H4.3 les 1

H4.3 De vulkaan de Aso
1 / 38
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H4.3 De vulkaan de Aso

Slide 1 - Slide

Korte terugblik H4.2

Slide 2 - Slide

Hoeveel keer zwaarder is een aardbeving van 4 op de schaal van Richter dan eentje van 2?
A
2 keer zwaarder
B
20 keer zwaarder
C
100 keer zwaarder
D
200 keer zwaarder

Slide 3 - Quiz

Zwaarste aardbeving ooit = 9,5
Zwaarste aardbeving in Groningen = 3,5
Hoe kan het dat er in NL geen zware aardbevingen voorkomen?
A
NL ligt niet in de buurt van een plaatrand
B
NL heeft zich goed voorbereid op aardbevingen
C
NL heeft water wat de aardbevingen absorbeert
D
NL heeft geen vulkanisme

Slide 4 - Quiz

Hoeveel keer zwaarder is een aardbeving van 6 op de schaal van Richter dan eentje van 1?
A
6 keer zwaarder
B
100.000 keer zwaarder
C
10.000 keer zwaarder
D
99999 keer zwaarder

Slide 5 - Quiz

Iemand doet 2 uitspraken:
1. Een tsunami kan ontstaan door een zeebeving.
2. Een tsunami wordt pas hoog bij een ondiepe kust.
A
1 = juist 2 = onjuist
B
1 = onjuist 2 = juist
C
Beide juist
D
Beide onjuist

Slide 6 - Quiz

Geen bevingen, wel vulkanen
Hevige beving, veel vulkanen
Hevige beving, geen vulkanen

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Link

Leerdoelen H4.3
  1. Je weet uit welke onderdelen een vulkaan bestaat.
  2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.
  3. Je kan de verschillende soorten vulkanen herkennen.
   4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.

Slide 9 - Slide

1. Je weet uit welke onderdelen een vulkaan bestaat.

Slide 10 - Slide

1. Je weet uit welke onderdelen een vulkaan bestaat.

Zie Basisboek nummer 103

Slide 11 - Slide

2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.







Moeilijke woorden voor plaatbewegingen.
 

Slide 14 - Slide

2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.







De meeste vulkanen ontstaan bij een convergente beweging. 

Slide 15 - Slide

H4.3 De vulkaan de Aso

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.

Zie animaties van 
Basisboek nummer 101

Slide 18 - Slide

2. Je weet hoe een vulkaan ontstaat.

Zie animaties van 
Basisboek nummer 101
1. Convergente beweging van een oceanisch- en een continentale plaat.
2. De oceanische plaat duikt onder de andere plaat (subductie).
3. De plaat smelt in de mantel en stijgt op als magma.
4. Het magma komt uit de aardkorst en er ontstaat een stratovulkaan.

Slide 19 - Slide

3. Je kan de verschillende soorten vulkanen herkennen.

Slide 20 - Slide

3. Je kan de verschillende soorten vulkanen herkennen.

Op aarde zijn ongeveer 1.500 vulkanen. Wetenschappers onderscheiden verschillende soorten vulkanen, bijvoorbeeld op basis van hun opbouw, kracht van uitbarsten, het soort lava dat eruit komt en of er veel gas in het magma zit. Er zijn drie hoofdsoorten vulkanen. Je kunt ze op basis van hun vorm goed van elkaar onderscheiden.

Slide 21 - Slide

Stratovulkaan
  • Plaatbeweging: convergentie (twee platen bewegen naar elkaar toe) 
  • Explosieve eruptie
  • Steile helling

Slide 22 - Slide

Schildvulkaan
  • Plaatbeweging: divergentie (twee platen bewegen van elkaar af)
  • Rustige eruptie
  • Flauwe helling

Slide 23 - Slide

Caldeiravulkaan
  • Ontstaat na een grote uitbarsting van een stratovulkaan.
  • Na uitbarsting stort het dak van de leeggelopen magmakamer in.


Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Wat krijgen we er op aarde allemaal bij een vulkaan? 
(moeilijke) begrippen: 
  • Pyroclastische stroom 
  • Mid-oceanische rug
  • Geiser 
  • Geothermie

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Pyroclastische stroom =
Hete gassen vermengd met stenen en as die bij een vulkaanuitbarsting de helling afrazen. Heet ook gloedwolk.

Ziet eruit als een lawine die bestaat uit vulkanisch as ipv. sneeuw. 

Slide 30 - Slide

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Mid-oceanische rug =
Langgerekte bergrug onder in de zee, ontstaan doordat magma bij het uit elkaar drijven van oceanische platen naar boven komt.

Zie divergentie animatie van Basisboek nummer 101 .

Slide 31 - Slide

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Mid-oceanische rug =

Slide 32 - Slide

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Geiser =
Dat is een heetwaterbron die met tussenpozen heet water en stoom de lucht in spuit.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Geothermisch = een moeilijk woord voor aardwarmte.

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

4. Je weet wat vulkanische verschijnselen zijn.
Geothermisch = een moeilijk woord voor aardwarmte.

Bron die ontstaat door de geothermische verwarming van grondwater. Heet ook hot spring.

Slide 37 - Slide

Aan de slag!
Maken in online werkboek:
H4.3 opdr. 1 + 2 + 6 t/m 8

Slide 38 - Slide