323AK begeleiden van groepen E Gedragsproblemen in de groep

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

323AK Begeleiden van groepen

E Gedragsproblemen in de groep

OPG 2 Probleemgedrag bij groepen oudere zorgvragers

Bij groepen oudere zorgvragers (vooral in de geriatrie) kom je gedragingen tegen die storend zijn voor de omgeving. Of gedragingen die een gevaar zijn voor de zorgvrager zelf of voor de omgeving. Denk aan:

• agressief gedrag
  
• achterdocht
  
• ongeremd praten
  
• ongeremd schelden
  
• ongepast seksueel gedrag
  

In groepen geriatrische zorgvragers roept het ene gedragsprobleem vaak het andere op.

"Als verzorgende moet je de rust en veiligheid in de groep bewaken"

Kenmerken van leefgroepen voor zorgvragers met gedragsproblemen

OPG 3 Gevolgen van probleemgedrag

OPG 4 

• Een groep zoekt vaak onbewust een zwart schaap uit.
• Buiten de groep vallen
• De gezamenlijke vijand

"Gedragsproblemen komen soms voort uit de behoefte aan aandacht." 

"Bij eventuele conflicten is het belangrijk om eerlijk te zijn."

OPG 5 Begeleiden van groepen 

• relatief grote teams van zorgverleners
  
• intensieve multidisciplinaire samenwerking

In een groep met zorgvragers met probleemgedrag zijn vaak veel mensen betrokken bij elke zorgvrager. Bijv. arts, orthopedagoog psycholoog, psychiater. 

En dan heb je ook nog logopedie, fysiotherapie, psychomotorische therapie, speltherapie en muziektherapie. 

Ook de contacten met de dagbesteding zijn vaak intensief. 

De verzorgende is vaak de schakel tussen al deze disciplines.

Algemene richtlijnen voor het omgaan met gedragsproblemen

• Toon respect voor het ongewenste of afwijkende gedrag van de zorgvrager
• Toon respect voor de waarden en normen van de zorgvrager en zijn naasten
• Interventies om de veiligheid te bewaken
• Samenwerking met collega’s

OPG 6 Multidisciplinaire aanpak

Behandelmethode 

        > behandelplan

               > Begeleidingplan    

Tekst

Multi

disciplinair Overleg

• Probleemgedrag signaleren: je bekijkt wat de gedragsproblemen zijn en wat de gevolgen ervan zijn.
• Gedrag systematisch beschrijven en verhelderen: door goed te kijken (observeren) maak je een overzicht van het gedrag.
• Aanvullend onderzoek: soms is het nodig om meer te weten te komen over een speciale onderzoeksvraag. Bijvoorbeeld: wat is er in het verleden van de zorgvrager gebeurd?
• Probleemdefinitie: het team beschrijft het probleemgedrag concreet.
• Zorg- en behandeldoelen: het team maakt keuzes om aan het probleemgedrag te werken.
• Individueel beleid: de arts of gedragsdeskundige beslist welke therapieën er nodig zijn.
• Evaluatie: in een bespreking met het team stel je vast of de doelen zijn bereikt en of de probleemdefinitie nog juist is.

OPG 7 

Verwerkingsoefening

Maak in Learnbeat Opgave 7 A,B,C,D,E,F,

OPG 8 

Verwerkingsoefening

Maak in Learnbeat Opgave 7 A,B,C,D

Bedankt voor vandaag!

Bedenk: 

Gedrag is communicatie! 

In - onbegrepen - gedrag zit een boodschap!

Ook jouw gedrag geeft aan anderen signalen