9.3 Glucose als grondstof

Thema Planten
Bs 3 Glucose als brandstof
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema Planten
Bs 3 Glucose als brandstof

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden.
  2. Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen

Slide 2 - Slide

Korte herhaling

Slide 3 - Slide

Wat vervoeren de houtvaten?
A
water en mineralen
B
water en glucose
C
water en zuurstof
D
water

Slide 4 - Quiz

Bastvaten vervoeren....
A
van de wortel naar de bladeren
B
van de bladeren naar de wortel

Slide 5 - Quiz

Transport omhoog in een stengel komt o.a. door....
A
spierkracht
B
zwaartekracht
C
verdamping van water uit de huidmondjes
D
zuigkracht van de bastvaten

Slide 6 - Quiz

Een peen is een verdikte wortel die reservestoffen bevat.
Hoe komen de reservestoffen in de peen?
A
via bastvaten
B
via houtvaten
C
via haarvaten
D
via wortelharen

Slide 7 - Quiz

Met welk onderdeel van het blad regelt de plant de wisseling van gassen en de verdamping van water?
A
Opperhuid
B
De hele plant
C
De huidmondjes
D
Het blad

Slide 8 - Quiz

Een houtachtige plant blijft stevig door:
A
skelet
B
houtcellen
C
volle vacuole
D
spieren

Slide 9 - Quiz

Is dit een kruidachtige- of houtachtige plant?
A
Kruidachtig
B
Houtachtig

Slide 10 - Quiz

Is dit een kruidachtige of houtachtige plant?
A
Kruidachtig
B
Houtachtig

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Kruidachtige planten
Zaadplanten die door middel van water in de stengel hun stevigheid krijgen = kruidachtige planten

Hun stengels zijn meestal groen.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Houtachtige planten
Er zijn veel planten die de celwand extra verstevigen met houtstof. 

Planten met dit type stengel noemen we houtachtige planten

Meestal bruin. 

Slide 16 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden.
  2. Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen

Slide 17 - Slide

Energierijke 
stoffen
Energierijke stoffen zijn afkomstig van organismen. 

De plant maakt glucose door fotosynthese.
Glucose is een energierijke stof. (ORGANISCH)

Andere voorbeelden van energierijke stoffen zijn koolhydraten, eiwitten en vetten. 

In energierijke stoffen zit energie.

Slide 18 - Slide

Energiearme stoffen
Komen voor in levenloze natuur. 
  • bijv. water, zuurstof, koolstofdioxide
  • maar ook mineralen, zouten, ijzer. 
                                    

In energiearme stoffen geen energie! (ANORGANISCH)

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Fotosynthese 
Energiearme stoffen
- Koolstofdioxide
-Water
- Zuurstof
Energierijke stoffen
- Glucose

Slide 21 - Slide

Fotosysthese
Met fotosynthese maken bladeren glucose. 
Uit glucose maken planten andere stoffen:
  • Andere suikers (vervoer)
  • Zetmeel (opslag, in bladeren en wortels)
  • Cellulose (opbouw celwanden)
  • Eiwitten (maken cytoplasma, opslag in zaden)
  • Vetten (opslag in zaden)

Slide 22 - Slide

nitraten

Slide 23 - Slide

Assimilatie
Assimilatie heeft te maken met opbouw:
Organische moleculen worden opgebouwd
uit kleinere moleculen


Een organisme maakt nieuwe energierijke organische stoffen

Slide 24 - Slide

Verbranding - dissimilatie
Overdag
  • Fotosynthese
  • Verbranding
's Nachts
  • Verbranding

Slide 25 - Slide

Zelfstandig aan de slag
  • Lees basisstof 3 goed door en/of kijk het instructiefilmpje
  • Maak opdracht 1 t/m 7 (+8)
  • Kijk de opdrachten na met het antwoordboek of digitaal
  • Oefen de Flitskaarten en check de leerdoelen met de Test Jezelf


Klaar? 
  • Lees de Samenhang maken


timer
15:00

Slide 26 - Slide

Afsluiter:

Slide 27 - Slide

Voor de opbouw van welke voedingsstoffen gebruikt een plant nitraten?
A
eiwitten
B
koolhydraten
C
vetten
D
vitamines

Slide 28 - Quiz

wat zijn de energierijke stoffen
A
eiwitten, mineralen, vetten
B
alle hier genoemde stoffen
C
eiwitten, koolhydraten en vetten
D
vitaminen en eiwitten

Slide 29 - Quiz

Assimilatie is...
A
Opbouw
B
Afbraak

Slide 30 - Quiz

Wat is Assimilatie?
A
omzetten van glucose in koolstofdioxide
B
omzetten van glucose in water
C
omzetten van glucose in een andere organische stof
D
omzetten van glucose in warmte

Slide 31 - Quiz

Welk buisje bevat het meeste koolstofdioxide en waarom?

Slide 32 - Open question