
2. Grammatica: de tas - het tasje.
3. Link 10.2.
4. Huiswerk nakijken: Praten over de buurt.
5. Huiswerk: Online winkelen. 

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 165 min

Items in this lesson

Lesplan
1. Luisteren: Ik ben helemaal niet tevreden. 
2. Grammatica: de tas - het tasje.
3. Link 10.2.
4. Huiswerk nakijken: Praten over de buurt.
5. Huiswerk: Online winkelen. 

Slide 1 - Slide

Na deze les...
1) ... kun je beter verkleinwoorden maken. 
2) .. kun je kleren ruilen in een winkel. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Beantwoord deze vragen: 
 
1) Wat is het probleem? 
2) Wat is het probleem precies? 
3) Kan meneer zijn geld terugkrijgen? 
4) Wil hij een andere camera uitzoeken? 
5) Wat krijgt hij van de klantenservice? 
6) Heb jij weleens dingen geruild of teruggebracht? 

Slide 4 - Slide

We gaan in het boek werken: 

10.2

Slide 5 - Slide

Huiswerk nakijken
Praten over de buurt. 

Slide 6 - Slide

Verkleinwoorden
de fiets - het fietsje 
de man - het mannetje 
de vrouw - het vrouwtje 
de boom - het boompje 

Slide 7 - Slide

+ ETJE: 

korte klinker + L - de bal - het balletje

korte klinker + NG - het ding - het dingetje 

korte klinker + R - de bar - het barretje 

korte klinker + M - de bom - het bommetje 

korte klinker + N - het plan - het plannetje 
+TJE: 
W - het touw - het touwtje 
L - de school - het schooltje 
R - het dier - het diertje 
N - de trein - het treintje 
A - de camera - het cameraatje 
E - de discussie - het discussietje 
I - de trui - het truitje 
O - de piano - het pianootje 
U - de paraplu - het parapluutje 

Slide 8 - Slide

+ PJE: 

M - de droom - het droompje 
Lang blijft lang,
kort blijft kort: 

de bon - het bonnetje
de bal - het balletje
de auto - het autootje
de oma - het omaatje 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Online winkelen
Ga online naar een kledingwebwinkel. Zoek de informatie en beantwoord de volgende vragen: 

1. Wat wil je graag kopen? 
2. Bij welke webwinkel kun je dat kopen? 
3. Hoeveel kost het? 
4. Welke kledingmaten zijn er? Is daar ook jouw kledingmaat? 
5. Krijg je je bestelling per post? Is de verzending gratis? 
6.  Je bent niet tevreden met je bestelling en wilt deze retourneren. Binnen hoeveel dagen kun je je bestelling retourneren? 

Slide 11 - Slide

Huiswerk: 
Huiswerk voor woensdag: 
- 10.3 (online 1-6);
- grammatica: 12.4. 

Huiswerk voor maandag: 
Online winkelen. 


Slide 12 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd? 

Slide 13 - Slide

Goed gedaan!

Slide 14 - Slide

Wat heb je in het weekend gedaan? 
Ik heb mijn familie bezocht
Ik heb tv gekeken
Ik heb een boek gelezen
Ik heb gesport
Ik ben naar Amsterdam gegaan
Ik ben thuisgebleven

Slide 15 - Slide

Ik reis het liefst met de fiets. 

Ik reis liever met de auto dan met de brommer.
 
Ik reis het minst graag met de boot.

Slide 16 - Slide

Ik reis het liefst met ....
Ik reis liever met .... dan met ....
Ik reis het minst graag met ....

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link





1. We maken een praatje in de lift.
2. In deze buurt staan flats.
3. Het is een rustige buurt.
4. Er is een park is de buurt.
5. Daar is een moskee, een kerk en een apotheek.
 

Maak deze zinnen negatief. Gebruik "geen". 

1. We maken een praatje in de lift.
2. In deze buurt staan flats.
3. Het is een rustige buurt.
4. Er is een park is de buurt.
5. Daar is een moskee, een kerk en een apotheek.
 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Hoe was de les van vandaag?
A
makkelijk
B
moeilijk
C
leuk
D
saai

Slide 21 - Quiz

Klasafspraken:
1) Je bent elke les op school. Maak een afspraak buiten lestijd.
2) In de les komen we op tijd.
3) In de les zetten we onze telefoons op stil.
4) Ben je te laat of kun je niet naar de les komen? - Stuur dan een bericht aan de docent.
5) Informatie over huiswerk en lessen/vakantie vind je in de chatgroep. Check regelmatig de Whatsappgroep.
6) Wil je roken? Alleen op het parkeerterrein, helemaal achterin. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide